De onderstaande tekst is de vertaling van het artikel van Psyblog getiteld: ´Why people believe weird things and 8 ways to change their minds´, dat op haar beurt weer gebaseerd is op het artikel van Stephan Lewandowsky: Misinformation and Its Correction – Continued Influence and Successful Debiasing.
Waarom mensen vreemde dingen geloven en 8 manieren om ze op andere gedachten te brengen.
WAAR KOMT AL DIE FOUTE INFORMATIE VANDAAN
1) Geruchten en verzinsels
Mensen zijn dol op sensationele verhalen. En ze vinden het leuk om ze verder te vertellen, zodat ze hun toehoorder blij kunnen maken dan wel met walging of angst kunnen vervullen. Kortom alles wat heftige emoties oproept, is goed.
Gewone verhalen zonder opsmuk, die waarschijnlijk meer waarheidsgetrouw zijn, maar minder opwindend, krijgen maar mondjesmaat de kans om zich te verspreiden.
Nog idioter is het dat mensen graag dat blijken te geloven, wat ze uit verhalen oppikten waarvan duidelijk is dat ze verzonnen waren. Zelfs als:
. Het onomstotelijk vast staat dat het een verzinsel is,
. en als verteld wordt dat die fictie onjuiste informatie geeft,
– en bovendien de echte feiten al lang bekend zijn.
Een verklaring hiervoor zou kunnen zijn dat onze weerstand tegen onwaarheid lager is, wanneer we bloot staan aan populair amusement.
2) Politici
We zouden toch kunnen weten dat politici werkelijk alles beweren om maar verkozen te worden, maar kunnen we uit die bronnen wel waarheid van leugen onderscheiden?
Uit studies blijkt dat wij er moeite mee hebben dat onderscheid te maken. Weten dat ze kunnen liegen, is geen garantie tegen het geloven van leugens.
3) De Media
De gebruikelijke redenen voor desinformatie in de media is de neiging tot versimpeling en de als zodanig gevoelde noodzaak om zogenaamd ”afgewogen” te berichten.
De behoefte aan afgewogen berichtgeving is een interessant geval want de meeste van de besproken onderwerpen zijn zelf niet ’afgewogen”. Neem als voorbeeld het feit dat 95% van de klimaatwetenschappers het er over eens zijn dat de aarde opwarmt vanwege de broeikasgassen. Maar uit de berichtgeving in de media valt dat niet af te leiden, omdat die elke keer weer een ”afgewogen” oordeel willen geven.
4) Het Internet
Er valt veel goeds te zeggen over internet, maar het is toch ook een enorme bron van desinformatie. Een beangstigend voorbeeld:
Als we de eerste 50 websites bekijken die een hit geven op het trefwoord ”afvallen”, dan blijkt dat slecht 3 daarvan goede adviezen geven over diëten.
Bovendien zal men in het algemeen die informatie zoeken die de eigen opvatting onderschrijft. En met de enorme hoeveelheid beschikbare informatie is het niet moeilijk om juist die informatie te vinden die past in onze eigen denkbeelden. Wat je ook gelooft, er zijn altijd wel anderen te vinden die er net zo over denken.
WAAROM GELOVEN MENSEN DE FOUTE INFORMATIE
Het is overduidelijk dat leugens en desinformatie in overvloed worden aangeboden. Maar als we dan al weten dat politici, de media en internet, af en toe liegen, hoe kan het dan toch dat sommigen erin geloven?
Het probleem is de manier waarop mensen iets geloven (of juist niet) gewoon vreemd is. Slechts weinigen nemen de moeite om de feiten te controleren; de meesten gebruiken deze methode om weinig mentale inspanning te hoeven leveren:
- Voelt het goed? Met andere woorden: past de bewering in het al aanwezige beeld dat ik van de wereld heb? Republikeinen in de VS zullen eerder geneigd zijn onwaarheden over de geboorteplaats van Obama te geloven, omdat dat ze goed uitkomt.
- Klinkt het zinnig? Alles wat makkelijk te begrijpen is, wordt makkelijker geloofd. Onze hersens verzetten zich tegen ingewikkelde verhalen, onder het motto: dat zal wel een leugentje zijn (verwijzing door schrijver naar een eerder artikel: Power of Simplicity).
- Is het een betrouwbare bron? Mensen in een machtspositie worden eerder geloofd. We neigen ernaar om een dokter snel te geloven dus als een dokter verkeerde informatie verspreid kan hij (of zij) veel schade aanrichten.
- Wie gelooft het nog meer? Mensen geven er de voorkeur aan zich bij een kudde aan te sluiten. Daar komt nog bij dat we makkelijk aannemen dat de meeste anderen het wel met ons eens zijn. Zelfs als daar geen enkele aanleiding toe is (zie het eerdere artikel van de auteur: Why We All Stink as Intuitive Psychologist: The False Consensus Effect).
