• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar

Kloptdatwel?

  • Home
  • Onderwerpen
    • (Bij)Geloof
    • Columns
    • Complottheorieën
    • Factchecking
    • Gezondheid
    • Hoax
    • Humor
    • K-d-Weetjes
    • New Age
    • Paranormaal
    • Pseudowetenschap
    • Reclame Code Commissie
    • Skepticisme
    • Skeptics in the Pub
    • Skeptische TV
    • UFO
    • Wetenschap
    • Overig
  • Skeptisch Chatten
  • Werkstuk?
  • Contact
  • Over Kloptdatwel.nl
    • Activiteiten agenda
    • Colofon – (copyright info)
    • Gedragsregels van Kloptdatwel
    • Kloptdatwel in de media
    • Interessante Links
    • Over het Bol.com Partnerprogramma en andere affiliate programma’s.
    • Social media & Twitter
    • Nieuwsbrief
    • Privacybeleid
    • Skeptisch Chatten
      • Skeptisch Chatten (archief 1)
      • Skeptisch Chatten (archief 2)
      • Skeptisch Chatten (archief 3)
      • Skeptisch Chatten (archief 4)

chiropractie

BTW-vrijstelling chiropractoren nog ver weg

29 May 2015 by Laurens Dragstra 61 Comments

De Stichting Nationaal Register van Chiropractoren heeft tot aan de Hoge Raad geprocedeerd om BTW-vrijstelling voor chiropractoren te bewerkstelligen. De procedure is op niets uitgelopen, behalve een veroordeling in de proceskosten. Na een opmerkelijke zege bij de kantonrechter heeft het Gerechtshof Den Haag de Stichting niet-ontvankelijk verklaard. De Hoge Raad heeft het daartegen ingestelde beroep vorige maand verworpen. Duidelijkheid over de vrijstellingsregeling in de Wet op de omzetbelasting brengen de twee laatstgenoemde uitspraken echter helaas niet: de chiropractoren verliezen de zaak omdat ze bij de verkeerde rechter hebben geprocedeerd. Ze zijn naar de burgerlijke rechter gestapt, maar hadden bij de belastingrechter moeten klagen. Daar zal de kwestie weer van voren af aan gaan beginnen.

Zoals bekend is per 1 januari 2013 de regeling voor BTW-vrijstelling voor medische en paramedische beroepen in de Wet op de omzetbelasting gewijzigd. Dit is het gevolg van het Begrotings- of Lenteakkoord, waaruit onder meer voortvloeide dat de diensten van alternatieve artsen en andere alternatieve beroepsbeoefenaren voortaan belast zouden worden. Meer daarover op het Skepsis Blog. In de toelichting op het wetsvoorstel dat de maatregelen uit het Begrotingsakkoord in wetgeving omzette, werden de chiropractoren uitdrukkelijk genoemd. Daar was geen woord Chinees bij: “Ook voor bijvoorbeeld (…) chiropractoren die nu een vrijstelling hebben, eindigt de vrijstelling”.

Logo van de Stichting Nationaal Register van Chiropractoren (bron: website Stichting)
Logo van de Stichting Nationaal Register van Chiropractoren (bron: website Stichting)

De Stichting Nationaal Register van Chiropractoren was het daar fundamenteel mee oneens en dagvaardde samen met twee klinieken de Staat, in het bijzonder het ministerie van Financiën, voor de kantonrechter te Den Haag. Kort en goed was het argument van de Stichting en de klinieken dat chiropractoren ook van betaling van BTW vrijgesteld behoren te zijn, nu er geen wezenlijk verschil is tussen een behandeling door een BIG-geregistreerde fysiotherapeut en een behandeling door een chiropractor, meer in het bijzonder een chiropractor die bij de Stichting staat geregistreerd. In de dagvaarding van advocaat Van Broekhuijze lezen we zelfs dat de chiropraxie eigenlijk op een hoger niveau staat: fysiotherapie is een HBO-opleiding, maar chiropractoren werken op wetenschappelijk/universitair niveau.

De kantonrechter wees de vorderingen van de Stichting toe en verklaarde voor recht dat bij de Stichting geregistreerde chiropractoren van de BTW-plicht zijn vrijgesteld. Dit tot grote schrik van Kloptdatwel-columnist Cees Renckens. Als we echter de uitspraak – niet gepubliceerd op www.rechtspraak.nl, maar uiteraard wél op de website van de Stichting – bestuderen, zien we direct waarom de vorderingen zijn gehonoreerd: de Staat heeft verzuimd verweer te voeren. Het vonnis vermeldt niet waarom dit niet gebeurd is en zelf heb ik ook geen idee. Als door de eisende partij gestelde feiten en rechten niet betwist worden, moet de burgerlijke rechter ze als vaststaand aannemen. Dat vloeit voort uit zijn lijdelijkheid, die al sinds jaar en dag is verankerd in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. De kantonrechter kon dus niet veel anders dan de Stichting gelijk geven.

