Ieder jaar in augustus wordt in het dorpje waar ik woon een evenement met rommelmarkt en oude ambachten georganiseerd. Ik besloot dit keer naast de verkoop van zolderspullen een ludieke dienst aan te bieden met een skeptische inslag.
Ik dacht in eerste instantie aan iets van cold reading, en dan overduidelijk overdreven, als een kermisattractie met een grote glazen bol en bijpassende zigeunerkledij. Het schijnt niet moeilijk te zijn, die jongen van Rambam deed het ook zomaar even (leek het), op een paranormaalbeurs, en had er best succes mee. Maar uiteindelijk voelde ik me daar toch te onzeker over, ik wilde graag iets meer houvast en ging op zoek naar een andere invulling van mijn act.
Een inspiratiebron was een artikel van de website van Skepsis: Grafologie, De bladspiegel van de ziel waarin Skepsisbestuurslid Dick Zeilstra verslag doet van de werkwijze van het door hem opgerichtte bureau Grafospect, Instituut voor wetenschappelijke grafologie. Omdat ik nogal wat mensen ken die grafologie serieus nemen, had ik het artikel een aantal keren gekopieerd thuis liggen, zodat ik het altijd direct kan uitdelen als het onderwerp ter sprake komt. Voor mij was het ook het eerste artikel dat ik van Skepsis las waarna ik natuurlijk onmiddelijk een abonnement op het tijdschrift genomen heb.
Het artikel verhaalt hoe tot in de jaren 1960 grafologie een volstrekt gangbare onderzoeksmethode was in de psychologie, waarmee men meende via het handschrift informatie te kunnen inwinnen over iemands karaktereigenschappen. Nadat de psycholoog Jansen hier een doctoraalscriptie aan gewijd had, waarin werd aangetoond dat er geen verband was tussen handschrift en karaktereigenschappen, nam de methode in populariteit af en werd verwezen naar het rijk van astrologen, handlezers en andere waarzeggers.
In het Skepter-artikel wordt verder ingegaan op het merkwaardige verschijnsel dat ondanks negatieve uitkomsten van validiteitsonderzoek clienten zich doorgaans goed herkennen in een karakteranalyse. In de psychologie is dit bekend onder de naam Forer-effect, of ook wel Barnum-effect: de neiging van mensen om vage en algemeen geldende uitspraken over de eigen persoon te accepteren als een rake, typerende omschrijving, zonder zich te realiseren dat diezelfde omschrijving voor bijna iedereen opgaat.
Wikipedia vermeldt hierover:
‘Het begrip dankt zijn naam aan de Amerikaanse psycholoog Bertram Forer, die in 1948 een persoonlijkheidstest uitvoerde bij zijn studenten en hen daarna een persoonlijkheidsanalyse verstrekte die zogenaamd op die persoonlijkheidstest gebaseerd was. Hij verzocht de studenten vervolgens het waarheidsgehalte van de persoonlijkheidsanalyse een cijfer te geven tussen 0 (= klopt helemaal niet) en 5 (= klopt zeer goed). Het resultaat was dat de persoonlijkheidsanalyse gemiddeld 4,26 punten kreeg.
Groot was de verrassing toen de studenten verteld werd dat zij allemaal exact dezelfde persoonlijkheidsanalyse gekregen hadden. Forer had die samengesteld uit horoscopen uit een krantenkiosk.’
Het Forer-effect leek me een geschikt uitgangspunt voor een ludieke actie. De tekst die Zeilstra naar zijn grafologieklanten had opgestuurd had goed gewerkt, want uit het tevredenheidsonderzoek was gebleken dat de meesten het als een treffende beschrijving hadden ervaren. De tekst bevat uiteraard algemene waarheden waarin praktisch iedereen zich herkent en is bovendien overwegend positief. Het leek me wel aardig om deze tekst te gebruiken voor mijn act, het zou dan tegelijkertijd kunnen dienen als een mooie gelegenheid om mensen in te lichten over het Forer-effect en naar het Skepter-artikel te verwijzen. Omdat grafologie als kermisattractie minder geschikt is heb ik gekozen voor handlijnkunde als ‘kapstok’ om het verhaaltje aan op te hangen. Na het Wikipedia-artikel over handlijnkunde gelezen te hebben besloot ik me te richten op de drie ‘belangrijkste’ lijnen in de hand de zogenaamde hoofdlijn, hartlijn en levenslijn. Zij zouden informatie bevatten over de gebieden ‘kennisverwerving’, ’emoties’, en ‘levensloop/algemeen welzijn’. De tekst van Zeilstra (die ook bijna dezelfde was als die van Forer) bleek goed op te splitsen in deze drie deelgebieden (en ik heb er zelf nog een klein beetje bij verzonnen). Door deze opsplitsing was het ook beter te onthouden, want voor wat ik van plan was zou het noodzakelijk zijn de gehele tekst uit mijn hoofd te leren.
