In 1993 verscheen het boek ‘Valse vooruitgang. Bedrog in de Nederlandse wetenschap’ van onderzoeksjournalist Frank van Kolfschooten. Dit boek zette het een en ander in werking aan universiteiten, onderzoeksinstellingen en de KNAW. Langzamerhand kwam er meer aandacht voor kwesties die te maken hebben met inbreuken op de wetenschappelijke integriteit en het besef dat er iets structureels geregeld moest worden om mogelijke gevallen daarvan te onderzoeken. Inmiddels hebben alle universiteiten wel een vertrouwenspersoon en procedures om met wetenschappelijk wangedrag om te gaan. En bovenaan staat het Landelijk Orgaan Wetenschappelijke Integriteit (LOWI), overigens pas sinds 2003.
Vorig jaar kwam het onderwerp vooral door de affaire Stapel wederom volop in de belangstelling te staan. Van een aantal kanten kreeg Van Kolfschooten de vraag of het niet een goed idee zou zijn om een hernieuwde versie van zijn boek te schrijven. Dat was zeker een goed idee, want zijn nieuwe boek ‘Ontspoorde wetenschap. Over fraude, plagiaat en academische mores’ dat op 25 oktober uitkwam, kan ik echt aanraden.
Onderzoek
In het boek heeft Van Kolfschooten geprobeerd om van zoveel mogelijk gevallen die onderwerp werden van onderzoek door integriteitscommissies te achterhalen wat er precies gebeurd is. Dat kostte veel uitzoekwerk, want veelal waren de personen wie het betrof tot nu toe anoniem gebleven. Voor een groot deel is het onderzoek gebaseerd op de officiële stukken, die soms met een beroep op de WOB (of dreiging daarmee) losgeweekt moesten worden. Een andere belangrijke bron van informatie was de enquête die Van Kolfschooten stuurde naar ruim 8.000 wetenschappers.
Bekende namen
Het grootste deel van de casussen in het boek betreft plagiaat; het bekendste geval is dat van René Diekstra. Verrassend voor mij was dat die zaak nog enigszins gaande is. In 1996 kwam naar voren dat Diekstra niet zo netjes was omgesprongen met bronvermeldingen in zijn populair wetenschappelijke boeken. Ook bij een echte wetenschappelijke publicatie werden vraagtekens gezet.
Het leidde er toe dat Diekstra eind 1996 vertrok als hoogleraar aan de Universiteit Leiden. In 2004 werd hij echter weer hoogleraar, nu aan de Roosevelt Academy, een dependance van de Universiteit Utrecht. Sommigen merkten op dat de Roosevelt Academy helemaal niet de bevoegdheid had om hem opnieuw hoogleraar te maken. Van Kolfschooten krijgt ook niet helemaal helder of dat nu eigenlijk wel correct is gegaan, maar het lijkt er toch sterk op dat de toenmalige ‘dean’ professor Adriaansens Diekstra als hoogleraar heeft aangesteld, zonder de regels daar goed op na te slaan. Adriaansens doet de zaak anno 2012 echter af als een ‘academische kwestie’.
Dit soort onduidelijkheden blijken toch pijnlijk als een journalist ze probeert te ontrafelen en er kwamen in deze zaak ook brieven van de advocaat van Diekstra aan te pas. In meer zaken kreeg de journalist te maken met advocaten, die optraden namens wetenschappers die op de vingers getikt zijn.
Op het moment dat het gewone recht zich ermee gaat bemoeien, moet je gelijk maar vergeten dat je dat nog helderheid oplevert voor de vraag of de wetenschappelijke integriteit in het gedrang is geweest. Dan gaat het alleen nog maar om procedures van de commissies en besturen van universiteiten. Inhoudelijk schieten rechters eigenlijk altijd te kort om iets van waarde bij te dragen voor de kern van de zaak. In veel gevallen is er wel wat op te merken op de aanpak van de commissies die ingesteld zijn om de vermeende misstanden te onderzoeken, met als gevolg dat de beklaagde zich uiteindelijk vaak als slachtoffer kan opstellen.