In hoger beroep werd de zaak snel rechtgezet. De uitspraak – nu eens wel gepubliceerd op www.rechtspraak.nl, maar níet op de website van de Stichting – is kort maar krachtig. In de eerste plaats merkt het gerechtshof dat de kantonrechter zich nooit bevoegd had mogen verklaren, nu er sterke aanwijzingen zijn dat de vorderingen een waarde vertegenwoordigen die de 25.000 euro ver te boven gaat. Als immers alle bij de Stichting geregistreerde chiropractoren – meer dan 100 – van de BTW-plicht worden vrijgesteld, dan zal dat de Staat aanzienlijk meer dan 25.000 euro kosten. De zaak had daarom door een kamer van de sector civiel recht van de rechtbank, en niet door de kantonrechter behandeld moeten worden. Belangrijker is echter een andere overweging van het gerechtshof:

“Voor [naam 1] B.V. en [naam 2] B.V. [de twee chiropractische klinieken, LD] staat een met voldoende waarborgen omklede rechtsgang bij de belastingrechter open. Zij kunnen, teneinde hun geschil aan de belastingrechter voor te leggen, (i) wachten totdat de Inspecteur hen een naheffingsaanslag oplegt en tegen deze naheffingsaanslag bezwaar maken en nadien zo nodig beroep bij de belastingrechter instellen, dan wel (ii) de over in enig tijdvak verrichte chiropractische diensten verschuldigde omzetbelasting op aangifte voldoen en vervolgens tegen deze aangifte bezwaar maken en nadien zo nodig beroep bij de belastingrechter instellen. Deze twee beschikbare manieren om de zaak bij de belastingrechter aanhangig te maken vormen niet een onnodige of belastende omweg.”

De klinieken hadden dus bij de belastingrechter moeten procederen, en hetzelfde geldt voor de Stichting. Ze hadden ofwel een naheffingsaanslag kunnen afwachten, ofwel braaf kunnen betalen en vervolgens bezwaar kunnen maken tegen de aangifte (het hof bedoelt vermoedelijk de aanslag). Daarom zijn ze niet-ontvankelijk in hun beroep bij de burgerlijke rechter. Het is dezelfde redenering als waarmee de Artsenvereniging voor Integrale Geneeskunde (AVIG) en de Nederlandse Acupunctuur Vereniging (NAAV) het lid op de neus kregen toen zij probeerden de nieuwe regeling voor BTW-vrijstelling buiten werking gesteld te krijgen in een kort geding bij de burgerlijke rechter. Zie het reeds genoemde artikel op het Skepsis Blog en dit aanvullende artikel.

Mr. Römelingh in actie in de zaak van de zwarte zalf (foto: Skepsis Blog)
Mr. Römelingh in actie in de zaak van de zwarte zalf (foto: Skepsis Blog)

De Stichting had het erbij kunnen laten zitten, maar vond het kennelijk de moeite waard beroep in cassatie in te stellen. Daarvoor werd mr. Römelingh ingeschakeld, die we kennen als advocaat van de chiropractor “doctor” Molina en van de zaak tegen Rineke van den Berg, die zwarte zalf had verkocht. Römelingh heeft ongetwijfeld zijn best gedaan, maar de Hoge Raad vond het cassatieberoep zo kansloos, dat de zaak op 10 april jl. werd afgedaan zonder nadere motivering. De Wet op de rechterlijke organisatie zegt namelijk: “Indien de Hoge Raad oordeelt dat een aangevoerde klacht niet tot cassatie kan leiden en niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling, kan hij zich bij de vermelding van de gronden van zijn beslissing beperken tot dit oordeel.” Van de in het artikel genoemde situatie was hier volgens de Hoge Raad sprake, zodat een motivering achterwege blijft. De Stichting en de klinieken worden veroordeeld in de proceskosten, bij elkaar meer dan 3.000 euro.

