• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar

Kloptdatwel?

  • Home
  • Onderwerpen
    • (Bij)Geloof
    • Columns
    • Complottheorieën
    • Factchecking
    • Gezondheid
    • Hoax
    • Humor
    • K-d-Weetjes
    • New Age
    • Paranormaal
    • Pseudowetenschap
    • Reclame Code Commissie
    • Skepticisme
    • Skeptics in the Pub
    • Skeptische TV
    • UFO
    • Wetenschap
    • Overig
  • Skeptisch Chatten
  • Werkstuk?
  • Contact
  • Over Kloptdatwel.nl
    • Activiteiten agenda
    • Colofon – (copyright info)
    • Gedragsregels van Kloptdatwel
    • Kloptdatwel in de media
    • Interessante Links
    • Over het Bol.com Partnerprogramma en andere affiliate programma’s.
    • Social media & Twitter
    • Nieuwsbrief
    • Privacybeleid
    • Skeptisch Chatten
      • Skeptisch Chatten (archief 1)
      • Skeptisch Chatten (archief 2)
      • Skeptisch Chatten (archief 3)
      • Skeptisch Chatten (archief 4)

Alternatieve schade

Nu weer wel BTW-vrijstelling chiropractoren

29 June 2015 by Laurens Dragstra 68 Comments

Het kan verkeren. Waar de Stichting Nationaal Register van Chiropractoren tevergeefs tot aan de hoogste civiele rechter procedeerde om BTW-vrijstelling voor chiropractoren af te dwingen, boekte een concurrent van de Nederlandse Chiropractoren Associatie wel succes bij de belastingrechter. De overwegingen van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, die eerder al een arts-acupuncturist BTW-vrijstelling verleende,  zijn echter niet overtuigend. Het is aannemelijk dat de belastinginspecteur hoger beroep zal instellen, want de belangen zijn groot.

D.D. Palmer, bedenker van de chiropraxie
D.D. Palmer, bedenker van de chiropraxie

De Wet op de omzetbelasting 1968 beperkt de BTW-vrijstelling tot – kort gezegd – de medische en paramedische beroepen waarvoor regels zijn gesteld bij of krachtens de Wet BIG. In deze zaak ging het om een chiropractor die geen fysiotherapie aanbiedt en dus kennelijk ook niet in het BIG-register staat ingeschreven. Tussen de chiropractor en de belastinginspecteur was dan ook niet in het geding of de diensten van de eerste volgens de Nederlandse wet zijn vrijgesteld. Dat zijn ze niet, en in de toelichting op het wetsvoorstel dat per 1 januari 2013 een einde maakte aan de vrijstelling werden de chiropractoren expliciet genoemd als beroepsgroep die de vrijstelling kwijtraakte. De vraag in dit geding was of de chiropractor gelet op Europese regelgeving (de BTW-richtlijn) en de rechtspraak van het Hof van Justitie van de EU daarover in weerwil van de Nederlandse wetgeving recht heeft op vrijstelling.

De rechtbank beantwoordt deze vraag bevestigend en beroept zich daarbij op de zogenaamde Solleveld-jurisprudentie. Meer over die jurisprudentie aan het slot van dit eerdere artikel. Die jurisprudentie komt erop neer dat soortgelijke diensten niet ongelijk behandeld mogen worden bij het heffen van BTW. Dat is het zogenaamde fiscale neutraliteitsbeginsel. Volgens de rechtbank is dat beginsel hier geschonden:

“De rechtbank stelt voorop dat op belanghebbende, die zich op de vrijstelling beroept, de bewijslast rust. Belanghebbende heeft gemotiveerd en onvoldoende weersproken aangevoerd dat 80% van het werkdomein van fysiotherapeuten en chiropractors hetzelfde is. Belanghebbende heeft voorts onvoldoende weersproken aangevoerd dat patiënten naar hem worden verwezen door huisartsen en fysiotherapeuten en dat de kosten (deels) worden vergoed via de aanvullende verzekering door zorgverzekeraars. Gelet op deze omstandigheden dient naar het oordeel van de rechtbank de kwaliteit van chiropraxie-behandelingen door belanghebbende als gelijkwaardig te worden aangemerkt als die van fysiotherapie-behandelingen (vgl. Hoge Raad 27 maart 2015, 13/02667, ECLI:NL:HR:2015:744). De door de inspecteur gestelde omstandigheid dat fysiotherapie deels wel en chiropraxie niet uit de basisverzekering wordt vergoed, kan daaraan niet afdoen, nog ervan afgezien dat fysiotherapie slechts in bijzondere gevallen onder de basisverzekering valt. Het gaat er immers om dat chiropraxie in elk geval wel via de aanvullende verzekering vergoed wordt, hetgeen een aanwijzing is voor het kwaliteitsniveau van de behandelingen. Ook de door de inspecteur aangevoerde omstandigheid dat de behandeltechnieken verschillen, leidt niet tot een ander oordeel. Dat sprake is van een verschil in behandeltechniek staat er immers niet aan in de weg dat bezien vanuit de zorgontvanger sprake is van een gelijkwaardig kwaliteitsniveau (vgl. Hoge Raad 27 maart 2015, 13/02667, ECLI:NL:HR:2015:744, waarin (onder meer) magnetiseren aan de orde was). Een en ander brengt de rechtbank tot het oordeel dat chiropraxie en fysiotherapie zich in die mate tot elkaar verhouden dat het onthouden van de vrijstelling voor chiropraxie een schending oplevert van meergenoemd neutraliteitsbeginsel.”

Verwijzingen door huisartsen en fysiotherapeuten

Op zichzelf klinkt het argument dat huisartsen en fysiotherapeuten naar chiropractoren verwijzen best plausibel. De dokter zal het toch wel beter weten dan de rechter. Het argument miskent echter dat er juist over verwijzingen door artsen naar chiropractoren recente jurisprudentie bestaat die een ander licht op de zaak werpt. In een uitspraak van eind december 2014 plaatste de Centrale Raad van Beroep, de hogerberoepsrechter in het sociale zekerheidsrecht, immers vraagtekens bij het nut van chiropraxie. Een verzekeringsarts bezwaar en beroep – een arts dus – had daar aangegeven dat voor de belanghebbende verbetering te verwachten was van een chiropractische behandeling, maar dat oordeel werd door de Centrale Raad van Beroep van tafel geveegd. “Een motivering dat behandeling door een chiropractor (…) op de actuele stand van de medische wetenschap is gebaseerd, ontbreekt”, aldus de Centrale Raad. Ook over door chiropractoren gestelde diagnoses is deze hogerberoepsrechter doorgaans kritisch. Het argument van de chiropractor dat huisartsen en fysiotherapeuten naar hem verwijzen, is dus op zichzelf onvoldoende.

Vergoeding uit aanvullende verzekeringen

Hoe sterk is het argument dat de diensten van de chiropractor deels door zorgverzekeraars via aanvullende verzekeringen worden vergoed? Niet erg sterk, zou ik zeggen. Zorgverzekeraars bepalen immers in de eerste plaats vanuit economische overwegingen wat ze in hun aanvullende pakketten opnemen. Dat opname van een alternatieve behandeling “een aanwijzing is voor het kwaliteitsniveau van de behandelingen”, zoals de rechtbank meent te weten, lijkt me eerlijk gezegd een nogal naïeve gedachte. Als je die overweging doortrekt, dan zou het feit dat Interpolis eind 2013 acupunctuur, homeopathie en antroposofie uit de aanvullende verzekering gooide betekenen dat daar sprake is van onvoldoende kwaliteit. Dat zou dan weer een reden zijn om de acupuncturisten geen BTW-vrijstelling toe te kennen, maar dat deed de Rechtbank Zeeland-West-Brabant als gezegd nu juist wél.

