Een jaar geleden was er veel media-aandacht voor een uiterst merkwaardig onderzoeksresultaat van de bekende psycholoog Daryl Bem: beslissingen van mensen kunnen worden beïnvloed door gebeurtenissen uit de toekomst. Dat schreef de emeritus hoogleraar van de bekende Amerikaanse Cornell Universiteit in een artikel in het gezaghebbende tijdschrift Journal of Personality and Social Psychology (nr. 100, pp. 407-425). Al snel werd duidelijk dat de resultaten van Bem niet konden kloppen. Andere onderzoekers probeerden de resultaten van Bem te herhalen, zonder succes. Daarover schreven we eerder op Kloptdatwel. Een artikel in het blad Skeptical Inquirer van CSI (the Committee for Scientific Investigation), de Amerikaanse zusterorganisatie van Skepsis, ontleedde de denk- en onderzoeksfouten van Daryl Bem. Andere wetenschappers kwamen met forse kritiek, zo blijkt o.a. uit dit artikel in de krant New York Times. Opnieuw is er een onderzoek dat de resultaten van Bem onderuithaalt. Bem weigert de bewijzen te accepteren en ook het Journal of Personality and Social Psychology weigert om het artikel van Bem te corrigeren. De redactie wilde het onderzoek dat de resultaten van Bem corrigeert niet publiceren.
Het was geen toeval dat het artikel van Daryl Bem een jaar geleden leidde tot wereldwijde aandacht. Het had alle ingrediënten voor gegarandeerd mediasucces: een pakkende titel (‘feeling the future’), een bekende professor van een topuniversiteit, een mysterieus onderzoeksresultaat dat het bestaan van ‘psi’ lijkt aan te tonen en de ‘magical ingredient’ sex. In één van in totaal negen experimenten moesten de deelnemers raden achter welk gordijntje op hun computerscherm zich een plaatje zou bevinden. Pas na het maken van een keuze voor een bepaald gordijntje zette de computer willekeurig een plaatje achter één van de twee gordijntjes. Als de computer een erotisch plaatje selecteerde (door Bem aangeduid als ‘explicit reinforcement for correct ‘precognitive’ guesses’) dan raadden de kandidaten het correcte gordijntje veel vaker dan wat als toeval verklaarbaar is. Aldus Bem. Maar Bems experiment zat verkeerd in elkaar en kon deze resultaten helemaal niet onderbouwen, betoogt een artikel in het blad Skeptical Inquirer. Daarvoor deugden de opzet (methodologie) van het experiment en de gebruikte statistische methoden gewoon niet. Dat bezwaar gold volgens de Skeptical Inquierer ook voor de andere 8 experimenten die Bem beschreef.
Nu zijn 3 van de 9 experimenten van Daryl Bem exact herhaald door de skeptische onderzoekers Stuart Ritchie en Richard Wiseman. Volgens deze onderzoekers leverden de experimenten geen enkele aanwijzing op voor het bestaan van precognitie. Het betreft geheugentesten: het in de toekomst oefenen van een verzameling woorden zou, geholpen door een ‘stimulus seeking statement’, volgens Bem een positieve invloed hebben op de herinnering aan deze woorden in het heden. Als het waar zou zijn zou dit een zegen zijn voor iedere student. Ritchie en Wiseman vonden echter hiervoor geen enkele aanwijzing. De abstract van hun artikel luidt:
‘Nine recently reported parapsychological experiments appear to support the existence of precognition. We describe three pre-registered independent attempts to exactly replicate one of these experiments, ‘retroactive facilitation of recall’, which examines whether performance on a memory test can be influenced by a post-test exercise. All three replication attempts failed to produce significant effects’
Ritchie en Wiseman zijn van mening dat Daryl Bems onderzoek slechts ‘experimentele artefacten’ (schijnresultaten) heeft opgeleverd.
Bem stelt in een reactie op het artikel van Ritchie en Wiseman dat het prematuur is om zijn onderzoeksresultaten te verwerpen. Hij stelt dat meer onderzoek nodig is. Verder verdedigt hij zich uiterst zwak door de bal op de man te spelen. Bem suggereert dat de resultaten van Ritchie en Wiseman mede het gevolg zijn van hun skeptische houding: ‘Ritchie, Wiseman, and French are well known as psi skeptics, whereas I and the investigators of the two successful replications are at least neutral with respect to the existence of psi’. Bem verwijst daarmee in één adem ook naar het kritische stuk dat de skepticus Chris French op 15 maart 2012 schreef in de Engelse krant The Guardian (‘Precognition studies and the curse of the failed replications’). Met deze verdediging maakt Bem zich uiterst verdacht. Bem introduceert hiermee zonder spoor van bewijs een nieuwe variabele die zijn onderzoeksresultaten zou kunnen verklaren: de welwillende of neutrale onderzoeker. Hiermee schendt Bem een aantal belangrijke wetenschappelijke uitgangspunten. Hij noemt een verklarende factor voor zijn vreemde onderzoeksresultaten die hij in zijn artikel niet heeft benoemd. Ook stelt hij de herhaalbaarheid en dus de objectiviteit van wetenschappelijk onderzoek ter discussie.
Het meest treurigmakend is misschien niet eens de reactie van Daryl Bem. Echt verdrietig is dat Ritchie en Wiseman hun artikel zonder succes aanboden aan het Journal of Personality and Social Psychology, het tijdschrift dat Bem eerder ruim baan gaf voor zijn vreemde onderzoeksresultaten. Ook twee andere toptijdschriften weigerden het artikel van de twee skeptische onderzoekers. Zijn deze tijdschriften meer geïnteresseerd in pakkende nieuwtjes dan in wetenschappelijke vooruitgang? Niet echt bemoedigend voor onderzoekers die vreemde resultaten opnieuw tegen het licht willen houden. En daarmee niet echt bevorderlijk voor het zelfreinigend vermogen van de wetenschap. Uiteindelijk bood het internet-tijdschrijft PlosOne ruimte voor het artikel van Ritchie en Wiseman.
Met dank aan dit artikel op de website whyevolutionistrue.