Maar dit alles verklaart nog steeds niet waarom mensen allerlei gekke dingen blijven geloven zelfs nádat is aangetoond dat het niet klopt. Het blijkt dat zelfs als de bron van de foute informatie de bewering heeft ingetrokken en de betrokkenen hebben toegegeven dat het gebaseerd was op leugens, het nog moeilijk is om de desinformatie ter zijde te schuiven.
Er zijn allerlei redenen te bedenken, maar er is er één die te maken heeft met de wijze waarop ons geheugen werkt: we vinden het veel makkelijker om de kern te herinneren dan de details. Gewoonweg omdat het wel zo handig is als we iets op die manier herinneren. Neem bijvoorbeeld het feit dat het bereiden van vlees de verteerbaarheid verbetert. We generaliseren dat tot de overtuiging dat veel van ons voedsel smakelijker wordt door koken.
Het nadeel van deze wijze van herinneren is dat we wel de kern van een verhaal herinneren (de maan is van kaas), maar vergeten dat de bron van die wijsheid weinig betrouwbaar was (een stout kind).
8 MANIEREN OM VERKEERDE INFORMATIE TE WEERLEGGEN
Is het toch mogelijk om valse informatie te weerleggen? Lewandowsky en zijn mede-auteurs zeggen van wel, maar het is moeilijk en het lukt alleen met de volgende 8 psychologische handgrepen:
1) Meer dan alleen maar de simpele waarheid
Iemand van gedachten doen veranderen lukt niet door hem alleen maar te vertellen dat hij zich vergist; was dat maar zo. Om overtuigd te worden, willen mensen een alternatieve verklaring voor het gebeurde horen en als het even kan ook de reden voor de leugen bij de bron.
2) Kort en Krachtig
Het alternatieve verhaal moet zeker niet te ingewikkeld klinken. Hoe korter hoe overtuigender. Overdaad aan informatie maakt dat men zich afsluit voor het verhaal; een paar pakkende uitspraken zijn genoeg.
3) Herhaal niet de mythe zelf
Probeer het herhalen van het oorspronkelijke verhaal te vermijden. Men onthoudt nu eenmaal de kern van de boodschap makkelijker en dus is herhalen de beste manier om de fout in te gaan.
4) En nu komt er een portie desinformatie….
De mythe moet wel één keer herhaald worden, zodat men weet waarover je het hebt. Maar dan wel eerst aankondigen dat het om de foute informatie gaat.
5) Feiten, feiten, feiten
Als de mythe is aangegeven, is het tijd om de feiten op een rij te zetten. Elke herhaling maakt het weerwoord ook sterker. Vergeet nooit de kracht van herhaling (zie ook: The Illusion of Truth).
6) Val de bron zelf aan
Wat is de bron van de desinformatie? En wat weten zij dan wel? Niets! Spoor de mensen maar aan om extra sceptisch te zijn.
Eén van de uitdagingen is hier wel dat men graag diegene gelooft die dingen zegt die passen in het wereldbeeld van de toehoorder. Dus is het heel belangrijk om….
7) Bevestig hun wereldbeeld…
Je moet de toehoorders aan jouw kant houden, zelfs als je dingen zegt die ze liever niet horen. Dat kan door de zaak zo voor te stellen dat hij past in hun wereldbeeld.
Dus tegen een persoon die de geboorteplaats van Obama betwijfelt, moet je zeggen: we houden geen van tweeën van die man, maar hij is wel op Hawaï geboren.
Om mensen iets te vertellen wat ze niet aanstaat, is altijd een vorm van koorddansen. Ver genoeg gaan om je punt te scoren, maar niet zo ver dat je ze tegen je in het harnas jaagt.
8) Bevestig hun ego
Een andere manier om de natuurlijke weerstand tegen feiten te omzeilen, is om de eigenwaarde van die toehoorder te strelen. Dus ze met een omweg het idee geven dat het zaken betreft die hun gezin, hun vrienden en hun idealen aangaat.
Onderzoek wees uit dat het mensen helpt om met cognitieve dissonantie om te gaan als hun eigen wereld rechtstreeks wordt aangesproken.
MODDER KLEEFT
Natuurlijk zijn al deze methoden gesneden koek voor opinieleiders en mensen die invloed willen uitoefenen. Maar juist daarom is het belangrijk er kennis van te nemen. Zoals Lewandowsky en medeauteurs concluderen: Het bijsturen van desinformatie is cognitief gezien hetzelfde als het overbrengen van onjuiste informatie aan mensen die tot dan wel goed geïnformeerd waren. Dus is het belangrijk voor de gewone man om een basis begrip te hebben over de effecten van foute informatie. Het in brede kring aanwezige inzicht dat sommigen misschien wel met modder gooien omdat ze geloven dat modder gezien zijn kleverige aard altijd wel wat beklijft…zal bijdragen aan een goed geïnformeerd publiek.
Met dank aan Piet Rademaker voor de vertaling en Jan Broekhof voor enkele correcties.