De conclusie kan dus zijn dat na zo’n 2,5 jaar procederen de BTW-vrijstelling voor chiropractoren nog ver weg is. Helaas is er ook nog lang geen duidelijkheid over de houdbaarheid van de huidige wettelijke vrijstellingsregeling. De Stichting zal de geregistreerde chiropractoren nu wel gaan bijstaan in individuele procedures bij de belastingrechter. Zo’n procedure is in het geval van een arts-acupuncturist al eens met – onterecht – succes gevoerd. Het wachten is nu dus op uitspraken van belastingrechters, waarbij die in hoger beroep tegen de uitspraak inzake de arts-acupuncturist wel eens zeer richtinggevend zou kunnen zijn.

Filed Under: Alternatieve schade, Gezondheid Tagged With: btw, chiropractie, chiropractor, Van Broekhuijze

Rechter kent geen gewicht toe aan medisch oordeel chiropractor

14 May 2014 by Laurens Dragstra 129 Comments

Als een anesthesioloog- pijnbestrijder bij een patiënt aspecifieke rugklachten constateert en een chiropractor meent dat bij diezelfde patiënt sprake is van een uitstulping van de tussenwervelschijf, op wiens oordeel moet je dan als rechter afgaan? In een recente uitspraak heeft de Rechtbank Midden-Nederland voor het oordeel van de anesthesioloog gekozen, daarbij overwegend dat een chiropractor geen arts is.

Het UWV verwierp een aanvraag voor een WIA uitkering
Het UWV verwierp de aanvraag voor een WIA uitkering

De uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland (ook hier besproken) vloeit voort uit een bestuursrechtelijk geschil tussen een burger (hierna: appellant) en de raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: UWV). Appellant was werkzaam als servicemedewerker betaalsystemen en in 2011 met psychische klachten uitgevallen.
Eind 2012 heeft hij, na bijna twee jaar ziekte, bij het UWV een aanvraag ingediend voor een uitkering op grond van de Wet WIA (voluit: Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen). Die aanvraag wordt aanvankelijk afgewezen, maar nadat appellant tegen de afwijzing bezwaar had gemaakt alsnog toegekend. Appellant vindt echter dat het UWV zijn arbeidsongeschiktheid verkeerd beoordeeld heeft. Onder meer ten aanzien van zijn rugklachten zou een verkeerd oordeel zijn geveld. Hij stelt daarom beroep in bij de rechter.

De rechter stelt vast dat het UWV zijn besluiten in beginsel mag baseren op rapportages opgesteld door de eigen verzekeringsartsen. Appellant mag die rapportages natuurlijk inhoudelijk bestrijden, maar moet dat in beginsel doen aan de hand van een rapportage van een regulier medicus, aldus de rechtbank. Dat is vaste jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep, de hogerberoepsrechter in het sociale zekerheidsrecht. Voordat de verzekeringsarts een oordeel over de rugklachten moest geven, hadden twee behandelaars er al naar gekeken:

“In de brief van 25 januari 2013 van S.P.M. van Egeraat, anesthesioloog- pijnbestrijder, wordt geconcludeerd dat eiser aspecifieke pijnklachten heeft in de rug. In de brief van 20 maart 2013 van M. Blom, chiropractor, wordt aangegeven dat eiser rugklachten heeft met uitstraling in het been en dat op een MRI-scan duidelijk een uitstulping van de tussenwervelschijf zichtbaar is, die mogelijk een deel van de uitstralende klacht in het been veroorzaakt. Daarbij merkt de chiropractor op dat hij eiser onlangs niet meer heeft gezien op het spreekuur en dat hij daarom geen objectieve bevindingen kan beschrijven.”

De anesthesioloog- pijnbestrijder – een arts – komt dus tot een ander oordeel dan de chiropractor, die geen arts is. De verzekeringsarts baseerde zich op het oordeel van de eerstgenoemde. De rechtbank is het daarmee eens:

“De rechtbank overweegt met betrekking tot de rugklachten van eiser dat de beoordeling van de verzekeringsarts bezwaar en beroep daarover is gebaseerd op de diagnose van de anesthesioloog-pijnbestrijder, die uitgaat van aspecifieke rugklachten. De enkele verwijzing naar de brief van de chiropractor is onvoldoende om aannemelijk te maken dat dit oordeel en de op grond daarvan in de FML [functionele mogelijkhedenlijst] aangenomen beperkingen onjuist zijn. Daarbij acht de rechtbank van belang dat een chiropractor geen arts is en daarom niet bevoegd is een oordeel te geven over de medische situatie van eiser en daarnaast dat de chiropractor zelf ook reeds heeft aangegeven dat hij geen objectieve bevindingen kan beschrijven.”