Opmerkelijk is verder dat de rechtbank zo weinig gewicht toekent aan het feit dat fysiotherapie deels vergoed wordt vanuit de basisverzekering en chiropraxie niet. Als je kijkt wat er allemaal nog in het basispakket zit aan fysiotherapie, dan is dat weliswaar allemaal begrensd en gemaximeerd, maar het is vele malen meer dan wat er aan chiropraxie in het basispakket zit, want dat is helemaal niets. Bovendien zijn er duidelijke signalen dat de hoeveelheid fysiotherapie in het basispakket weer zal worden uitgebreid. Zulke signalen zijn mij met betrekking tot chiropraxie niet bekend. Natuurlijk handelt de overheid bij het samenstellen van het basispakket ook deels vanuit economische overwegingen, maar toch minder dan een zorgverzekeraar. De overheid is immers geen commerciële marktpartij.

Gelijkwaardig kwaliteitsniveau

Nu weer wel BTW-vrijstelling chiropractoren 1
Nekkraken; niet zonder gevaar.
(foto: kaex0r | Flickr)

De Wet BIG kent geen regels voor het beroep van chiropractor. Het beroep heeft in Nederland geen enkele wettelijke erkenning en er is geen geaccrediteerde universiteit of hogeschool die er opleidingen in aanbiedt. In 1983 vroeg de Tweede Kamer de regering in een motie van de Kamerleden Terpstra (VVD) en Beinema (CDA) het beroep van chiropractor wettelijk te erkennen en te regelen “zodra eenstemmigheid is bereikt over methodiek, indicatiestelling, kwaliteitscontrole en opleiding”. Die eenstemmigheid is er nooit gekomen en de motie is niet uitgevoerd. De chiropractoren hebben de wetgever er nooit kunnen overtuigen dat hun gekraak voldoende wetenschappelijk onderbouwd is en wettelijke erkenning verdient. De verdeeldheid in chiropractorsland, met allemaal verschillende organisaties, zal niet hebben geholpen: naast de Nederlandse Chiropractoren Associatie (NCA) is er een Dutch Chiropractic Federation (DCF) en ook nog een Christelijke Chiropractoren Associatie (CCA). De rechtbank vermeldt dat de NCA-chiropractor in kwestie is ingeschreven in het “kwaliteitsregister van de Stichting Chiropractie Nederland (SCN)”. Kennelijk moet dat ook iets over de kwaliteit zeggen, maar het moge duidelijk zijn dat dit register niet alleen geen enkele officiële status heeft, maar ook nog eens moet concurreren met de Stichting Nationaal Register van Chiropractoren van de DCF en de CCA, in de inleiding van deze bijdrage reeds genoemd. Dat duidt allemaal niet op ‘eenstemmigheid over kwaliteitscontrole’.

Het is verder vreemd dat de rechtbank in rechtsoverweging 2.2 zonder kritische noten stelt dat de belanghebbende “in het Verenigd Koninkrijk een universitaire opleiding tot chiropractor met succes [heeft] afgerond”. De rechtbank vermeldt niet waar de chiropractor zijn opleiding heeft gevolgd, maar als dat het Anglo-European College of Chiropractic is, dan hebben we te maken met een instelling waar vanuit wetenschappelijke hoek best kritiek op te leveren valt. Je mag toch hopen dat een rechtbank een acupuncturist die beweert te zijn opgeleid aan de inmiddels failliet verklaarde Hwa To Universiteit van Koog aan de Zaan niet direct op zijn blauwe ogen gelooft als die stelt een universitaire opleiding te hebben gevolgd.

Het is wel zorgelijk dat de rechtbank voor wat betreft het zogenaamd gelijkwaardige kwaliteitsniveau tot tweemaal toe verwijst naar een uitspraak van de Hoge Raad van 27 maart van dit jaar. De zaak die leidde tot die uitspraak is eerder besproken op het Skepsis Blog. Het ging in die zaak om een paranormaal therapeut die onder het oude recht (vóór 1 januari 2013) meende in aanmerking te komen voor BTW-vrijstelling voor de periode 2004-2008. Zijn werk bestond uit het voeren van gesprekken met patiënten en uit magnetiseren (hetgeen door de Hoge Raad in de uitspraak van 27 maart doodleuk wordt omschreven als ‘het door handoplegging en strijken energie overdragen om blokkades in het lichaam op te heffen’; alsof het in the real world echt zo werkt). De therapeut kreeg gelijk van het gerechtshof, dat onder meer de hierboven genoemde en bekritiseerde argumenten van verwijzingen door artsen en vergoeding door zorgverzekeraars bezigde. Het hof had ook opgemerkt dat de therapeut de opleiding ‘Paranormaal Therapeut’ had gevolgd, waarvan het hof meende dat deze van hbo-niveau was. Natuurlijk is er geen echte, door de NVAO geaccrediteerde hbo-opleiding tot paranormaal therapeut, maar dat maakte voor het hof niet uit. Ik vond dat destijds onvoldoende gemotiveerd, maar de Hoge Raad oordeelde eind maart dus anders. Volgens hem had het hof in redelijkheid tot de conclusie kunnen komen dat “het magnetiseren en de gesprekstherapieën kwalitatief gelijkwaardig zijn aan soortgelijke behandelingen door psychiaters, psychologen of elk ander (para)medisch beroep.”

Gevolgen

De eerdere uitspraak in de zaak van de arts-acupuncturist en deze zaak over BTW-vrijstelling voor een chiropractor zijn door dezelfde rechtbank gedaan, maar ze zijn heel anders van opzet. De eerste uitspraak probeerde hard te maken dat acupunctuur tot het deskundigheidsgebied van een arts kan behoren en deel kan uitmaken van zijn opleiding. Je zou kunnen zeggen dat de motivering van de rechtbank destijds medisch-inhoudelijk was, hoewel mijns inziens niet overtuigend. In de uitspraak van de chiropractor vallen echter vooral de – soms als kwaliteitsargument verpakte – economische overwegingen op. Er is sprake van een markt (‘werkdomein’) waarop de chiropraxie moet concurreren met fysiotherapie. Het kwaliteitsniveau wordt vooral vanuit de zorgontvanger bekeken: bij hem bestaat er kennelijk vraag naar chiropraxie, net als naar magnetiseren. En wat de zorgverzekeraar vergoedt, is indicatief voor het kwaliteitsniveau. Het is een redenering die economisch misschien wel klopt, maar illustratief is voor de vermarkting van de gezondheidszorg. Met échte kwaliteit heeft het allemaal weinig te maken. Maar eerlijk is eerlijk, misschien vraagt de overheid wel een beetje om dit soort uitspraken. De inperking van de BTW-vrijstelling in 2013 was immers ook vooral door economische motieven ingegeven (onderdeel van een akkoord over de begroting), marktwerking in de gezondheidszorg wordt toegejuicht en de macht van zorgverzekeraars is onmiskenbaar groot.

