In deze interessante lezing vertelt Michael Shermer over het werk van de Californische Skeptic Society. De lezing is weliswaar uit 2006, maar nog steeds actueel. Hij legt volgens mij heel goed uit wat de waarde is van een theorie als je onderzoek doet – maar tegelijkertijd ook wat het risico is van te lang vasthouden aan een theorie (het artikel over Wakefield op kloptdatwel is daarvan een voorbeeld).
Enjoy. De lezing heeft NL ondertiteling (als je deze niet kunt vinden, kun je naar de TED-site gaan).
Constantia Maria Oomen says
Ik zal ze de groeten doen! 😀
Het filmpje ga ik nu bekijken (en testing Disqus Dashboard)
Constantia Maria Oomen says
Het filmpje heb ik bekeken. Dit doet me erg denken aan Randi en ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat ook veel skeptici alleen geïnteresseerd zijn in het herhalen van hun eigen standpunten en het zich verlustigen ten koste van andersgelovigen.
De algemeen door skeptici omarmde stelling dat de meest voor de hand liggende verklaring de meest waarschijnlijke is, is mijns inziens dan best slim, maar ook een dikke valkuil.
Want deze regel zal niet altijd opgaan, en zo zit de werkelijkheid niet altijd in elkaar.
Shermer stelt: hoe waarschijnlijk is het dat de buitenaardsen helemaal naar de aarde komen om er daar een graancirkel te maken…? In dit geval kan zijn conclusie dat de graancirkel nep is, dan waar zijn (en de gefotoshopte graancirkel was enigszins grappig), de argumentatie is zeker niet waterdicht.
Hij redeneert namelijk vanuit menselijke logica. Zelf geloof ik ook niet veel van alle graancirkels (laat staan van de knullige van Robbert van den Broeke), maar je moet nooit iets uitsluiten omdat het te onwaarschijnlijk lijkt.
Ik irriteer me ook aan het publiek van Shermer. Zij lachen al, voordat Shermer half is uitgepraat. Ze willen lachen, ze willen vermaakt worden.
Dan kun je dit net zo goed cabaret noemen, wat is het verschil?
Ik zie hier geen serieuze wetenschap in, slechts vermaak met een zwak educatief tintje.
Op deze wijze komt niemand verder, niet de skeptici, niet de wetenschap.
Sander says
Over je laatste alinea: Wetenschap wordt tegenwoordig vaak als een saai goed gezien, niet interessant voor het volk, niet begrijpbaar voor het volk, etc. Onderzoekers proberen hun speeches dus zo interessant mogelijk te maken. In dit geval is het wel heel aanwezig, omdat TED juist bedoeld is om mensen te interesseren en ideeën te verspreiden.
Over de 2e alinea: In de wetenschap is parsimonie zeer belangrijk. Dit kun je zien in Occam’s razor: http://en.wikipedia.org/wiki/Occam%27s_razor
Als je moet kiezen tussen twee hypothesen, dan is het altijd beter om te kiezen voor de hypothese waarin de minste nieuwe aannames worden gedaan. Dit is ook wat Shermer probeert te vertellen (enigszins schofferend soms, dat wel). Stel dat je ‘s nachts getik hoort in huis en dingen snel ziet bewegen, dan kun je meerdere hypothesen vormen. Je kunt bijvoorbeeld zeggen dat het door een geest komt. Deze hypothese bevat echter minstens 2 nieuwe aannames: [1] dat geesten bestaan en [2] dat geesten solide zijn (herrie kunnen maken / zichtbaar zijn). Een hypothese met minder nieuwe aannames zou zijn dat het getik komt door muizen in de muren en de bewegingen komen door onverwachte schaduwverplaatsingen op de muur / andere objecten. In dit geval zou je kiezen voor de laatste hypothese, omdat het logischerwijs ondersteund wordt door bekende fenomenen.
Het kan inderdaad zo zijn dat de eerste hypothese klopt, maar dan moet er wel eerst bewijs worden gevonden voor die aannames. Dit bewijs kán gevonden worden in een situatie waar de eerste hypothese wél de minste nieuwe aannames maakt. Oftewel, het kan bewezen worden als geen enkele reguliere verklaringen op gaan. En zulke situaties zijn tot dusver niet objectief waargenomen (bv een geest die iemand aanvalt in een publieke ruimte, een experiment met geesten, etc.). Overigens is Occam’s razor in theorie niet de perfecte oplossing, maar in de praktijk werkt het fantastisch. Op deze manier gaat wetenschap alleen vooruit als er uitsluitend en onomstotelijk bewijs is voor iets, en worden dus relatief weinig foutieve aannames ingebouwd. Nee, de simpelste oplossing is niet altijd de juiste, maar juist die situaties waarin het geen werkende oplossing is, is een moment waarop de wetenschap zich weer kan aanpassen. En dat is wat wetenschap uiteindelijk doet, zich aanpassen om ook nieuwe situaties te kunnen verklaren.
