Vice.com maakte onlangs een aardige documentaire over ufologie. Belangrijkste persoon in deze bijna 19 minuten durende documentaire is Joe Nickell, een van de bekendste onderzoekers van paranormale verschijnselen en Senior Research Fellow van het Committee for Skeptical Inquiry (CSI).
Stop met Facilitated Communication!
Facilitated Communication wat was dat ook al weer? Het gaat om een methode die personen met een ernstige verstandelijke handicap in staat zou stellen om op een normaal niveau te communiceren. Een facilitator helpt de gehandicapte door meestal zijn arm ‘losjes’ vast te houden zodat die woorden en letters op een bord of toetsenbord kan typen. Sommige personen met een ernstige vorm van autisme, haalden met deze hulp zelfs academische titels. De methode deugt echter van geen kanten. In werkelijkheid is het de facilitator die volledig de inhoud van de communicatie bepaalt. En dat hoeft die zelf helemaal niet door te hebben, zo sterk is de illusie.
In deze korte TEDx talk legt Matthew T. Brodhead, assistant professor Educational Studies aan Purdue University, nog een keer duidelijk uit waarom deze waanzin moet stoppen.
Brodhead noemt in zijn praatje een bijzonder lezenswaardige artikel dat recent in The New York Times verscheen: The Strange Case of Anna Stubblefield. Stubblefield is schuldig bevonden aan aanranding van een 30-jarige man voor wie ze had opgetreden als facilitator en die waarschijnlijk de mentale capaciteiten van een tweejarig kind heeft. Zij had het stellige idee opgevat dat ze een gelijkwaardige liefdesrelatie hadden opgebouwd. Deze zaak laat zien dat zelfs hooggeleerde mensen, Stubblefield was associate professor ethiek, zichzelf enorm kunnen misleiden met dramatische gevolgen.
https://www.youtube.com/watch?v=bymWk1oftBE
In Nederland kwamen de casussen van Thiandi Grooff en Niek Zervaas in de publiciteit. Die eerste is wel illustratief voor hoe ver je het met Facilitated Communication in het onderwijs kunt schoppen: Thiandi haalde in 2013 een bachelordiploma aan het Amsterdam University College. En wat schadelijke kanten van deze onzinmethode betreft: bij Niek Zervaas was er sprake van dat hij zou hebben aangegeven te willen stoppen met zijn medicijnen, ondanks dat hij besefte dat dat ernstige risico’s voor zijn gezondheid met zich mee zou brengen. In de documentaire die over hem gemaakt was, leek het er sterk op dat men inderdaad gevolg had gegeven aan die wens. Maar na ophef over dit punt, verklaarden de ouders dat het stoppen met de medicijnen nog in het stadium van overleg was geweest met de neuroloog en dat het dus niet had bijgedragen aan zijn overlijden.
Klassieker: de zoetstofwisselingstherapie
Deze hilarische sketch van Van Kooten en De Bie uit 1980 wordt regelmatig aangehaald in discussies over alternatieve behandelingen. We beginnen in de wachtkamer vol patiënten die geen baat vonden voor hun klachten bij de reguliere geneeswijzen of de meer orthodoxe alternatieve therapieën. Ze lijken nu zeer tevreden te zijn met de behandeling die is uitgedokterd door dr. F. Jacobo en dr. Th. van Essen. Nou ja, niet iedereen: een zeker krities AVRO-lid voelt zich ‘op onbeschrijfelijke wijze in zijn kuif gepikt’. En wel hierom.
Van het officiële Koot&Bie YouTube-kanaal.
Acupunctuurpromotie RU: niet meer dan placebo-effect volgens promotor Coenen
Het protest van de Vereniging tegen de Kwakzalverij tegen een ondermaats proefschrift over acupunctuur als behandelwijze tegen slaapproblemen bij patiënten met depressie of schizofrenie haalde weinig uit. Op donderdag 26 november vond de promotie van Peggy Bosch gewoon plaats aan de Radboud Universiteit Nijmegen en zij verliet de zaal met de doctorsbul op zak. Jan Willem Nienhuys en ik waren aanwezig bij de verdediging. Een kort verslag.