Op de dag van het evenement was het gelukkig erg mooi weer waardoor er hoogstwaarschijnlijk veel publiek zou komen. Ik kon gebruik maken van het tuinhuisje van een vriendin die in het centrum woont en waar wij in haar tuin ook nog een tuincafé en rommelmarktkraam hadden ingericht.
Het was natuurlijk niet de bedoeling dat mensen mijn handleeskunsten al te serieus zouden nemen en daarom vroeg ik er maar twee euro voor. Ook de manier waarop ik het huisje had ingericht en mezelf had aangekleed zouden daar dacht ik wel aan bijdragen.
De combinatie met het tuincafé was een succes. Veel mensen die bij ons wat kwamen drinken wilden even later ook hun hand laten lezen. En het handlezen ging me verrassend goed af! Ik was eerst bang dat mijn verhaal veel te gekunsteld zou overkomen of dat ik mijn tekst kwijt zou raken, maar dit viel reuze mee. Ik vroeg regelmatig of men zich herkende in de gegeven beschrijving en dit bleek vaak het geval. Soms ook niet, maar dan viel daar wel weer een mouw aan te passen waardoor het toch weer klopte. Aan het eind van mijn ‘consult’ liet ik mijn klanten een envelop kiezen uit een kistje waar er ongeveer 30 inzaten. Ik vertelde erbij dat in iedere envelop een andere tekst zou zitten en dat het wel heel toevallig zou zijn als zij de tekst zouden trekken die ik ze zojuist verteld had.
Mocht dit wel het geval zijn dat zou dit een teken zijn van hogerhand, want ‘toeval’ bestaat natuurlijk niet. Op het moment dat men de tekst begon te lezen zagen de meesten de grap ervan in en konden er hartelijk om lachen. Een enkeling was echt verbaasd. (Onderaan de tekst had ik een verwijzing naar het Skepter-artikel en naar het Forer-effect opgenomen.)
Tja, Zeilstra voorspelde het al in zijn artikel uit 1993 dat door de hernieuwde belangstelling voor oude en nieuwe pseudowetenschappelijke methodes een toenemend aantal charlatans een graantje zou willen meepikken. 😉
Hieronder de tekst die in de envelop zat:
De hoofdlijn geeft informatie over de manier waarop kennisverwerving plaatsvindt:
Beweringen van anderen accepteer je niet, zonder dat je er voldoende bewijzen voor hebt. Je houdt van duidelijke feiten en bent niet bijgelovig. Als een onderwerp je interesseert neem je gemakkelijk nieuwe kennis op.”
De hartlijn geeft informatie over hoe je gevoelsmatig reageert in specifieke situaties:
Je neigt tot impulsief gedrag en het kost je daarom vaak moeite om je geduld te bewaren. In onverwachte situaties kan je daardoor snel handelen, maar dit gaat vaak ten koste van een zorgvuldige overweging. Hierdoor heb je later wel eens spijt van een genomen beslissing.
Je maakt je wel eens zorgen over hoe je door anderen wordt bekeken of beoordeeld, omdat je behoefte hebt aan hun waardering. Naar buiten toe heb je vaak een houding van ‘wie doet me wat’, maar innerlijk weet je wel beter en is het pantser soms dunner dan je lief is. Je hebt ondervonden dat het onverstandig kan zijn om jezelf teveel bloot te geven.
De levenslijn geeft informatie over je levensloop en algemeen welzijn:
Je bent een laatbloeier, in je jeugd en ook nu nog, was en ben je in je denken teveel naar binnen gericht. Je voelt dat zelf wel omdat je ambitieus bent, maar je weet instinctief dat groei veel tijd kost. Aan de andere kant bezorgt dit je ook een flinke dosis onrust die je uit balans kan brengen.
Je hebt de neiging om kritisch op jezelf te zijn. Je slaagt er echter over het algemeen in je persoonlijke zwakheden te compenseren. Hoewel er momenten zijn waarop je leven chaotisch verloopt, laat je je niet op een zijspoor brengen en worden bijzaken van hoofdzaken gescheiden.
Onderaan in een kleiner lettertype (in wordpress gaat dat niet) had ik deze tekst opgenomen:
De neiging van mensen om vage en algemeen geldende uitspraken over de eigen persoon te accepteren als een rake, typerende omschrijving, zonder zich te realiseren dat diezelfde omschrijving voor bijna iedereen opgaat, wordt wel het Forer-effect genoemd. Voor meer info zie het Wikipedia item hierover.
Dit stukje tekst komt voor een groot deel uit een Skepter-artikel dat gaat over grafologie, ik heb het aangevuld met wat Wikipedia-info over handlijnkunde en er zelf nog wat bij bedacht. Voor wie geïnteresseerd is in het hele artikel over grafologie kan kijken op www.skepsis.nl en dan ‘grafologie’ intoetsen bij de zoekmachine.
* Skepter is het tijdschrift dat uitgegeven wordt door de stichting Skepsis.