Wat betreft graancirkels: Er is geen reden om aan te nemen dat ze geproduceerd zijn door iets anders dan mensen. In principe kunnen mensen te maken (en dat is ook zeer vaak gedaan), en geen enkel gegeven duidt erop dat buitenaardse wezens dat hebben gedaan. We hebben nog geen aliens betrapt en gevangen genomen, we hebben nog geen ufo’s uit de lucht geschoten, niks.
Constantia Maria Oomen says
“Onderzoekers proberen hun speeches dus zo interessant mogelijk te maken.”
Ik zie hier geen wetenschappelijk onderzoeker in… Dit kun je met geen mogelijkheid serieus noemen. Cabaret is het.
Jouw tweede alinea: ik ben geen groentje, dat hoef je me niet uit te leggen, ik weet precies wat ermee bedoeld wordt. Ik zei juist dat ik de stelling ken, en ervan uitga dat deze meestal waar is, maar niet altijd.
Je derde alinea: ik betwijfel het of er wel adequaat onderzocht wordt en of men bestaande bewijzen niet van tafel veegt, juist omdat ze niet passen.
Graancirkels: daar gaat het me helemaal niet om. Ik zeg slechts dat zijn redenering zeer menselijk gekleurd is over de logica van het verre afstanden afleggen etc. Shermer weet niets over potentieel buitenaards leven en hoe zij afstanden afleggen, wat zij voorstaan (als ze iets voorstaan) etc..
—
Sterker nog: de redevoering van Michael Shermer en de reacties van zijn publiek deden me in de verte denken aan de hier recent besproken Marjoe en zijn publiek. Dat is confronterend hè! Maar vergeet niet, de wijze mens is onkwetsbaar.
Sander says
“Ik zeg slechts dat zijn redenering zeer menselijk gekleurd is over de logica van het verre afstanden afleggen etc. Shermer weet niets over potentieel buitenaards leven en hoe zij afstanden afleggen, wat zij voorstaan (als ze iets voorstaan) etc..”
Als je het principe van Occam’s razor kent, dan zou dit toch een duidelijke moeten zijn. Shermer past simpelweg Occam’s razor toe op zijn voorbeeld. Voor de aliënverklaring moet hij veel meer nieuwe aannames maken: [1] aliëns bestaan, [2] aliëns kunnen hierheen komen, [3] aliëns communiceren via graancirkels, [4] aliëns hebben middelen om graancirkels te maken, [5] aliëns communiceren over de website skepter.com. Dat is wat hij zegt (“What is more likely?”). Dat zijn redeneren menselijk gekleurd is, dat is óók het principe van Occam’s razor: je gebruikt alleen de kennis waarvan je bewezen hebt dat die klopt. Hij redeneert ‘menselijk’, omdat hij de kennis toepast die wij wetenschappelijk hebben onderzocht. We weten dat iemand met photoshop dit kan hebben gedaan, en er is verschijnsel in dit voorbeeld dat deze verklaring in twijfel brengt.
“Je derde alinea: ik betwijfel het of er wel adequaat onderzocht wordt en of men bestaande bewijzen niet van tafel veegt, juist omdat ze niet passen.”
Het kan dat bepaalde bewijzen zijn weggewuifd en verloren zijn gegaan. Dat kan heel goed. Het enige wat ik wel kan zeggen is dat veel data publiekelijk is. Als 1 persoon de data onterecht wegwuift, dan blijft de data nog steeds toegankelijk voor iemand anders, die er dan onderzoek naar kan doen. Desondanks is er tot dusver nog geen gefundeerde claim geweest, alleen maar claims van perceptie (zoals Shermer duidelijk laat zien in zijn filmpje: de mens ziet vaak dingen die er niet zijn, zoals de gezichten op Mars). Maargoed, ik kan me dus deels vinden in je punt.
“Sterker nog: de redevoering van Michael Shermer en de reacties van zijn publiek deden me in de verte denken aan de hier recent besproken Marjoe en zijn publiek. Dat is confronterend hè! Maar vergeet niet, de wijze mens is onkwetsbaar.”