Het is wat merkwaardig dat de rechtbank zegt dat een chiropractor niet bevoegd is een medisch oordeel te geven. Dat suggereert dat van een zogenaamde voorbehouden handeling sprake is. Artikel 36 van de Wet BIG somt een aantal handelingen op die alleen door de daar genoemde zorgverleners (vaak artsen) mogen worden verricht omdat bij verrichting door niet-deskundigen grote risico’s voor de patiënten ontstaan. Het gaat in artikel 36 bijvoorbeeld om endoscopieën, katheterisaties, het geven van injecties, het onder narcose brengen van patiënten en het voorschrijven van geneesmiddelen die uitsluitend op recept verkrijgbaar zijn. Het geven van een oordeel over de medische toestand van een patiënt valt er niet onder.
In principe is iedereen bevoegd een medisch oordeel te geven. De relevante vraag is echter of een rechter er gewicht aan toekent. In deze zaak doet de rechter dat niet voor wat betreft het oordeel van de chiropractor. Waarschijnlijk bedoelde hij met ‘bevoegd’ in dit geval eerder ‘capabel’ of ‘gekwalificeerd’. Geconfronteerd met conflicterende oordelen van een arts en een chiropractor, acht deze rechter het oordeel van de arts van belang en dat van de chiropractor, die dus geen arts is en kennelijk ook niet als ‘regulier medicus’ wordt gezien, niet. Waarschijnlijk is dat niet anders als de chiropractor – anders dan in deze zaak – de patiënt recentelijk nog gezien heeft en meent wél objectieve bevindingen te kunnen beschrijven.

In Skepter 25.2 een uitgebreid artikel over chiropraxie van de hand van Dirk Koppenaal
In Skepter 25.2 een uitgebreid artikel over chiropraxie van de hand van Dirk Koppenaal

Dat de rechter in dezen aanzienlijk meer vertrouwen in artsen stelt, lijkt mij terecht. De chiropraxie is oorspronkelijk gebaseerd op de idee dat medische aandoeningen worden veroorzaakt door scheefstanden van de wervels van de ruggengraat, zogenaamde “subluxaties”, die belangrijke zenuwen zouden afknellen. Door die scheefstand manueel te corrigeren, zouden aandoeningen verholpen kunnen worden. Nu kan manipulatie van de ruggengraat wel wat helpen bij rugklachten, maar niet meer dan oefeningen of een goede massage.
Het bestaan van subluxaties is nooit aangetoond. Bovendien staan chiropractors nu niet bepaald bekend om hun grondige kennis van anatomie en hun vermogen om röntgenfoto’s en scans te interpreteren. De bekende emeritus hoogleraar complementaire en alternatieve geneeskunde Edzard Ernst stelde eind vorig jaar voor om de chiropractors met kerst maar een leerboek over anatomie te geven (de homeopaten kregen “a nicely wrapped box that contains nothing”).

De Amerikaanse psychiater Stephen Barrett heeft een verzameling aangelegd van (doorgaans kleine) onderzoeken naar de praktijken van chiropractors in de Verenigde Staten tussen de jaren ’70 en 2003. Bij sommige van deze onderzoeken was hij zelf betrokken. Slechts twee van de meer dan de meer dan 100 chiropractors hadden bij het onderzoeken van hun patiënten naar het oordeel van Barrett de correcte conclusie getrokken, en dat waren dan waarschijnlijk ook nog eens de chiropractors die stelden dat er niets aan de hand was met de patiënt. Vaak stelden de chiropractors onafhankelijk van elkaar bij dezelfde patiënt compleet andere diagnoses. Een gezonde 29-jarige vrouw bezocht bijvoorbeeld vier chiropractors, en dit was het resultaat:

“The first diagnosed an “atlas subluxation” and predicted “paralysis in fifteen years” if this problem was not treated. The second found many vertebrae “out of alignment” and one hip “higher” than the other. The third said the woman’s neck was “tight.” The fourth said that misaligned vertebrae indicated the presence of “stomach problems.” All four recommended spinal adjustments on a regular basis, beginning with a frequency of twice a week.”

