De Delftse Studium Generale directeur en UFO-gelovige Coen Vermeeren blijft in de schijnwerpers, en niet alleen op Kloptdatwel. De Delftse universitair docent Dap Hartmann plaatste gisteren een felle repliek in de Volkskrant op een stuk van de theoloog Taede Smedes. Smedes bepleitte in een ingezonden stuk in de Volkskrant dat Coen Vermeeren de ruimte moet krijgen voor zijn boodschap dat UFO’s de aarde bezoeken. Ook beschuldigde Smedes Skepsis ervan ‘een ideologisch gedreven vereniging te zijn’ die Coen Vermeeren de mond wil snoeren.
Naar aanleiding van het stuk van Taede Smedes in de Volkskrant ontspon zich twee dagen geleden ook op Kloptdatwel een pittige discussie. Nu reageert Hartmann in de Volkskrant. Enkele citaten uit het stuk van Hartmann (het hele stuk is de moeite van het lezen meer dan waard):
‘In zijn opinieartikel van 30 januari jongstleden prijst godsdienstfilosoof en theoloog Taede Smedes de moed van Coen Vermeeren, directeur van Studium Generale en universitair hoofddocent aan de faculteit Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek van de TU Delft. Hij noemt het onwetenschappelijk dat Vermeeren ‘de mond wordt gesnoerd vanwege het gejammer van een ideologisch gedreven vereniging’. Hij doelt op stichting Skepsis, die hoog aanzien geniet in de wetenschappelijke wereld. In het comité van aanbeveling zitten onder meer Piet Borst, Ed van den Heuvel, Gerard ‘t Hooft, Cees de Jager en Vincent Icke.
Vermeeren zegt over Skepsis: ‘die branden je altijd af zonder zinnig argument’. Hij geeft regelmatig lezingen over ufo’s, en speelt daarin aanvankelijk de nieuwsgierige ingenieur die de vele ufo-meldingen wetenschappelijk wil onderzoeken. Aan het einde van de lezing komt echter zijn ware overtuiging naar buiten: aliens cirkelen rond de aarde in hun ufo’s en beschikken over revolutionaire technologieën die al onze aardse problemen (klimaatverandering, energie) kunnen oplossen: ‘We hoeven ze het alleen maar te vragen’.
Net zoals sceptici concludeert Hartmann dat voor de aanwezigheid van aliens op aarde geen enkel bewijs is te vinden. Hij stelt terecht dat de ‘UFO-gekkies’ de bewijslast omdraaien:
‘Wetenschappers baseren stellige uitspraken op harde bewijzen. Ufo-gekkies trekken verregaande conclusies zonder enig concreet bewijs en eisen vervolgens dat wetenschappers aantonen dat het niet zo is’.
Het is niet te verwachten dat Vermeeren naar aanleiding van het stuk van Hartmann zal inbinden. Mede naar aanleiding van de aandacht van Skepsis voor de onzin van Vermeeren, plaatste de universiteit Vermeeren ‘onder curatele’. Net zoals Hartmann stellen we echter vast dat Vermeeren vrolijk doorgaat met het verspreiden van zijn boodschap. Hij beroept zich op de vrijheid van meningsuiting en vermoedt dat er complotten zijn die hem willen beletten de waarheid aan het licht te brengen. Hartmanns conclusie over Vermeeren is scherp en in onze ogen terecht:
‘[Zijn uitspraken over UFO’s maken Vermeeren] tot een held binnen de ufo-gemeenschap maar tot een malloot binnen de wetenschap’.