Enfin, de belastinginspecteur zal zeker hoger beroep instellen tegen de uitspraak van de rechtbank. In de eerste plaats omdat het in deze zaak om een fors bedrag gaat: 22.000 euro over slechts drie maanden. Belangrijker is echter iets anders: een chiropractor is – anders dan de zojuist genoemde arts-acupuncturist – geen BIG-geregistreerde behandelaar. Daarmee is ook voor andere niet-BIG-geregistreerde behandelaars de deur opengezet om BTW-vrijstelling te claimen. Artsen verwijzen ongetwijfeld ook wel eens naar lekenhomeopaten of gebedsgenezers en de diensten van zulke ‘therapeuten’ worden nog steeds vergoed vanuit sommige aanvullende verzekeringen. Iedere club van alternatieve genezers heeft wel eigen opleidingen, certificaten, klachtencommissies en registers en kan daar rustig van roepen dat die hoge kwaliteit en ‘hbo-niveau’ garanderen. Kortom, het belang van deze zaak is groot. Eigenlijk staat de hele BTW-vrijstellingsregeling op het spel.

Filed Under: Alternatieve schade, Gezondheid Tagged With: btw, chiropractie, chiropractor, chiropraxie

Rechter behoedt kind voor ‘homeopathische vaccinatie’

10 June 2015 by Laurens Dragstra 45 Comments

‘Homeopathische profylaxe’ klinkt veel indrukwekkender dan ‘gevaarlijke kwakzalverij’, maar het is precies hetzelfde. Immunisering op homeopathische wijze zorgt niet voor de aanmaak van antistoffen en leidt dus allerminst tot weerstand tegen risicovolle infectieziekten. Gelukkig had het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden dat door toen het moest oordelen over vervangende toestemming voor vaccinatie. Het hof achtte gewoon vaccineren het meest in het belang van het kind en schoof zonder er veel woorden aan vuil te maken homeopathische profylaxe terzijde.

Het draaide in deze zaak om een negenjarig kind uit een inmiddels verbroken relatie. Tussen de ouders was onenigheid ontstaan over het inenten van het kind voor Fase 3 van het Rijksvaccinatieprogramma (RVP). Fase 3 betreft de inenting tegen Difterie, Tetanus en Polio (DTP) en tegen Bof, Mazelen en Rode Hond (BMR). Het onderstaande schema van de website van het RVP biedt een duidelijk overzicht van de verschillende fasen:

De verschillende fasen van het Rijksvaccinatieprogramma.
De verschillende fasen van het Rijksvaccinatieprogramma.

Het probleem was dat de moeder het kind – om verder niet bekende redenen – niet wilde laten inenten en de vader wel. Nadat eerder al de rechtbank vervangende toestemming had verleend, doet het gerechtshof hetzelfde. Daartoe overweegt het:

“Van overheidswege is een vaccinatieprogramma opgesteld ter bescherming van kinderen tegen diverse aandoeningen. Hoewel er de afgelopen jaren ook andere opinies naar voren zijn gebracht, is, daar zijn partijen het wel over eens, de heersende leer nog steeds dat het vaccinatieprogramma voldoet en zonder wezenlijke risico’s kan worden gevolgd. De moeder heeft, zo begrijpt het hof, ook geen onoverkomelijke principiële bezwaren tegen vaccinatie, nu zij vaccinatie als ultimum remedium wel mogelijk acht. [het kind] heeft Fase 1 (met instemming van de moeder) en Fase 2 zonder problemen reeds doorlopen, Fase 3 is het sluitstuk. Het moge zo zijn dat 95% van de kinderen reeds voldoende weerstand heeft opgebouwd tegen DTP en BMR en fase 3 derhalve in feite slechts noodzakelijk is voor 5% van de kinderen, het hof acht het voor [het kind] te belastend om eerst te laten onderzoeken of hij al dan niet bij de 5% van de kinderen hoort voor wie Fase 3 noodzakelijk is. Voor dat onderzoek zal immers bloedafname nodig zijn en daarna, bij gebleken gebrekkige weerstand, indien de moeder gevolgd wordt, eerst homeopathische profylaxe voordat eventueel toch vaccinatie in Fase 3 plaatsvindt. Al met al acht het hof Fase 3-vaccinatie van [het kind] dan ook het meest in zijn belang.”

Het is goed dat het hof homeopathische profylaxe (ook wel homeopathische vaccinatie of immunisering genoemd) van de hand wijst, zonder daar overigens hele beschouwingen aan te wijden. Vanuit het homeopathische gedachtengoed is er wel iets te zeggen voor homeopathische immunisatie. Het similiaprincipe dicteert immers dat gezonde mensen ziekteverschijnselen gaan vertonen na inname van een homeopathisch middel. Die gedachte doortrekkend zou je kunnen beredeneren dat vervolgens weerstand wordt opgebouwd tegen de ziektes die zulke verschijnselen veroorzaken. Het similiaprincipe mag echter als verworpen worden beschouwd: het blijkt onmogelijk de verschijnselen die zogenaamd door homeopathische middelen zijn opgewekt te onderscheiden van de verschijnselen die na inname van een placebo worden genoteerd. Van homeopathische middelen wisten we al dat het placebo’s zijn, en dat werd in maart van dit jaar nog eens bevestigd in het eindrapport van de Australische National Health and Medical Research Council. Het placebo-effect is heel interessant en belangrijk, maar één ding is volstrekt helder: met placebo’s bouw je geen weerstand tegen gevaarlijke infectieziekten op. Homeopathische profylaxe is daarmee zowel onnozel als riskant.

The Great Quack from Down Under

De grote internationale voorvechter van homeopathische profylaxe is de Australische homeopaat en natuurgenezer Isaac Golden, die zich graag met zijn volledige titulatuur laat vermelden: Ph.D(MA), D.Hom., N.D., B.Ec(Hon). Dat lijkt indrukwekkend, maar in de praktijk valt het reuze tegen. D.Hom en N.D. zijn nietszeggende titels voor respectievelijk homeopaten en natuurgenezers, en dat Golden bachelor in de economie is, heeft te maken met zijn vorige carrière, waarin hij ongetwijfeld minder gezondheidsschade aanrichtte:

“Isaac Golden has been a homoeopathic practitioner since 1984. Prior to that his career was in financial accounting and taxation following an Honours degree in Economics in 1972”.

Zijn Ph.D. verwierf hij in 2004 aan de Graduate School of Integrative Medicine van de Swinburne University of Technology voor een ‘proefschrift’ getiteld The potential value of homoeoprophylaxis in the long-term prevention of infectious diseases, and the maintenance of general health in recipients. Hoewel homeopaten dat graag anders zien, heeft het proefschrift geen wetenschappelijk bewijs voor de effectiviteit van homeopathische profylaxe opgeleverd. Golden concludeert zelf namelijk:

“The effectiveness of the program could not be established with statistical certainty given the limited sample size and the low probability of acquiring an infectious disease.”