D.D. Palmer, bedenker van de chiropraxie
D.D. Palmer, bedenker van de chiropraxie

Barrett geeft zelf wel toe dat sommige van de door hem genoemde onderzoeken gedateerd zijn en bovendien niet van topkwaliteit. Het grapje van Edzard Ernst sloeg vooral op chiropractors die nog steeds geloven dat ze doofheid met chiropractische behandeling kunnen verhelpen, zoals de grondlegger van de chiropraxie, D.D. Palmer (1845-1913), meende.
Echt niet alle chiropractors geloven vandaag de dag nog in de sprookjes over subluxaties die Palmer meer dan honderd jaar geleden verkondigde. Over de capaciteiten van de chiropractor in de hier besproken zaak tegen het UWV weten we niets, behalve dan dat hij mijns inziens heel verstandig is geweest om niet met definitieve bevindingen te komen zonder appellant recentelijk nog gezien te hebben. Het kernpunt is echter dat, wat de chiropractische theorie dezer dagen ook in moge houden, chiropractors nimmer hebben aangetoond dat ze medische oordelen kunnen vellen die gelijkwaardig zijn aan die van (reguliere) artsen. Dat de rechter in deze UWV-zaak geen gewicht aan het oordeel van een chiropractor toekent omdat hij geen arts is, lijkt me dan ook zonder meer een juiste beslissing.

Filed Under: Alternatieve schade, Factchecking, Gezondheid Tagged With: chiropractie, chiropractor, rechtspraak, rugklachten, subluxatie

Consensus of nonsensus?

15 July 2013 by Cees Renckens 48 Comments

Consensus of nonsensus? 1
Cees Renckens schrijft columns voor Kloptdatwel. Van 1988 tot 2011 was hij voorzitter van de Vereniging tegen de Kwakzalverij. Foto: Vivian Oei.

Richtlijnen zijn in de geneeskunde niet meer weg te denken en zij vervullen een uiterst nuttige functie. Artsen kunnen er de stand der wetenschap in vinden en zullen vooral naar richtlijnen grijpen bij aandoeningen die niet direct hun speciale aandacht hebben of waarbij onzekerheid bestaat over de te volgen praktijk. De CBO-richtlijnen komen vrijwel steeds multidisciplinair tot stand, terwijl de huisartsen- en specialistenverenigingen ook hun eigen richtlijnen en standaarden maken.

De neiging om breed draagvlak te creëren leidt er bij de CBO-richtlijnen vaak toe dat ook vertegenwoordigers van patiëntenverenigingen mogen meedoen en ook werden alternatieve behandelaars meer dan eens toegelaten. Aangezien er door dit beleid niet meer alleen deskundigen in de voorbereidingscommissie zitten, dan liggen problemen echter op de loer. Twee voorbeelden.

Afgelopen februari verscheen de CBO-richtlijn over het chronischevermoeidheidssyndroom CVS en hoewel zij vertegenwoordigd waren in de commissie wezen de patiëntvertegenwoordigers de richtlijn direct af. De patiënten blijven van mening dat er een biologische oorzaak voor CVS bestaat, terwijl die in de wetenschappelijke literatuur niet te vinden is. Men denkt baat te hebben bij supplementen of schrijft chronische infecties toe aan hormonale of immuunstoornissen die nooit zijn gevonden. Dat de richtlijn alleen cognitieve gedragstherapie als behandeling adviseert, daarmee zijn de ME/CVS Stichting en de Steungroep ME en Arbeidsongeschiktheid het eveneens oneens en ze dienden al een protest in bij ZonMW die de totstandkoming van de richtlijn financieel ondersteunde.

Tweede voorbeeld betreft de Ketenzorgrichtlijn Aspecifieke Lage Rugklachten, die in 2010 door het CBO werd opgesteld. In de commissie zaten naast reguliere medici als orthopeden, neurologen, reumatologen en dergelijke ook twee patiëntenorganisaties en twee alternatieve clubs, de Nederlandse Chiropractoren Associatie en de Nederlandse Vereniging voor Manuele Therapie. Terwijl de wetenschappelijke literatuur nergens laat zien dat manipulatie van de rug of meer specifiek (zoek de verschillen!) chiropraxie een gunstig effect hebben op deze klachten, stond met de samenstelling van deze brede commissie al vast dat er toch naar een indicatie voor deze krakers gezocht zou moeten worden. De orthopeden en neurologen zullen zich verbeten hebben, maar de richtlijn stelt nu dat bij aspecifieke lage rugpijn, die na 2-3 weken nog niet over is, zowel oefentherapie als manipulatieve therapie kan worden ‘overwogen’, omdat het soms ’kan helpen’. Als lid van een eventueel ‘rugteam’ wordt ook de chiropractor genoemd, maar bij chronische lage rugklachten wordt manipulatie expliciet ontraden, samen met TENS, ruggordels, interferentie, ultrageluid, lasertherapie tractie en massage.