Voor mij niet confronterend, ik ben meer van de droge, feitelijke wetenschap 😉 En het verschil tussen Shermer en Marjoe blijft dat Shermer gefundeerde claims maakt, Marjoe niet (zoals hij zelf toegaf).
Sander says
Ah, klein foutje in de eerste alinea:
“(…) je gebruikt alleen de kennis waarvan je bewezen hebt dat die klopt.”
Moet zijn:
“(…) je gebruikt eerst de kennis waarvan je bewezen hebt dat die klopt.”
Anders zou wetenschap natuurlijk stil staan 😉
Constantia Maria Oomen says
Prima hoor. Ik ken Shermer niet genoeg om te stellen dat hij gefundeerde claims doet. Wellicht zal ik de beste man nog een keer in levende lijve aanschouwen, aangezien onze zeilen precies die kant opstaan.
Jan Willem Nienhuys says
‘Niets’ lijkt me overdreven. Het probleem van de afstanden en het afleggen daarvan heeft te maken met basiswetten van de natuurkunde (behoud van energie, actie=reactie) en elke poging om aan de hand daarvan uit te rekenen hoeveel moeite en/of tijd het kost om enkele of misschien wel tientallen of honderden lichtjaren af te leggen, leidt tot de conclusie dat er een onbegrijpelijke discrepantie is tussen die moeite en het gegeven dat de hypothetische buitenaardsen zich op zo’n knullige manier vertonen. Beroeps- en amateurastronomen zoeken dagelijks de hemel af met allerlei instrumenten en zien nooit iets dat op buitenaardse voertuigen lijkt, terwijl de ufo-waarnemingen bestaan uit onduidelijke lichtjes aan de hemel die door leken worden gezien.
Je kunt de redenering nog wat vervolgen door te concluderen dat als sommige van die onduidelijke lichtjes aan de hemel en/of sommige graancirkels in Engeland en/of sommige grafitti op de muren van Amsterdam dan gemaakt zijn door buitenaardsen, deze buitenaardsen dan toch een mentaliteit hebben die wij niet kunnen begrijpen.
Darentegen is het argument ‘wij weten niets van buitenaardsen, dus het zou toch kunnen dat…’ een typisch ‘argumentum ad ignorantiam’: conclusies trekken uit wat je niet weet.
Planten en naar ik meen ook bacteriën beschikken over middelen tot communicatie met elkaar en zijn ook intelligent in de zin dat zij in de loop van miljoenen jaren door evolutie (=alsmaar op goed geluk uitproberen en dan doorgaan met iets dat beter werkt) allerlei strategieën hebben ontwikkeld om beter in leven te blijven. Maar wij kunnen daar niet mee communiceren, hoewel het nota bene leven is ‘as we know it’. De veronderstelling dat ‘buitenaards leven’ net als wij gefascineerd zijn door het idee van reizen en op ontdekking gaan en communiceren met gelijken en ook nog eens dezelfde tijd- en lengteschalen hebben is al een antropomorfe veronderstelling vergelijkbaar met religieuze god=baardmans ideeën. Wat dat betreft zijn ‘primiieve’ volkeren waar men nog geloven kan dat een vulkaan of een rivier of de maan bezield is ons nog voor.
Met andere woorden, wat lijkt alsof het gaat om conclusies uit wat men niet weet (namelijk het bestaan van buitenaardsen) is in feite conclusies trekken uit een nogal antropomorfe voorstelling over de aard van die ‘mogelijk bestaande’ buitenaardsen.
Laten we ons gewoon maar houden aan wat we weten en wat het meest voor de hand ligt. Als we iets tegenkomen dat we niet begrijpen is het onverstandig om meteen de wildst mogelijke veronderstelling voor aannemelijk te houden.
Constantia Maria Oomen says
Met deze toelichting kan ik goed leven, oom Jan Willem!
Toch schijnt het mogelijk te zijn met planten te communiceren: zij reageren op klassieke muziek en schijnen daarvan te genieten. 😉 Zeker zijn planten intelligent, ik ben blij dat je het zegt. Het hele leven op aarde is zo fantastisch in al zijn uitingsvormen, vindingrijkheid en overlevingskracht dat het zoeken naar ander leven buiten de aarde als ondankbaarheid en figuurlijke blindheid ervaren zou kunnen worden.
FrankV says
“Maar vergeet niet, de wijze mens is onkwetsbaar.”
En dit in tegenstelling tot een wetenschapper, die het zich niet kan permitteren om de ene platitude na de andere te lanceren.
Constantia Maria Oomen says
Het een sluit het ander niet uit. Ook de ware wetenschapper is onverstoorbaar en vervolgt zijn weg (onderzoek) zonder zich te laten afleiden.Dus deze ‘platitude’ (van Seneca) geldt ook voor de wetenschapper. Nu jij weer.