Isaac Golden haalt vast aardig wat Australische dollars binnen met zijn gevaarlijke gekwaak (foto: http://www.homstudy.net)
Isaac Golden op zijn website www.homstudy.net

Ondanks deze teleurstellende uitkomst heeft Golden zijn geloof in homeopathische immunisatie behouden. Dat geloof is zelfs aanzienlijk versterkt. In 2008 publiceerde hij een artikeltje dat online verscheen en waarop de homeopaat Cornelius (Cor van der Meij) zich ooit beriep in een discussie op Kloptdatwel?. Het artikeltje biedt een mooi inkijkje in de tamelijk bizarre gedachtewereld van Golden. Zo beweert hij zonder enige bronvermelding dat sinds 1986 tienduizenden Australische kinderen homeopathisch geïmmuniseerd zijn, zowel door hemzelf als door collega’s. Dat blijkt niet alleen nergens uit, het aantal aan homeopathische profylaxe onderworpen kinderen in zijn eigen (twee) onderzoeken komt niet hoger uit dan 1.752. Aangezien Golden spreekt over een periode van meer dan twintig jaar, gaat het om hooguit 80 kinderen per jaar. Een verwaarloosbaar aantal als je bedenkt dat het Australische geboortecijfer in de periode 1986-2008 tussen de 239.115 en 302.300 kinderen schommelde.

Golden probeert in zijn artikeltje het bewijs voor de effectiviteit van homeopathische profylaxe te leveren aan de hand van negen onderzoeken en negen voetnoten. Van die voetnoten verwijzen er zes naar werk van Golden zelf. Eén voetnoot verwijst naar Hahneman, die volgens Golden al rond 1800 succesvol immuniseerde tegen roodvonk, cholera en tyfus. Een volgende voetnoot verwijst naar de National Health and Medical Research Council, die hiervoor reeds genoemd werd. Deze organisatie oordeelde dus dat er geen enkel bewijs is voor de effectiviteit van homeopathie, en inspireerde daarmee waarschijnlijk de Royal Australian College of General Practitioners, die recentelijk eveneens een scherpe afwijzing van de homeopathie publiceerde. Homeopathische alternatieven voor vaccinatie werden daarin expliciet afgeraden.

De laatste noot verwijst naar Braziliaans onderzoek van Mroninski e.a., gepubliceerd in een homeopatenblad. Van de negen onderzoeken waarop Golden zich in zijn artikel beroept, is dit in elk geval het grootste onderzoek. Er zouden maar liefst 89.365 personen hebben deelgenomen aan deze studie naar de effectiviteit van het middel Meningococcinum C30 ter voorkoming van alle varianten van de infectieziekte meningokokken. Het is – voor zover er iets over te zeggen valt – een raar onderzoek, al was het alleen maar omdat de controlegroep bijna drie keer zo klein was als de groep die het homeopathische middel kreeg. Dat wijst erop dat niet behoorlijk gerandomiseerd is. Het onderzoek van Mroninski e.a. wordt zeer vaak aangehaald op homeopathische websites, maar een link naar het artikel ben ik daar nog niet tegengekomen. Zolang niet duidelijk is hoe het onderzoek is opgezet en de merkwaardige verhouding tussen beide groepen niet is opgehelderd, is er geen enkele reden aan te nemen dat een dertig maal met een factor honderd verdunde meningokok, gedruppeld op een suikerpilletje, een ernstige infectieziekte kan voorkomen.

Van de overige door Golden genoemde onderzoeken heeft er maar één een controlegroep (Castro & Nogeira 1974) en ook die is verdacht klein vergeleken met de groep die het homeopathische middel kreeg. De ‘geïmmuniseerden’ werden slechts drie maanden gevolgd. Er staan verder onderzoeken in de lijst die klein, kortdurend of stokoud (1907!) zijn, en niet één ervan is in een respectabel tijdschrift gepubliceerd. De twee laatste zijn van Golden zelf, waaronder vermoedelijk zijn proefschrift, dat zoals hierboven bleek geen bewijs voor de effectiviteit van homeopathische profylaxe opleverde. Al met al weinig indrukwekkend, waarbij je je ook nog eens moet bedenken dat Golden vermoedelijk de effectiviteit van ‘homeopathische vaccins’ in het algemeen heeft onderzocht, en dus geen onderscheid maakt tussen verschillende ziektes. Alles wordt op een hoop gegooid. Met name bij de onderzoeken in zijn eigen Australië mag je bovendien aannemen dat de kinderen die daaraan deelnamen – hoewel niet gevaccineerd – ook gewoon beschermd waren door de groepsimmuniteit van hun wél gevaccineerde vriendjes en klasgenootjes. Het geclaimde succespercentage kun je dan ook eerder toeschrijven aan het Australische vaccinatieprogramma dan aan het gegoochel van Golden.

Nederlandse navolgers

Wie in Nederland googlet op ‘homeopathische profylaxe’ komt onvermijdelijk uit bij de website van Martin de Munck. De Munck is een lekenhomeopaat en duidelijk een groot bewonderaar van Golden: op de pagina over homeopathische profylaxe staan beide heren gebroederlijk naast elkaar. De carrière van De Munck is onconventioneel te noemen: hij volgde de opleidingen tot radiodiagnostisch en radiotherapeutisch laborant en studeerde daarna ook nog rechten. In Frankrijk liep hij een sportblessure op, die door een homeopathisch arts op wonderbaarlijke wijze na 14 dagen werd genezen (om met Plasterk te spreken: zonder homeopathie had het twee weken geduurd). Dat wekte zijn interesse in de homeopathie en hij besloot homeopathie in Amersfoort te gaan studeren. De Munck is thans niet alleen klassiek homeopaat, maar ook CEASE-therapeut en voorzitter van de anti-prikclub NVKP. De nonsens die hij verkoopt over vaccinatie is al eens door Jan Willem Nienhuys gefileerd.

Dubieuze behandelingen op de website van homeopaat De Munck.
Dubieuze behandelingen op de website van homeopaat De Munck.

De Munck kopieert op zijn website vertaalde (des)informatie van Golden over homeopathische immunisatie, waaronder de tamelijk lachwekkende opmerking dat homeopathische profylaxe “energetisch veilig” is. Golden had zich blijkens zijn eerder genoemde artikel genoodzaakt gezien de energetische veiligheid van zijn middeltjes te onderzoeken toen sommige van zijn collega-homeopaten zich bezorgd hadden uitgelaten over de veiligheid van homeopathische ‘vaccins’ op de lange termijn. Maar De Munck geeft ook eigen informatie over homeopathische profylaxe, en deze is niet minder misleidend of gevaarlijk dan die van Isaac Golden. De lekenhomeopaat geeft toe dat bij homeopathische profylaxe geen aanmaak van antistoffen plaatsvindt. Hoe werkt het dan wel?

“HP levert aan de databank van de geheugencel een plaatje, zonder dat de daadwerkelijke ziekteverwekker langs is geweest”.

Merkwaardig wordt het als De Munck beweert dat homeopathische profylaxe er niet voor zorgt dat je de ziekte niet kunt krijgen. Als voorbeeld noemt hij kinkhoest:

“Als een kind de HP voor kinkhoest heeft gehad en er komt een kinkhoestbacterie in het lichaam van het kind, dan wordt de kinkhoestbacterie herkent en er worden snel afweerstoffen gemaakt tegen deze bacterie. Een stuk sneller dan je mag verwachten van een (niet gevaccineerd) kind dat de ziekte niet eerder heeft doorgemaakt. Dus een volstrekt natuurlijke manier van reageren. In veel gevallen zal de omgeving nauwelijks merken dat er sprake is geweest van een kinkhoestbesmetting. Het kind heeft wat gehoest, maar het ging weer snel over. Zou je bij dit kind onderzoeken of het antistoffen tegen klinkhoest heeft, dan zal je deze aantreffen. Niet als gevolg van de HP, maar omdat het op adequate wijze een kinkhoestbesmetting heeft aangepakt. Anders dan met een vaccin, zal de bescherming ook levenslang zijn. Nog een voordeel van HP is dat een iets gemuteerde bacterie nog steeds wordt herkend als de kinkhoestbacterie en in de praktijk blijkt dan ook dat de bescherming beter is dan met een kinkhoestvaccin.”