Tuchtrechters en burgerlijke rechters houden erg van richtlijnen, want daaraan kunnen zij makkelijk toetsen of bepaalde behandelingen conform de beroepsstandaard zijn uitgevoerd. En het was daarom hinderlijk dat de Vereniging tegen de Kwakzalverij, tegen wie de Amsterdamse chiropractor Adam Langweiler in mei jl. een kort geding had aangespannen, tegenover de rechter niet kon stellen dat chiropractie in geen enkele officiële richtlijn te vinden is. De advocaat van de chiropractor zwaaide – gelukkig tevergeefs – met voornoemde Ketenrichtlijn en wij wonnen wel, maar dat had – met een minder slimme rechter – ook zo maar anders kunnen aflopen.

MC-columnist en neuroloog Emile Keuter pleitte in Medisch Contact naar aanleiding van de heibel over de CVS-richtlijn tegen het opnemen van patiënten in richtlijncommissies en ik ben geneigd hem gelijk te geven. Ik zou mutatis mutandis ook willen pleiten tegen de toelating van alternatieve genezers in deze commissies: polderen is leuk, maar de negatieve gevolgen zijn beslist niet verwaarloosbaar. Met wetenschappelijke strengheid is uiteindelijk ook de patiënt en zij die risico lopen dat te worden het meest gebaat.

Filed Under: Columns, Gezondheid Tagged With: chiropractie, cvs, CVS/ME, manuele therapie, me

Sympathiseren rechters nog altijd met kwakzalvers?

3 June 2013 by Cees Renckens 23 Comments

Sympathiseren rechters nog altijd met kwakzalvers? 2
Cees Renckens schrijft columns voor Kloptdatwel. Van 1988 tot 2011 was hij voorzitter van de Vereniging tegen de Kwakzalverij. Foto: Vivian Oei.

In 1899 gaf de Zwolse officier van Justitie het maar op: de bekende kwakzalver Peter Stegeman (1840-1922) alias Het Staphorster Boertje was in zijn regio betrapt op onbevoegde uitoefening der geneeskunde, maar als hij hem daarvoor voor de rechter zou brengen, dan zou hij – aldus berichtgeving in De Hofstad van 1 april 1899 – worden berecht door ‘een rechter, die hij reeds menigmaal met zijn kwakzalverij een goede dienst had bewezen’. Deze casus was niet uniek: ondanks de strenge wetgeving, waarin sinds Thorbecke geneeskunde tot exclusief academisch beroep was verheven, kregen onbevoegden die wel voor de rechter werden gebracht vaak lichte tot zeer lichte straffen en deze leidden er nooit toe dat de kwakzalvers hun praktijken neerlegden. Hoogstens werden deze tijdelijk verplaatst.

Onbevoegde uitoefening der geneeskunde bestaat niet meer sinds in 1997 de wet BIG geneeskunde tot vrij beroep verklaarde. Alternatieve genezers kregen ruim baan en kunnen nauwelijks meer worden vervolgd. Hulpverleners met een erkende opleiding worden geregistreerd in het zgn. BIG-register en kunnen tuchtrechtelijk worden aangesproken en te maken krijgen met de Inspectie. Wat daarbuiten gebeurt wordt overgelaten aan het vrije spel der maatschappelijke krachten en de enige (abortieve) vorm van regulering die nog plaatsvindt, is in handen van winstbeluste zorgverzekeraars, die marginale voorwaarden stellen aan alternatieve hulpverleners, die hun diensten vergoed willen hebben vanuit de aanvullende verzekeringen. Inhoudelijke toetsing vindt niet plaats en dat kan ook niet anders: bewijzen van werkzaamheid zijn er niet en valide toetsingscriteria ontbreken. Sinds kort is er een tweede categorie beoordelaars van alternatieve geneeswijzen opgestaan, een direct gevolg van nieuwe wetgeving waardoor aanbieders van alternatieve geneeskunde, BIG-geregistreerd of niet, hun vrijstelling van btw zijn kwijtgeraakt: belastingrechters. Bedoelde wet, die op 1 januari 2013 is ingegaan, stelt dat btw-vrijstelling alleen nog maar geldt voor diensten die een ‘gezondheidskundige waarde’ hebben en de wetgever stelde dat ‘de vrijstelling alleen geldt voor zover het betreft dienstverlening waarvoor in de Wet BIG het kwaliteitsniveau is geregeld. Dat betekent dat zorg waarvoor geen regels zijn gesteld in of krachtens de Wet BIG niet is vrijgesteld. (…) Tot deze niet-reguliere behandelwijzen worden onder meer gerekend acupunctuur, osteopathie en chiropractie’. De ingeboekte opbrengst van deze maatregel in het Belastingplan 2013 bedraagt 65 miljoen euro. De btw op alternatieve geneeswijzen kan worden vergeleken met accijns op tabak en alcohol: het werkt hopelijk remmend op ongezond gedrag en komt de schatkist ten goede. Protesten en handtekeningenacties tegen deze belastingmaatregel uit alternatieve hoek bleven zonder effect, maar de houdbaarheid van de wet wordt sinds kort ondergraven door rechterlijke uitspraken, die de traumatische herinneringen aan 1899 weer tot leven brengen.

