Op vrijdag 12 december 2008 kreeg ik van Jan van der Winden de vraag om met hem af te spreken om kennis en ervaringen met betrekking tot antroposofie en haar werkvelden (o.a. vrije/steinerschool) te delen. Ondertussen zijn we net geen 15 jaar verder en komt Jan in het nieuws met het boek dat hij geschreven heeft.
In het boek beschrijft auteur Jan van der Winden wat zijn ervaringen zijn met de antroposofische beweging. Het is een zogenaamd ‘tell all’-boek waarin de auteur geen blad voor de mond neemt. Jan kan beroep doen op bijna 50 jaar ervaring met antroposofen en hun verschillende werkgebieden en hij is op die manier in de eerste plaats ervaringsdeskundige.
Vier jaar is hij als z’n moeder een relatie aangaat met een antroposoof en hij deel gaat uitmaken van een wereldwijde beweging. Het duurt niet lang of de kleine Van der Winden mag kennismaken met de vreemde ideeën die worden aangehangen bij de volgelingen van Rudolf Steiner. De jongen komt in opstand, maar dit resulteert in nog meer drieste ingrepen in zijn leven. Zo wordt hij als zestienjarige zelfs vanuit Midden-Nederland clandestien naar een antroposofisch tehuis voor verstandelijk gehandicapten in het Belgische Merksplas gebracht, waar men hem – een normale jongen! – opsluit en behandelt als een gehandicapte.
Wanneer Jans ernstig zieke moeder een antroposofische therapie ondergaat en zij uiteindelijk in een antroposofische kliniek overlijdt, gaat hij door een mentale hel. Jan ontspoort volledig en leeft zelfs een tijdje op straat. Dit is echter zijn redding, want Jan krijgt hulp vanuit reguliere hoek en kan zich herpakken. Hij wordt politieagent en heeft de ambitie om zich geleidelijk aan op te werken. Daarmee zijn de problemen met de antroposofische beweging echter niet van de baan.
Jan heeft ondertussen een relatie met iemand uit de beweging en het koppel heeft twee kinderen. Haar vader is een antroposofische ‘bobo’ en beheert een antroposofische zorginstelling. Jan is van dichtbij getuige van de wantoestanden in de antroposofische kliniek van zijn schoonfamilie en kaart dit geregeld aan. Dit brengt enorm veel spanningen teweeg tussen hem en zijn partner, wat uiteindelijk tot een onherstelbare breuk in de relatie leidt. Jans bezorgdheden voor de patiënten van de antroposofische kliniek zijn niet uit de lucht gegrepen, want de kliniek wordt door de overheid gesloten en de verantwoordelijken worden strafrechterlijk vervolgd.
Na de breuk met zijn partner breekt voor Jan een periode aan van vechten voor zijn kinderen. Die zitten ingekapseld in de antroposofische beweging en het is niet ondenkbaar dat zij dezelfde behandeling als hijzelf zullen krijgen. Probleem is dat de ex-partner van Jan deel uitmaakt van de beweging en hij er ondertussen persona non grata is geworden. Als het over beslissingen aangaande zijn kinderen gaat wordt hij buitengesloten. Het leven van de kinderen speelt zich voornamelijk af binnen de antroposofische wereld en daar is Jan niet welkom. Uit liefde voor zijn kinderen doet hij zijn uiterste best om in communicatie met de betrokken instanties rond zijn kinderen te blijven. Jan wordt echter geprovoceerd, vooral op en rond de school waar zijn kinderen schoollopen.
Er wordt een lastercampagne tegen hem gestart, er worden valse meldingen bij de autoriteiten gedaan en men probeert hem financieel te raken door middel van een een poging hem te laten ontslaan bij zijn werkgever, de politie. Voor Jan breekt een periode van strijd op leven en dood aan. Hij weet dat men zijn kinderen van hem wil afnemen. Gelukkig documenteert Jan alles wat zich rondom hem afspeelt en roept hiervoor ook de hulp van derden in. Na verloop van tijd vallen de puzzelstukken op hun plaats en krijgen de overheidsdiensten een vrij accuraat beeld van in wat voor soort spinnenweb Jan moet functioneren om te overleven. Met de nodige begeleiding worstelt Jan zich erdoor en wanneer hij zijn leven voldoende op orde heeft, besluit hij een boek te schrijven over wat hem is overkomen.
Voor wie zich een beeld wil vormen van hoe het in de antroposofische beweging aan toe gaat is het een eye-opener. Voor wie ooit met de antroposofische beweging in aanraking is geweest is het een herkenning.