—
Bron: De Constantia Sapientis (On the Firmness of the Wise Person)
http://en.wikipedia.org/wiki/Seneca_the_Younger
FrankV says
“Nu jij weer”…
Nee hoor, ik heb namelijk geen zin om via deze verrukkelijke website mee te helpen aan uw schaamteloze zelfpromotie. Over and out.
Constantia Maria Oomen says
Wat is dat nu weer voor ungefundeerde (en onwetenschappelijke) uitspraak? Ik wens mijzelve in geen geval te promoten, waar baseer je dat op? Ik houd ervan de degens te kruisen en mijn geest te scherpen. Dat is altijd al zo geweest. That’s all. Dat is toch de opzet van deze site (je geest scherpen)? Ja toch, niet dan? (weer een ‘platitude’)
Misha Davids says
Shermer heeft mijn volledige sympathie en ik vond dit een uiterst amusante voordracht. Maar echt de diepte in ging het naar mijn smaak niet. Daar zijn die TED-talks waarschijnlijk ook niet voor, en in het kader van de bewustmaking van het grote publiek was dit een prima verhaal met sprekende voorbeelden. Maar het deed me wel aan iets anders denken. Namelijk dat het eigenlijk jammer is dat skeptici in Nederland niet echt een welbespraakte, aansprekende wetenschapspopularisator hebben zoals Shermer of Randi in de VS of Dawkins in het VK (al is die laatste misschien weer nét te polariserend). Daarmee wil ik beslist niks afdoen aan het goede werk van de noeste Skepsis-voormannen in Nederland en Vlaanderen. Integendeel. Maar soms heb ik de indruk dat men hier vooral voor de ‘serieuze’ invalshoek gekozen heeft. Ook vlotte praters als Shermer kom ik zelden tegen, al komt dat misschien ook doordat skeptici van nature een gezonde afkeer van vlotte praters hebben. Persoonlijk vind ik een Vincent Icke vaak een verademing om naar te luisteren, evenals Govert Schilling. En ook iemand als Maarten van Rossem heeft volgens mij meer dan oppervlakkige raakvlakken met het skeptische gedachtengoed, al weet ik niet of hij dat zelf ook zo ziet. Door het grote publiek zullen zij (m.u.v. van Rossem wellicht) echter nooit als skeptici herkend worden. Als populaire media een skeptisch geluid willen laten horen benaderen ze vaker een redactielid pakweg de Quest dan dat ze het nummer van Skepsis uit de Rolodex vissen. Jammer eigenlijk.
Constantia Maria Oomen says
Nederland is een ietepietepeuterig klein landje. Het bereik is er dan ook naar. In zo’n klein landje kun je heel veel niet vinden en niet doen. Je kunt je er maar tot op zekere hoogte ontplooien. In Amerika weten ze niet eens waar het ligt. Als je geluk hebt, wijzen ze Duitsland op de kaart aan als je vraagt waar Nederland ligt. lol.
Middas Dekkers is een leuke spreker en schrijver en behoorlijk sceptisch. Maar wat mij betreft: ajb geen Nederlandse Randi’s. Eentje is al meer dan genoeg. Ik zal blij zijn Nederland te verlaten. Het is hier gewoon té klein in zoveel opzichten. Je kunt van dit kleine landje niet verwachten dat het alles heeft. Wat veel Nederlanders niet beseffen, is dat Nederland op veel gebieden achterloopt en zeker niet de beste kwaliteit biedt. Er zijn wel uitzonderingen zoals Antoinette Hertsenberg. Die zou zelfs internationaal zeer hoog scoren. Maar je kunt hier wel heerlijk fietsen.
Als de emigratie gaat lukken, zal ik t.z.t een aantal Nederlandse skeptici bij de Amerikanen aanbevelen. Wat je zegt: noeste werkers.
Renate1 says
De VS is wel het laatste emigratieland waar naar zou willen emigreren, maar goed, ieder z’n meug. Als ik de verhalen van diverse Amerikanen, ook zij die nergens anders zouden willen leven, hoor, dan weet ik het wel.
Constantia Maria Oomen says
Het is het enige land waar ik heen wil. Ben een oude Amerikaan, Renate! 😀
Jesper says
Leuk. Ik had deze al eerder eens gezien. Je moet vooral helemaal tot het einde kijken, met het stukje over Katie Melua, grappig dat ze haar liedje speciaal voor Simon Singh heeft “verbeterd”.