Zo werd op 20 februari 2013 door een Haagse kantonrechter bepaald dat ‘register-chiropractoren’, die diensten verrichten als die van een fysiotherapeut, vrijgesteld zijn van btw-heffing. Op 8 april 2013 bepaalde een gerechtshof in Den Bosch, dat een magnetiseur geen btw hoefde te betalen omdat zijn diensten konden worden gelijkgesteld aan die van afgestudeerde psychologen en psychiaters. En op 16 mei bepaalde een rechtbank in Arnhem, dat een maatschappelijk werkende, die als ‘Gestalt-therapeut’ werkzaam is, evenmin btw behoeft te betalen, omdat zijn diensten gelijkwaardig zouden zijn aan die van GZ-psychologen en psychotherapeuten. Zo slagen kwakzalvers er via de rechter in flinke bressen te slaan in de jonge wetgeving en komt de opbrengst van de zo heilzame maatregelen onder druk te staan. Ernstiger is nog de chaos die nu is ontstaan, want deze vonnissen ondermijnen de waarde die er in de wet BIG wordt toegekend aan goedgekeurde en door het NVAO geaccrediteerde beroepsopleidingen, opleidingen die gebaseerd zijn op wetenschappelijke kennis en een toetsingskader zoals de beroepsgroepen dat erkennen en hanteren. Inhoudelijk zullen de magistraten de nu alsnog van btw-heffing vrijgestelde beroepsbeoefenaren niet hebben kunnen beoordelen, maar zij zullen zich gericht hebben op hetgeen er leeft in de samenleving. Daar rondkijkend hebben zij allereerst kunnen constateren, dat praktisch alle zorgverzekeraars via de aanvullende verzekering kwakzalverij vergoeden. Ook hebben zij kunnen vaststellen dat de KNMG in haar gedragsregels weliswaar veel randvoorwaarden formuleert, maar haar leden geen absoluut verbod op toepassing van alternatieve geneeswijzen heeft opgelegd. Huisartsen met een in mijn ogen verwerpelijke beroepsopvatting, dat wel, verwijzen patiënten met regelmaat naar genoemde categorieën alternatieve genezers, hetgeen door hen in de rechtszaken nadrukkelijk werd gemeld. De nascholingscommissies van beroepsverenigingen van huisartsen, psychiaters en psychologen keuren onbekommerd congressen goed, waar scholing in alternatieve geneeswijzen wordt aangeboden. Bij navraag stelt men dan dat de leden, die deze cursussen volgen, best kunnen beoordelen of iets waarde heeft of niet. Men bagatelliseert zo de ertegen ingebrachte bezwaren, maar realiseert zich niet welke indruk dergelijke accreditering op de leek maakt, rechters incluis. Nu men de forse beledigingen van de rechter moet slikken, alsof opleiding en nascholing volstrekt irrelevant zijn en alternatieve genezers daarzonder gelijkwaardige kwaliteit zouden bieden, nu zijn de druiven zuur. Protest bleef uit, maar met zoveel boter op het hoofd zou dat ook slechts tot hoongelach hebben kunnen leiden. Het is intussen niet ongebruikelijk dat nieuwe wetgeving wordt getoetst in rechtszaken, waarna zich een geaccepteerde praktijk uitkristalliseert. Daarom zullen bovengenoemde arresten nog wel worden gewogen in hoger beroep, maar die rechters kan voorlopig weinig verweten worden. Geheime sympathie voor kwakzalvers behoeft hier niet te worden vermoed. Immers, als de beroepsgroep zoveel ruimte biedt aan kwakzalverij in eigen kring, hoe kan zo’n rechter dan beter weten?

