Als het vliegtuig, dat zaterdagmiddag 11 juni van Stuttgart naar Amsterdam vloog, zou zijn verongelukt, dan zou dat een zware slag hebben betekend voor de vaderlandse kwakzalverijsector, want kijkt u maar even met mij mee.
Nederlanders, die als sprekers deelnamen aan het International Congress for Integrative Health and Medicine, waren Erik Baars, Rogier Hoenders, Ton Nicolai, Pim van Lommel en Ines von Rosenstiel. Het driedaagse congres begon op 9 juni en in de lijst van niet-Nederlandse sprekers treffen wij beruchte namen aan als Zhang Qi, Dieter Melchart, Helmut Kiene, Gunver Kienle en Peter Fisher.
Niet ongenoemd mogen blijven nog een Nederlander, ene Willem de Vos (hoogleraar microbiologie in Wageningen, die vermoedelijk geen idee heeft in welk gemankeerd gezelschap hij zich begaf) en Torkel Falkenberg. Het vriendelijke gezicht van deze Zweed op de site van het congres kwam mij erg bekend voor en na enig nadenken wist ik het weer. Ik had met hem eens stevig gedebatteerd over de waarde van ‘CAM’ tijdens het jaarlijkse congres van de European Society on Human Reproduction and Embryology, dat in 2010 in Rome plaatsvond. In dat door gynaecologen gedomineerde gezelschap was Falkenberg een vreemde eend in de bijt, maar de congresleiding had voor mij een zo waardig mogelijke opponent uitgezocht. Een samenvatting van onze voordrachten staat nog op het net.
Hij bleek bioloog te zijn, verbonden aan het prestigieuze Karolinska Instituut te Stockholm en hij gold als sympathisant van ‘CAM’, want zijn aandachtsgebied was niet alleen neurobiologie, hij was ook directeur van het Integrative Science Centre van het Karolinska en bovendien werkte hij mee aan het perfide WHO-standpunt over CAM & Traditional Medicine dat in 2013 zou verschijnen.
Wij voerden een hoffelijk debat en overtuigden elkaar natuurlijk niet. Voor mij, als aanhanger van de wetenschappelijke methode, was het debat een thuiswedstrijd, want veel medestanders in de zaal had Falkenberg niet. Een van de meer hinderlijke argumenten die hij tegen mijn kritiek op de acupunctuur had was dat deze methode in Engeland door het National Institute for Clinical Excellence (NICE) was betiteld als geaccepteerde behandeling van lage rugpijn. Men baseerde zich daarbij o.m. op de grote Duitse GERAC studie (2007), die door Neil ‘O’Connel, Benedict Wand en Ben Goldacre al snel – als prototype van onjuist interpreteren van onderzoeksdata – op excellente wijze werd onderuitgehaald (O ’Connel, Wand, Goldacre. Interpretive Bias in Acupuncture Research? A Case Study. Evaluation & the Health Professions. Dec 2009, Vol. 32:393-409).
Ik wees Falkenberg in ons debat op de onjuistheid om acupunctuur te vergelijken met een controlegroep, want in die laatste groep zal vaak teleurstelling niet de acupunctuur te mogen ondergaan, maar slechts ‘usual treatment’, tot een zogenaamd nocebo-effect leiden. Toch liet dit argument, erkenning door het NICE, niet na enige indruk te maken, met name bij congressisten met een open mind. Het NICE had en heeft een groot gezag en vervult eenzelfde functie als in ons land het Zorg Instituut Nederland ZIN (tot 2014 College voor Zorgverzekeringen), dat de overheid adviseert over de stand der medische wetenschap en het verstrekkingenpakket.
Maar nu het goede nieuws: op 24 maart 2016 maakte het NICE een ontwerprapport bekend waarin nu expliciet vermeld staat dat acupunctuur niet meer mag worden toegepast bij lage rugpijn, onafhankelijk van de vraag of er een hernia bestaat of niet.
Het definitieve rapport zal in september worden vastgesteld, maar dat het er nu ook in Engeland somber uitziet voor het theatrale placebo dat acupunctuur is, dat staat wel vast. Het geduld van een scepticus wordt soms op de proef gesteld, maar wie het laatst lacht, die lacht het best. Zou Torkel er wakker van liggen? Ik vrees van niet.
Constantia Oomen says
Dat vraag ik me af. Als er ergens een vacant ontstaat, wordt dat snel (en soms zelfs zeer dankbaar, de een zijn dood, is de ander zijn brood) opgevuld. Alleen uitzonderlijk unieke en onvervangbare mensen laten een leegte achter. Bovendien gaan we allemaal gegarandeerd, maar wanneer, dat weten we niet. Dat heeft nog nooit de kwakzalverij de wereld uit geholpen, dat kunnen alleen mensen zelf.