Dit is zowel wartaal als gevaarlijke kletskoek. De bescherming van het kinkhoestvaccin is inderdaad niet levenslang en het klopt dat de effectiviteit van het vaccin is verminderd door de opkomst van nieuwe bacteriestammen, maar het doormaken van de kinkhoest geeft ook geen levenslange immuniteit. “4 tot 20 jaar na doorgemaakte kinkhoestinfectie neemt de immuniteit af”, aldus de website van het RIVM. Wie denkt dat het met de ernst van kinkhoest wel meevalt, moet ook maar eens het gedeelte daarboven over verhoogde kans op ernstig beloop bij zuigelingen lezen. Niet voor niets wordt zowel in fase 1 (meerdere malen) als in fase 2 (zie hierboven) tegen kinkhoest gevaccineerd. De bewering dat door homeopathische profylaxe de kinkhoestbacterie, hoezeer ook gemuteerd, herkend wordt, is een gevaarlijke slag in de lucht en eigenlijk volstrekt onverantwoord.

Slot

Havana, Cuba (foto: Vgenecr, CC BY-SA 3.0-licentie).
Havana, Cuba (foto: Vgenecr, CC BY-SA 3.0-licentie).

Isaac Golden blijft ondertussen stug volhouden dat homeopathische profylaxe buitengewoon succesvol is in het voorkomen van infectieziekten. De laatste jaren heeft hij zich vooral beziggehouden met de ziekte leptospirose, ook bekend als de rattenziekte. Die laatste naam verwijst naar het feit dat de bacterie die de ziekte veroorzaakt vaak via de urine van ratten wordt verspreid. Een land als Cuba heeft nogal eens te maken met orkanen, en juist tijdens orkanen worden de ratten uit de riolen gespoeld, zodat vervolgens de ziekte kan uitbreken. Die epidemie zou volgens Golden prima gestopt kunnen worden met toediening van Leptospira C 200 (of M10) (zie ook dit eerdere onderzoek). Maar zoals Orac op de hem kenmerkende wijze duidelijk maakt: het onderzoek op Cuba stelt niets voor (zie ook hier). Men is gewoon begonnen met homeopathisch immuniseren in de geïnfecteerde gebieden op het moment dat de epidemie daar bijna op haar hoogtepunt was. Natuurlijk zal de incidentie daarna weer afnemen. Bij een volgende orkaan of hevig regenseizoen zal de rattenziekte weer terug zijn, zeker als de ratten zich vermenigvuldigd hebben en de sanitaire voorzieningen het begeven. Bedruppelde suikerpilletjes doen daar niets tegen en het lijkt er ook niet op dat de Cubanen homeopathische profylaxe tegen leptospirose massaal hebben omarmd. Als het zo succesvol is, zou je dat toch mogen verwachten.

Het moge duidelijk zijn dat er geen snipper bewijs is dat homeopathische profylaxe effectief is bij het voorkomen van infectieziekten waartegen in het kader van het RVP wordt gevaccineerd. Het is daarom plezierig en geruststellend dat het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waarmee deze bijdrage begon, het conventionele vaccinatieprogramma heeft verkozen boven niet vaccineren of homeopathisch immuniseren. Er wordt vaak beweerd dat homeopathie veilig is, maar deze casus inzake homeopathische profylaxe is werkelijk een schoolvoorbeeld van het tegenovergestelde. “Homeopathic immunisation is dangerous, unethical madness” schreef professor Edzard Ernst in reactie op het Cubaanse onderzoek, en daar heb ik helemaal niets aan toe te voegen.

Filed Under: Alternatieve schade, Gezondheid, Pseudowetenschap Tagged With: antivaccinatie mythes, homeopathie, homeopathische profylaxe, isaac golden, martin de munck, vaccinatie, vereniging kritisch prikken

BTW-vrijstelling chiropractoren nog ver weg

29 May 2015 by Laurens Dragstra 61 Comments

De Stichting Nationaal Register van Chiropractoren heeft tot aan de Hoge Raad geprocedeerd om BTW-vrijstelling voor chiropractoren te bewerkstelligen. De procedure is op niets uitgelopen, behalve een veroordeling in de proceskosten. Na een opmerkelijke zege bij de kantonrechter heeft het Gerechtshof Den Haag de Stichting niet-ontvankelijk verklaard. De Hoge Raad heeft het daartegen ingestelde beroep vorige maand verworpen. Duidelijkheid over de vrijstellingsregeling in de Wet op de omzetbelasting brengen de twee laatstgenoemde uitspraken echter helaas niet: de chiropractoren verliezen de zaak omdat ze bij de verkeerde rechter hebben geprocedeerd. Ze zijn naar de burgerlijke rechter gestapt, maar hadden bij de belastingrechter moeten klagen. Daar zal de kwestie weer van voren af aan gaan beginnen.

Zoals bekend is per 1 januari 2013 de regeling voor BTW-vrijstelling voor medische en paramedische beroepen in de Wet op de omzetbelasting gewijzigd. Dit is het gevolg van het Begrotings- of Lenteakkoord, waaruit onder meer voortvloeide dat de diensten van alternatieve artsen en andere alternatieve beroepsbeoefenaren voortaan belast zouden worden. Meer daarover op het Skepsis Blog. In de toelichting op het wetsvoorstel dat de maatregelen uit het Begrotingsakkoord in wetgeving omzette, werden de chiropractoren uitdrukkelijk genoemd. Daar was geen woord Chinees bij: “Ook voor bijvoorbeeld (…) chiropractoren die nu een vrijstelling hebben, eindigt de vrijstelling”.

Logo van de Stichting Nationaal Register van Chiropractoren (bron: website Stichting)
Logo van de Stichting Nationaal Register van Chiropractoren (bron: website Stichting)

De Stichting Nationaal Register van Chiropractoren was het daar fundamenteel mee oneens en dagvaardde samen met twee klinieken de Staat, in het bijzonder het ministerie van Financiën, voor de kantonrechter te Den Haag. Kort en goed was het argument van de Stichting en de klinieken dat chiropractoren ook van betaling van BTW vrijgesteld behoren te zijn, nu er geen wezenlijk verschil is tussen een behandeling door een BIG-geregistreerde fysiotherapeut en een behandeling door een chiropractor, meer in het bijzonder een chiropractor die bij de Stichting staat geregistreerd. In de dagvaarding van advocaat Van Broekhuijze lezen we zelfs dat de chiropraxie eigenlijk op een hoger niveau staat: fysiotherapie is een HBO-opleiding, maar chiropractoren werken op wetenschappelijk/universitair niveau.