De schade zou overigens nog wel eens mee kunnen vallen, want alleen het arrest over de chiropractie heeft betrekking op de situatie vanaf 1 januari 2013, de beide andere zaken gaan over het verleden en zouden nu kansloos zijn geweest. Ook BIG-geregistreerden, die een alternatieve behandelwijze toepassen betalen tegenwoordig btw.

Filed Under: Columns, Gezondheid Tagged With: btw, chiropractie, magnetiseur, rechtspraak

  • « Go to Previous Page
  • Page 1
  • Page 2

Primary Sidebar

Steun ons via:
Een aankoopbol.com Partner (meer info)
Of een donatie

Schrijf je in voor de nieuwsbrief!

Skeptic RSS feed

  • Skepsis
  • Error
  • SBM
Inschrijvingen Skepsiscongres 2025 geopend: Was vroeger alles beter?
9 May 2025 - Ward van Beek
Inschrijvingen Skepsiscongres 2025 geopend: Was vroeger alles beter?

.Het vorige congres ligt nog vers in ons geheugen, maar omdat ontwikkelingen steeds sneller gaan zijn wij alweer druk bezig met het Skepsiscongres 2025, op zaterdag 1 november a.s.  De maatschappij bekeken met een skeptische bril Je hoort het vaak:…Lees meer Inschrijvingen Skepsiscongres 2025 geopend: Was vroeger alles beter? › [...]

Graancirkels op European Skeptics Congress 2024
7 May 2025 - SkepsisSiteBeheerder
Graancirkels op European Skeptics Congress 2024

Voordracht van Francesco Grassi op ESC2024 in Lyon.Lees meer Graancirkels op European Skeptics Congress 2024 › [...]

SKEPP wordt 35… en dat vieren ze!
27 April 2025 - SkepsisSiteBeheerder
SKEPP wordt 35… en dat vieren ze!

Onze Belgische zusterorganisatie SKEPP bestaat dit jaar 35 jaar. Op zaterdag 10 mei vieren ze dat met een mooi programma. Hoofdgast is de bekende skepticus en emeritus hoogleraar psychologie Chris French die onlangs ook tot erelid van SKEPP werd benoemd.…Lees meer SKEPP wordt 35… en dat vieren ze! › [...]

RSS Error: A feed could not be found at `https://skepp.be/feed`; the status code is `404` and content-type is `text/html; charset=UTF-8`

David Geier, Mail Order Pharmacist
10 May 2025 - Kathleen Seidel

David Geier was in the drug business. What was he selling before the FDA stepped in? The post David Geier, Mail Order Pharmacist first appeared on Science-Based Medicine. [...]

Dr. Vinay Prasad is Now the Medical Establishment. It’s His Job to Run RCTs, and It’s Our Job to Call Him a Lying Piece of $#!& if He Fails.
9 May 2025 - Jonathan Howard

"I wish Vinay all the best for his new role. It's a whole new state of play when the buck stops with you." The post Dr. Vinay Prasad is Now the Medical Establishment. It’s His Job to Run RCTs, and It’s Our Job to Call Him a Lying Piece of $#!& if He Fails. first appeared on Science-Based Medicine. [...]

Breathing Easy: Treating Allergic Rhinitis
8 May 2025 - Scott Gavura

Spring is a miserable season for those with seasonal allergies. There are effective drug- and non-drug measures that can control most symptoms effectively. The post Breathing Easy: Treating Allergic Rhinitis first appeared on Science-Based Medicine. [...]

Recente reacties

  • Renate1 on De linke weekendbijlage (19-2025)Ach, de heer Kennedy maakt zich druk over 300.000 kinderen die volgens complotgelovigen als sex-slaaf of iets dergelijks werken. Misschien
  • Klaas van Dijk on Bedenkingen bij het rapport over oversterfte van Ronald Meester en Marc JacobsOp https://archive.is/1Exnu staat een gearchiveerde versie van een recente posting van Ronald Meester op LinkedIn. In deze posting verwijst
  • Klaas van Dijk on Bedenkingen bij het rapport over oversterfte van Ronald Meester en Marc JacobsEen verbeterde versie van Hoofdstuk 6 van dit rapport van Ronald Meester en Marc Jacobs is op 22 april 2025
  • Hans1263 on Volgens Maurice de Hond beschikt hij over telepathische gavenHet filmpje waarin hij een trucje met Jeroen Pauw uithaalt, bewijst natuurlijk helemaal niets, ja misschien het denkniveau van De
  • Renate1 on De linke weekendbijlage (17-2025)En de paashaas is er snel vandoor gegaan,

Archief Kloptdatwel.nl

Copyright © 2025 · Metro Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in