De creationisten van het Logos Instituut waren niet zo gelukkig met de succesvolle actie met dinoplaatjes van Albert Heijn. In de gelikte campagne van de grootgrutter was er natuurlijk geen plaats voor het bizarre gedachtegoed van deze lieden, die zonder of blikken beweren dat de dinosauriërs gelijktijdig met de mens hebben geleefd.
Het Logos Instituut bedacht een snood plannetje: kaartjes met dino’s en een QR-code, net zoals die van de Albert Heijn. Alleen zou die code geen virtuele dino op je telefoon tevoorschijn toveren, maar je onverhoeds meesleuren naar een website vol met creationistische kletspraat, dinodino.nl. De Reclame Code commissie achtte deze actie ontoelaatbaar na een klacht van een ouder.
De klaagster vond het een kwalijke zaak dat onder de vlag van een Albert Heijn actie kinderen bewust benaderd worden en “gerekruteerd voor het geloof.” Haar zoontje was van de BSO thuisgekomen met een envelop met de nepperds. In de begeleidende brief werd de suggestie gedaan de kaartjes aan “klasgenootjes” en bij Albert Heijn winkels aan kinderen uit te delen zolang de actie van Albert Heijn loopt.
De voorzitter van de Reclame Code Commissie valt er met name over dat aan de kaartjes niet is af te zien dat het gaat om het uitdragen van een bepaald denkbeeld:
Kinderen zullen dit aldus opvatten dat men op de genoemde website meer plaatjes kan zien van dinosauriërs en ook een DVD over dino’s kan bestellen in het kader van de actie van Albert Heijn. De kaartjes dienen om die reden ook zelfstandig als een reclame-uiting te worden beschouwd. Op de website van adverteerder gaat het echter niet zozeer om dinosauriërs, maar om het verkondigen van een bepaald denkbeeld over dinosauriërs vanuit een Bijbelse visie. De kaartjes hebben niets te maken met het sparen van ‘dino-plaatjes’, zoals de actie door Albert Heijn is bedoeld. De oproep in de begeleidende brief om de kaartjes uit te delen op school en bij de winkels, alsmede de kaartjes zelf, zijn in plaats daarvan bedoeld om kinderen te bewegen informatie in te winnen over bepaalde denkbeelden van adverteerder, buiten hun ouders om.
en velt een stevig oordeel over de boefjes van het Logos Instituut:
De voorzitter acht het onaanvaardbaar om op deze wijze in de brief op te roepen tot een benadering van kinderen die in feite erop is gericht buiten hun ouders om een bepaald denkbeeld bij hen aan te prijzen. Adverteerder heeft daarmee de grenzen van het toelaatbare ruimschoots overschreden. Het moet ongepast worden geacht op deze heimelijke wijze kinderen te willen beïnvloeden.
De volledige uitspraak staat op de website van de Stichting Reclame Code.
Constantia says
Heel goed. Maar het blijft bij een advies?
Maar ze kunnen het naast zich neer leggen? Zoiets als Rutte al 142 dagen doet met het Oekraïne referendum dus?
Ik ben erg gecharmeerd van de humoristische illustraties die auteur voorts ook nog eens elke keer weet te creëren. ?
Renate1 says
Dat Oekraïne referendum was een raadgevend referendum. Dat kun je dus in principe naast je neer leggen.
Wilma S. says
Uitgebreide info over het hoe en wat bij de Reclame Code Commissie:
https://kloptdatwel.nl/2016/01/18/klagen-bij-de-reclame-code-commissie/
https://kloptdatwel.nl/2016/02/12/databank-uitspraken-reclame-code-commissie/
https://kloptdatwel.nl/2016/05/20/cease-therapeuten-op-de-vingers-getikt/
RV says
Op de site van het zeer “bijbelvaste” Logos Instituut http://logos.nl/logos-instituut/ vond ik niets over de uitspraak van de Reclame Code Commissie. Misschien zocht ik niet goed genoeg. Maar stel dat ik wel goed heb gezocht, waarom verzwijgt het Instituut die uitspraak? Overigens, de meeste christelijke wetenschappers aanvaarden het evolutionisme. Ik schrijf: “bijbelvast”. Met aanhalingstekens. Ofschoon de Bijbel suggereert dat de aarde plat is, wil het Logos Instituut er niet aan dat de Bijbelse aarde en voor haar dus ook de echte aarde plat zijn.
AAtsouPier says
En toch is er iets raars met deze uitspraak. Wat godsdienstvrijheid betreft vind ik hem zeer op het randje, zo niet erover. Het lijkt erop dat de RCC een religieuze of levensbeschouwelijke organisatie (waarvan het belijden gegarandeerd wordt door de Grondwet enz.) beschouwt alsof het een bedrijf is.
Ik ben er juridisch nog niet helemaal uit (of helemaal niet, wegens gebrek aan tijd), maar de uitspraak komt er volgens mij op neer dat een religieuze beweging die toevallig moderne reclametechnieken à la Albert Heijn gebruikt het belijden van hun geloof maar een tijdje stop moet zetten en wel tot de reclamecampagne van Albert Heijn afgelopen is, en dit omdat e.e.a. in strijd met de goede smaak en het fatsoen zou zijn.
Dit lijkt mij toch echt te veel van het goede.
De RCC maakt ook een sterke scheiding tussen kaartjes met dinosauriërs en de denkbeelden erover. Daar begrijp ik nu niets van, de religieuze denkbeelden van creationisten gaan nu juist over dinosauriërs.
Afgezien van het probleem van godsdienstvrijheid, ik mis informatie, namelijk aan wie de brief met plaatjes was gericht, zat de envelop dicht, wie verspreidde hem ? Die BSO (dat bleek buitenschoolse opvang te betekenen), was die openbaar, christelijk, orthodox christelijk ? Dat zou verschil kunnen maken (in de Bible Belt zou de brief mogelijk in goede aarde vallen bij de ouders).
Ik heb al jaren geen school of kinderopvang van binnen gezien, maar in mijn herinnering is heeft men er als ouder praktisch een dagtaak aan om zijn kinderen daar te vrijwaren van de publicitaire activiteiten van tal van zowel non-profit organisaties (inclusief levensbeschouwelijke organisaties) als van bedrijven.
Als de brief via de BSO of een daar rondlopende ouder of vrijwilliger werd verspreid, dan lijkt mij het eerste aanspreekpunt die BSO te zijn, en niet de RCC.
Overigens, wij denken toch niet dat de dino-plaatjes, gericht op kinderen (!) van Albert Heijn bedoeld zijn ter promotie van de wetenschap of de (evolutie)biologie ? Ik vind de actie van Albert Heijn eigenlijk wel een klacht bij de RCC waard. Een typisch voorbeeld van een bedrijf dat zich op het zwakke punt van kinderen richt (zijnde hun interesse in de natuur enz.) om ouders te lokken.
Ik zou toch nog eens een jurist naar deze uitspraak laten kijken. Het kan natuurlijk ook zijn dat het Logos Instituut in beroep gaat en alsnog gelijk krijgt.
Op de valreep vind ik nog een interessant verhaal van Karin Spaink over de bevoegdheden van de RCC t.o.v. denkbeelden. In casu betreft het politieke denkbeelden, maar een soortgelijk verhaal zou kunnen gelden voor religieuze denkbeelden.
http://www.spaink.net/2010/02/16/niet-alles-is-reclame/