De kantonrechter wees de vorderingen van de Stichting toe en verklaarde voor recht dat bij de Stichting geregistreerde chiropractoren van de BTW-plicht zijn vrijgesteld. Dit tot grote schrik van Kloptdatwel-columnist Cees Renckens. Als we echter de uitspraak – niet gepubliceerd op www.rechtspraak.nl, maar uiteraard wél op de website van de Stichting – bestuderen, zien we direct waarom de vorderingen zijn gehonoreerd: de Staat heeft verzuimd verweer te voeren. Het vonnis vermeldt niet waarom dit niet gebeurd is en zelf heb ik ook geen idee. Als door de eisende partij gestelde feiten en rechten niet betwist worden, moet de burgerlijke rechter ze als vaststaand aannemen. Dat vloeit voort uit zijn lijdelijkheid, die al sinds jaar en dag is verankerd in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. De kantonrechter kon dus niet veel anders dan de Stichting gelijk geven.

In hoger beroep werd de zaak snel rechtgezet. De uitspraak – nu eens wel gepubliceerd op www.rechtspraak.nl, maar níet op de website van de Stichting – is kort maar krachtig. In de eerste plaats merkt het gerechtshof dat de kantonrechter zich nooit bevoegd had mogen verklaren, nu er sterke aanwijzingen zijn dat de vorderingen een waarde vertegenwoordigen die de 25.000 euro ver te boven gaat. Als immers alle bij de Stichting geregistreerde chiropractoren – meer dan 100 – van de BTW-plicht worden vrijgesteld, dan zal dat de Staat aanzienlijk meer dan 25.000 euro kosten. De zaak had daarom door een kamer van de sector civiel recht van de rechtbank, en niet door de kantonrechter behandeld moeten worden. Belangrijker is echter een andere overweging van het gerechtshof:

“Voor [naam 1] B.V. en [naam 2] B.V. [de twee chiropractische klinieken, LD] staat een met voldoende waarborgen omklede rechtsgang bij de belastingrechter open. Zij kunnen, teneinde hun geschil aan de belastingrechter voor te leggen, (i) wachten totdat de Inspecteur hen een naheffingsaanslag oplegt en tegen deze naheffingsaanslag bezwaar maken en nadien zo nodig beroep bij de belastingrechter instellen, dan wel (ii) de over in enig tijdvak verrichte chiropractische diensten verschuldigde omzetbelasting op aangifte voldoen en vervolgens tegen deze aangifte bezwaar maken en nadien zo nodig beroep bij de belastingrechter instellen. Deze twee beschikbare manieren om de zaak bij de belastingrechter aanhangig te maken vormen niet een onnodige of belastende omweg.”

De klinieken hadden dus bij de belastingrechter moeten procederen, en hetzelfde geldt voor de Stichting. Ze hadden ofwel een naheffingsaanslag kunnen afwachten, ofwel braaf kunnen betalen en vervolgens bezwaar kunnen maken tegen de aangifte (het hof bedoelt vermoedelijk de aanslag). Daarom zijn ze niet-ontvankelijk in hun beroep bij de burgerlijke rechter. Het is dezelfde redenering als waarmee de Artsenvereniging voor Integrale Geneeskunde (AVIG) en de Nederlandse Acupunctuur Vereniging (NAAV) het lid op de neus kregen toen zij probeerden de nieuwe regeling voor BTW-vrijstelling buiten werking gesteld te krijgen in een kort geding bij de burgerlijke rechter. Zie het reeds genoemde artikel op het Skepsis Blog en dit aanvullende artikel.

Mr. Römelingh in actie in de zaak van de zwarte zalf (foto: Skepsis Blog)
Mr. Römelingh in actie in de zaak van de zwarte zalf (foto: Skepsis Blog)

De Stichting had het erbij kunnen laten zitten, maar vond het kennelijk de moeite waard beroep in cassatie in te stellen. Daarvoor werd mr. Römelingh ingeschakeld, die we kennen als advocaat van de chiropractor “doctor” Molina en van de zaak tegen Rineke van den Berg, die zwarte zalf had verkocht. Römelingh heeft ongetwijfeld zijn best gedaan, maar de Hoge Raad vond het cassatieberoep zo kansloos, dat de zaak op 10 april jl. werd afgedaan zonder nadere motivering. De Wet op de rechterlijke organisatie zegt namelijk: “Indien de Hoge Raad oordeelt dat een aangevoerde klacht niet tot cassatie kan leiden en niet noopt tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling, kan hij zich bij de vermelding van de gronden van zijn beslissing beperken tot dit oordeel.” Van de in het artikel genoemde situatie was hier volgens de Hoge Raad sprake, zodat een motivering achterwege blijft. De Stichting en de klinieken worden veroordeeld in de proceskosten, bij elkaar meer dan 3.000 euro.

De conclusie kan dus zijn dat na zo’n 2,5 jaar procederen de BTW-vrijstelling voor chiropractoren nog ver weg is. Helaas is er ook nog lang geen duidelijkheid over de houdbaarheid van de huidige wettelijke vrijstellingsregeling. De Stichting zal de geregistreerde chiropractoren nu wel gaan bijstaan in individuele procedures bij de belastingrechter. Zo’n procedure is in het geval van een arts-acupuncturist al eens met – onterecht – succes gevoerd. Het wachten is nu dus op uitspraken van belastingrechters, waarbij die in hoger beroep tegen de uitspraak inzake de arts-acupuncturist wel eens zeer richtinggevend zou kunnen zijn.

Filed Under: Alternatieve schade, Gezondheid Tagged With: btw, chiropractie, chiropractor, Van Broekhuijze

Onvoorwaardelijke schorsing voor homeopathisch arts die ALS-patiënten valse hoop gaf

5 March 2015 by Laurens Dragstra 69 Comments

Homeopathisch arts Jan Roxs uit Paterswolde heeft van het Regionaal Tuchtcollege te Groningen een onvoorwaardelijke schorsing van een jaar gekregen. Gedurende deze periode mag hij niet als arts werken. Het Tuchtcollege oordeelt dat de basisarts patiënten die leiden aan ongeneeslijke ziektes als ALS en MS heeft voorgehouden dat een homeopathische behandeling hun situatie kan verbeteren of zelfs genezing kan bieden. Daarmee heeft hij hun valse hoop gegeven. Bovendien heeft hij niet voldaan aan de richtlijn om patiënten deugdelijk en adequaat te informeren over de (on)mogelijkheden binnen de reguliere gezondheidszorg. Verder heeft hij zijn verzwaarde verplichting om patiënten te informeren over de verschillen tussen reguliere en alternatieve behandelingen geschonden en ook zijn verzwaarde dossierplicht niet nageleefd. Kortom, alle ingediende klachten worden gegrond verklaard. Het Tuchtcollege vindt een berisping onvoldoende, aangezien basisarts Roxs blijft ontkennen dat hij iets verkeerds heeft gedaan.

