Richard Dawkins, evolutiebioloog, laat in deze video zien dat de zenuw die bij de giraffe het strottenhoofd bedient beslist niet op een intelligente manier is aangelegd. De zenuw loopt vanuit de hersenen eerst helemaal naar de borstholte, maakt een 180 graden bocht en keert dan terug naar het strottenhoofd. De zenuw heeft een lengte van enkele meters om een afstand van 10 centimeter tussen de hersenen en het strottenhoofd te overbruggen. Dawkins: “Geen Ontwerper zou zoiets stoms doen. Dat komt omdat de natuur moet voortbouwen op wat er is en niet terug kan naar de tekentafel.” Vanuit evolutionair oogpunt is de loop van de zenuw dus prima verklaarbaar, Dawkins legt dat uit. Let op – de video is wel bloederig.
Met dank aan videovolt, het blog van Herbert Blankesteijn
Jan van der Gaag says
Zo kennen we er nog eentje: de luchtpijp van walvissen, die tussen spuitgat en longen loopt. Niet via de logische, directe route, maar eerst van het spuitgat naar voren, om een deel van de schedel heen, en dan naar achteren richting longen. Geen goed ontwerp, wel een duidelijk geval van evolutie die moest werken met wat er was toen het neusgat van landzoogdieren zich ontwikkelde tot het spuitgat bij walvissen en dolfijnen. Daarbij trok deze opening van het puntje van de neus achterwaarts tot boven op de kop, het laatste eind van de luchtpijp met zich meetrekkend.
Grappig beschreven in “Kaas en de evolutietheorie” van Bas Haring.