Nieuwe zaken
De enquête bracht ook nieuwe zaken aan het licht. Blijkbaar stimuleerde die sommige aangeschreven wetenschappers om zaken waarvan ze zelf al langer vermoedden dat er iets aan de hand was, maar uiteindelijk niet gemeld hadden bij een vertrouwenspersoon, nu aan Van Kolfschooten toe te vertrouwen. Het interessantste voorbeeld hiervan betreft het werk van Mart Bax, hoogleraar politieke antropologie aan de VU (inmiddels met emeritaat). Het lijkt er sterk dat die zowel een onderzoek in een Brabants dorp in 1985 als een onderzoek in voormalig Joegoslavië in 1995 uit zijn duim heeft gezogen. In dat laatste onderzoek beschrijft Bax een mini-oorlog met 140 dodelijke slachtoffers, waarvan niemand in de buurt zich iets kan herinneren.
Over een andere hoogleraar met wat te veel fantasie, Antonie Stolk, schreef Gert Jan van ‘t Land al op Kloptdatwel op basis van eerder werk van Van Kolfschooten. Een interessante zaak, die niet in de Nederlandse commissies aan de orde is geweest, is die van de frauduleuze publicaties van Adrian Maxim over satellietontvangerchips. In een voorpublicatie van het boek is daarover te lezen.
Affaire Stapel
Ruime aandacht is er natuurlijk voor de praktijken van Diederik Stapel, min of meer de aanleiding voor het boek. Voor degene die zaak nauwgezet heeft gevolgd het afgelopen jaar, is er echter niet zo veel nieuws in te ontdekken. Het is jammer dat een aantal personen die waarschijnlijk wel nieuw licht kunnen doen schijnen op de zaak, niet wilden meewerken aan het boek.
Zo is het Van Kolfschooten helaas niet gelukt om professor Marcel Zeelenberg aan het praten te krijgen. Die bedacht samen met Stapel en professor Roos Vonk het inmiddels beruchte ‘vleeshufteronderzoek’, maar was ook degene waar de drie klokkenluiders uiteindelijk aanklopten en die de stap naar de rector van de Universiteit van Tilburg zette.
Dat ‘vleeshufteronderzoek’ is in de gedachten van velen nog steeds de aanleiding tot de ontmaskering van Stapel, zie bijvoorbeeld een recent stukje op de Joop. Maar dat klopt niet, zoals in het boek ook naar voren komt. Het onderzoek berust weliswaar ook op gefingeerde gegevens, maar was niet de reden dat de drie klokkenluiders uiteindelijk bij Zeelenberg aanklopten (ik heb daar zelf ook over geblogd).
Gezien de lange nasleep van veel andere casussen die Van Kolfschooten beschrijft, was het misschien sowieso te vroeg om te verwachten dat we nu al precies zouden kunnen weten wat er gebeurd is. Wellicht kan over een aantal jaar Stapel zelf publiekelijk toelichting geven.
Tot besluit
Het boek is een genot om te lezen, met name door de persoonlijke schrijfwijze. De schrijver heeft zich erg veel moeite getroost om alle betrokkenen van de verschillende kwesties aan het woord te laten en geeft aan wat hij daarvoor allemaal gedaan heeft. Ik kan me voorstellen dat diverse universiteiten de vragen van Van Kolfschooten heel vervelend vonden. Duidelijk naar voren komt dat er af en toe ook wel erg onhandig is opgetreden door de diverse commissies en Colleges van Bestuur (lees bijvoorbeeld dit artikel op DUB).
Oprakelen van oude affaires is niet altijd een pretje, maar wel zeer leerzaam. Gelukkig voor de lezer heeft de schrijver flink doorgezet en de tegenstrijdigheden in de verhalen van de verschillende partijen systematisch tegen elkaar uitgezet en steeds hoor en wederhoor toegepast. Mijn indruk is dat daardoor uiteindelijk een redelijk objectief beeld gegeven wordt. Het boek leest als een trein en smaakt naar meer, maar het is natuurlijk eigenlijk een beetje raar om te hopen dat er veel meer gevallen boven water gaan komen 😀
Op de website van Frank van Kolfschooten staat aanvullende infomatie over een aantal zaken en staan ook links naar andere recensies. Als je het boek bestelt via onderstaande link, steun je Kloptdatwel ook nog een beetje.