De voorgeschreven homeopathische medicatie tegen ALS (still uit de uitzending van Undercover in Nederland)
De voorgeschreven homeopathische medicatie tegen ALS (still uit de uitzending van Undercover in Nederland)

De casus van dokter Roxs is op dit blog eerder aan de orde geweest naar aanleiding van schriftelijke vragen van het Tweede Kamerlid Pia Dijkstra (D66). Die Kamervragen waren weer ingegeven door een uitzending van het programma Undercover in Nederland, waarin de capriolen van deze homeopaat met een verborgen camera werden vastgelegd. In de antwoorden van minister Schippers op de Kamervragen werd al aangegeven dat de IGZ Roxs voor de tuchtrechter zou dagen. Half januari was de zitting. Roxs kwam zelf niet opdagen (zonder afbericht overigens), maar had wel eerder schriftelijke verweren ingediend. In die verweren vinden we natuurlijk geen wetenschappelijke bewijzen dat de homeopathische aanpak van ziekten als ALS en MS enig effect heeft (die zijn er immers niet), maar wel een uitgebreid beroep op wonderbaarlijke genezingen en verbeteringen die hij zelf bij patiënten zou hebben waargenomen. Zo indrukwekkend zijn die ervaringen overigens niet. Roxs beroept zich namelijk enerzijds op een carrière als homeopaat van bijna 30 jaar (hij heeft nimmer als regulier arts gewerkt), maar stelt anderzijds dat hij tijdens die lange carrière “al vier patiënten goed [heeft] kunnen ondersteunen met hun neurologische aandoeningen”. Jawel: VIER.

De visie van Roxs op de wetenschap mag hier ook niet onvermeld blijven:

“Ook benadrukt hij dat als de werking van een homeopathische behandeling volgens het huidige wetenschappelijke denkmodel niet bewezen is er ten onrechte van uitgegaan wordt dat de behandeling ‘dus niet werkt’. Deze visie getuigt volgens hem juist van onvoldoende wetenschappelijk inzicht. Een echte wetenschapper staat open voor alles totdat het tegendeel is bewezen, aldus verweerder.”

Het is een beetje de redenatie die we ook bij een van de opstellers van het ZonMw-rapport over complementaire zorg aantroffen: de tegenstanders moeten maar bewijzen dat homeopathie niet werkt. Dat aan de hand van 200 jaar onderzoek allang is vastgesteld dat geen enkel homeopathisch middel werkt, simpelweg omdat de grondslagen van de homeopathie ondeugdelijk zijn, is kennelijk aan Villa Meerzicht, waar Roxs praktijk houdt, voorbij gegaan. Geen wonder dat hij voor het Tuchtcollege heeft volhard in zijn waandenkbeelden en werkwijze.

Het oordeel van het Tuchtcollege

Het Tuchtcollege kan voor deze volharding geen enkel begrip opbrengen. De website van Roxs stelde zonneklaar dat ALS en MS goed homeopathisch te behandelen of te ondersteunen zijn, waardoor stilstand of vertraging van de ziekte mogelijk is, en in een enkel geval “echte genezing in de ware zin van het woord”. De uitspraken die Roxs deed tijdens het consult met de ALS-patiënt die Undercover in Nederland had benaderd, logen er ook niet om. De homeopaat schopte flink tegen de reguliere geneeskunde aan. De studie geneeskunde zou hem vooral geleerd hebben hoe het niet moest. Het Tuchtcollege is er snel klaar mee. Binnen de medische wetenschap bestaat de breed gedragen opvatting dat ALS en MS ongeneeslijk zijn. Roxs houdt patiënten niettemin voor dat een homeopathische behandeling vermindering van klachten, stagnatie van de ziekteontwikkeling of zelfs genezing kan bieden. Het Tuchtcollege daarover:

“Dit geschetste mogelijke toekomstperspectief vindt geen steun in de reguliere medische wetenschap en lijkt evenmin een deugdelijke grondslag te hebben in verweerders eigen praktijkervaringen. De enige onderbouwing die verweerder geeft voor zijn stelling is dat één niet nader genoemde patiënt, die inmiddels is overleden, door zijn homeopathische therapie genezen zou zijn van ALS. De juistheid hiervan is echter op geen enkele wijze aangetoond. Nu het College ook niet anderszins de overtuiging heeft bekomen dat verweerders behandelmethode tot de door hem voorgehouden mogelijke resultaten kan leiden, is komen vast te staan dat verweerder in zijn praktijkvoering patiënten ten onrechte voorhoudt dat ziekten als ALS en MS door middel van homeopathische therapie soms met goed resultaat te behandelen zijn. Hiermee biedt hij hun valse hoop.”

Het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Groningen liet geen spaan heen van de verweren van de homeopathisch arts.
Het Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg te Groningen liet geen spaan heen van de verweren van de homeopathisch arts.

Het Tuchtcollege neemt de homeopaat ook zijn gescheld op de reguliere geneeskunde kwalijk. “Met de door verweerder geventileerde, uiterst negatieve visie op de reguliere geneeskunst voldoet hij naar het oordeel van het College niet aan de door de richtlijnen voorgeschreven verplichting patiënten deugdelijk en adequaat te informeren over de (on)mogelijkheden binnen de reguliere gezondheidszorg”, aldus de tuchtrechters. Ook aan de verzwaarde informatie- en dossierplicht, waaraan hij als alternatief werkend arts gebonden is, voldeed Roxs niet volgens deze rechters. Opmerkelijk en tamelijk ridicuul is de opmerking van de homeopaat dat hij bewust geen informatie aan patiënten verschaft over de homeopathische middelen die hij voorschrijft, “omdat hij veronderstelt dat dit wettelijk niet is toegestaan bij homeopathische middelen”. Dat is wel een heel genereuze uitleg van het verbod in de Geneesmiddelenwet om therapeutische indicaties te vermelden op verpakkingen van of in bijsluiters bij homeopathische middelen!

Het Tuchtcollege legt als gezegd een schorsing als arts voor een jaar op. Daarbij speelt de houding van de homeopathische basisarts een grote rol:

“Verweerder heeft te kennen gegeven te volharden in zijn visie dat zijn behandelmethoden zorgvuldig zijn en dat hij patiënten geen valse hoop biedt. Het College overweegt dat deze stellingname van weinig inzicht in het eigen handelen getuigt. Gezien het voorgaande is het geenszins aannemelijk dat verweerder in de nabije toekomst zijn praktijkvoering, algehele werkwijze en/of zijn visie op de homeopathische behandelbaarheid van ongeneeslijke ziekten zal wijzigen. Het opleggen van een berisping zal dan ook onvoldoende effect hebben.”

Het wordt daarom een schorsing voor de duur van een jaar, hetgeen met zich meebrengt dat hij zichzelf gedurende die schorsing alleen homeopaat mag noemen en geen arts.

Alberto Stegeman van Undercover in Nederland brengt het goede nieuws.
Alberto Stegeman van Undercover in Nederland brengt het goede nieuws.

Hoe nu verder?

Met de uitspraak van het Tuchtcollege is de zaak-Roxs nog niet ten einde. Een aantal vragen staat nog open:

1. Gaat homeopaat Roxs verder met zijn praktijk? Het Dagblad van het Noorden meldt dat hij overweegt te stoppen vanwege zijn leeftijd (60+). Financieel zal hij wel binnen zijn, getuige de kapitale villa waarin zijn praktijk gevestigd is en de hoge, contant af te rekenen uurtarieven. Misschien stort hij zich volledig op zijn hobby: de muziek.

2. Gaat Roxs in hoger beroep bij het Centrale Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg? Daar heeft hij zes weken de tijd voor. Op grond van de Wet BIG kan de schorsing pas van kracht worden als de beslissing van het Regionale Tuchtcollege onherroepelijk is geworden, dus als een eventueel hoger beroep ongegrond is verklaard of de beroepstermijn ongebruikt is verstreken. Op het moment dat de beslissing onherroepelijk is, wordt deze ook ter publicatie aangeboden aan een reeks vakbladen, waaronder het clubblad voor homeopaten Dynamis.

3. Gaat de IGZ nog actie ondernemen tegen Roxs en andere artsen die CEASE-therapie aanbieden? Zoals bekend is CEASE-therapie onversneden kwakzalverij, gebaseerd op twee leugens, namelijk dat vaccins autisme veroorzaken en dat een homeopathische, c.q. isopathische behandeling daar iets aan zou kunnen doen. Al bijna twee jaar geleden kondigde de IGZ aan dat zij de minstens 19 artsen die CEASE-therapie aanbieden onder de loep zou gaan nemen om te kijken of zij valse hoop bieden (wat natuurlijk evident zo is). Sindsdien is het oorverdovend stil gebleven. In mijn vorige bijdrage had ik al opgemerkt dat ook homeopaat Roxs op de website voor CEASE-therapie staat, en dat is nog steeds zo.

4. Gaat de Artsenvereniging voor Integrale Geneeskunde (AVIG) nog actie ondernemen tegen haar lid Jan Roxs? Op zowel de website van de AVIG als op de (bijzonder knullige) website van Jan Roxs zelf staat hij nog als lid van deze vereniging vermeld. In mijn vorige bijdrage over deze zaak meldde ik dat de AVIG geen vragen over het handelen van Roxs wilde beantwoorden omdat en zolang de kwestie onder de tuchtrechter was. Ik vermoed dat men bij de AVIG nu zal wachten of een eventueel hoger beroep een andere uitkomst heeft. Op zichzelf is wachten tot de uitspraak onherroepelijk is geworden best te verdedigen, maar als er ook in de toekomst geen actie richting deze homeopaat wordt ondernomen, rijst de vraag hoe serieus we de door de AVIG gepropageerde “strikte eisen op het gebied van kwaliteit, opleiding, klachtregeling en tuchtrecht” nog moeten nemen.

Filed Under: Alternatieve schade, Gezondheid Tagged With: als, cease-therapie, homeopaat, homeopathie, jan roxs, ms, schorsing, wet big

Skepsis Congres 2014 – Leren van kwakzalvers – Yvo Smulders

28 February 2015 by Björn 166 Comments

Op 8 November 2014 was in de Jaarbeurs in Utrecht het jaarlijkse Skepsis Congres. De lezingen van die dag zijn vastgelegd en zijn te vinden op Youtube. Hieronder de informatie en een link naar de vierde spreker op het Congres Prof. dr. Y.M. Smulders.

Prof. dr. Y.M. Smulders is hoogleraar algemene inwendige geneeskunde aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Hij schreef onder meer ‘De rol van epidemiologisch bewijs in de zorg voor individuele patiënten’ in het NtvG (2010).

Wetenschappelijk gezien kunnen de alternatieven veel meer van ons leren dan andersom. Maar geneeskunde bestaat uit meer dan hard science. Wij betalen de rekening – en de alternatieven plukken de vruchten – van het gebrek aan aandacht daarvoor binnen de reguliere geneeskunde.

Filed Under: Alternatieve schade, Skeptische TV Tagged With: alternatieve behandelwijzen, kwakzalverij, skepsis congres, statistiek, video

  • « Go to Previous Page
  • Page 1
  • Interim pages omitted …
  • Page 6
  • Page 7
  • Page 8
  • Page 9
  • Page 10
  • Interim pages omitted …
  • Page 38
  • Go to Next Page »

Primary Sidebar

Steun ons via:
Een aankoopbol.com Partner (meer info)
Of een donatie

Schrijf je in voor de nieuwsbrief!

Skeptic RSS feed

  • Skepsis
  • Error
  • SBM
Inschrijvingen Skepsiscongres 2025 geopend: Was vroeger alles beter?
9 May 2025 - Ward van Beek
Inschrijvingen Skepsiscongres 2025 geopend: Was vroeger alles beter?

.Het vorige congres ligt nog vers in ons geheugen, maar omdat ontwikkelingen steeds sneller gaan zijn wij alweer druk bezig met het Skepsiscongres 2025, op zaterdag 1 november a.s.  De maatschappij bekeken met een skeptische bril Je hoort het vaak:…Lees meer Inschrijvingen Skepsiscongres 2025 geopend: Was vroeger alles beter? › [...]

Graancirkels op European Skeptics Congress 2024
7 May 2025 - SkepsisSiteBeheerder
Graancirkels op European Skeptics Congress 2024

Voordracht van Francesco Grassi op ESC2024 in Lyon.Lees meer Graancirkels op European Skeptics Congress 2024 › [...]

SKEPP wordt 35… en dat vieren ze!
27 April 2025 - SkepsisSiteBeheerder
SKEPP wordt 35… en dat vieren ze!

Onze Belgische zusterorganisatie SKEPP bestaat dit jaar 35 jaar. Op zaterdag 10 mei vieren ze dat met een mooi programma. Hoofdgast is de bekende skepticus en emeritus hoogleraar psychologie Chris French die onlangs ook tot erelid van SKEPP werd benoemd.…Lees meer SKEPP wordt 35… en dat vieren ze! › [...]

RSS Error: A feed could not be found at `https://skepp.be/feed`; the status code is `404` and content-type is `text/html; charset=UTF-8`

David Geier, Mail Order Pharmacist
10 May 2025 - Kathleen Seidel

David Geier was in the drug business. What was he selling before the FDA stepped in? The post David Geier, Mail Order Pharmacist first appeared on Science-Based Medicine. [...]

Dr. Vinay Prasad is Now the Medical Establishment. It’s His Job to Run RCTs, and It’s Our Job to Call Him a Lying Piece of $#!& if He Fails.
9 May 2025 - Jonathan Howard

"I wish Vinay all the best for his new role. It's a whole new state of play when the buck stops with you." The post Dr. Vinay Prasad is Now the Medical Establishment. It’s His Job to Run RCTs, and It’s Our Job to Call Him a Lying Piece of $#!& if He Fails. first appeared on Science-Based Medicine. [...]

Breathing Easy: Treating Allergic Rhinitis
8 May 2025 - Scott Gavura

Spring is a miserable season for those with seasonal allergies. There are effective drug- and non-drug measures that can control most symptoms effectively. The post Breathing Easy: Treating Allergic Rhinitis first appeared on Science-Based Medicine. [...]

Recente reacties

  • Klaas van Dijk on Bedenkingen bij het rapport over oversterfte van Ronald Meester en Marc JacobsOp https://archive.is/1Exnu staat een gearchiveerde versie van een recente posting van Ronald Meester op LinkedIn. In deze posting verwijst
  • Klaas van Dijk on Bedenkingen bij het rapport over oversterfte van Ronald Meester en Marc JacobsEen verbeterde versie van Hoofdstuk 6 van dit rapport van Ronald Meester en Marc Jacobs is op 22 april 2025
  • Hans1263 on Volgens Maurice de Hond beschikt hij over telepathische gavenHet filmpje waarin hij een trucje met Jeroen Pauw uithaalt, bewijst natuurlijk helemaal niets, ja misschien het denkniveau van De
  • Renate1 on De linke weekendbijlage (17-2025)En de paashaas is er snel vandoor gegaan,
  • Hans1263 on De linke weekendbijlage (17-2025)@Renate1 Nee, de paashaas heeft het in een mandje op zijn rug. 😅😅😅

Archief Kloptdatwel.nl

Copyright © 2025 · Metro Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in