Aan de Radboud Universiteit had de brief van de VtdK – en de aandacht in de pers daarvoor – waarschijnlijk toch wel wat effect gesorteerd. Zo werd de aankondiging van de promotie stevig aangepast (zie voor en na). En promotor Ton Coenen liet her en der weten dat het proefschrift misschien wel wat foutjes bevatte en dat de promovenda een wat optimistischer weergave van de resultaten had gegeven dan wellicht objectief gezien verantwoord was. In haar lekenpraatje voorafgaand aan de daadwerkelijke verdediging van haar proefschrift liet Bosch op haar powerpointslides de meer verantwoorde, veel zwakkere conclusies, ook nog even snel voorbij schieten.
De oppositie maakte het Bosch niet erg lastig. Toch moest ze zowat bij elke vraag over haar klinische onderzoekjes toegeven dat er allerlei problemen mee waren en dat ze het achteraf gezien heel anders had moeten opzetten. Ja, misschien was het beter geweest om de controlegroep ook een relaxuurtje aan te bieden op luie stoelen met een rustgevend muziekje, gaf ze toe. Maar ja, daar hadden ze niet op tijd aan gedacht, de trein liep al en er kon niet meer worden bijgestuurd. Ook de vragenlijsten die gebruikt waren om patiënten zichzelf te laten evalueren, waren haar nogal tegengevallen. De schizofrene patiënten kwamen daar bijvoorbeeld als veel normaler naar voren dan je op grond van de klinische beoordeling zou mogen verwachten. De waarde van die meetmethode is dus twijfelachtig, Bosch zou voor vervolgonderzoek graag gebruik maken van objectievere meetmethoden (ze noemde metingen van melatonine en gebruik van de Actiwatch).
Bosch bleef uitdragen dat ze hoge verwachtingen heeft van acupunctuur. Dat er geen duidelijkere effecten uit haar onderzoekjes naar boven waren gekomen, wijt ze onder meer aan de verschillen tussen de westerse definities van bijvoorbeeld schizofrenie en hoe ze daar vanuit de oosterse behandelwijzen tegenaan kijken. Eigenlijk zou ze onderzoeken willen doen met patiënten die allemaal netjes binnen één zo’n oosterse definitie zouden vallen. Maar in die traditie zijn er zoveel verschillende onderverdelingen dat je daar niet makkelijk genoeg proefpersonen voor kunt vinden om een experiment- en controlegroep mee te vullen. En om te bepalen in welk oosters diagnosehokje je een patiënt moet plaatsen, vertrouwt Bosch op de tong- en polsdiagnoses die daar gebruikelijk zijn.

De enige echt pittige vraag kwam van Winni Hofman van de UvA. Zij vroeg Bosch of zij de mogelijke effecten van de acupunctuur kon scheiden van die van de rustgevende muziek? Eigenlijk dezelfde vraag die ik in mijn vorige stuk over dit proefschrift ook stel. Bosch moest in haar antwoord toegeven dat ze dat niet kon. Daarmee blijft er dus van de twee klinische pionierstudies in haar proefschrift (zoals Bosch ze noemde) helemaal niets overeind. Voor een grondige analyse van het proefschrift moet je de nieuwste Skepter lezen, Jan Willem Nienhuys schreef er het coverartikel over.
Het was voor de promotiecommissie natuurlijk geen belemmering om na een kort beraad toch de doctorsbul aan Bosch te overhandigen. Zo gaan die dingen. Opmerkelijk genoeg liet Coenen in zijn lofrede eigenlijk alle steun voor acupunctuur vallen. Dat de gevonden effecten (klein, maar significant) verklaard zouden kunnen worden als placebo-effect leek hem en de andere promotor Van Luijtelaar toch eigenlijk wel stukken waarschijnlijker dan dat er sprake zou kunnen zijn van een specifiek effect van acupunctuur. Maar waarom hebben deze heren deze bedenkingen niet veel duidelijker opgenomen in de artikelen in het proefschrift waarvan zijn mede-auteurs zijn? Het lijkt er toch sterk op dat Coenen op het laatste moment pas wakker is geworden en de laatste promotie die hij begeleidde niet een al te grote smet wilde laten worden op zijn staat van verdienste.

Dat het onderzoek van Bosch welbeschouwd geen aanwijzingen heeft gevonden dat acupunctuur een zinnige behandelwijze zou kunnen zijn om slaapproblemen aan te pakken en dat de Radboud Universiteit z’n best had gedaan om de te stellige conclusies van Bosch af te zwakken tot enigszins normale proporties, was niet bij iedereen doorgedrongen. De ochtend van de promotie verscheen een persbericht met als kop ‘Radboud Universiteit: Proefschrift over Acupunctuur’ waardoor een aantal medische websites vermoedelijk dacht met een persbericht van de universiteit zelf te maken te hebben en ze namen dit sterk gekleurde verhaaltje klakkeloos over. De universiteit trad er wel snel tegenop en het misleidende persbericht is verwijderd (dat kwam uit de koker van WAVAN, de voor mij nog onbekende Wetenschappelijk artsenvereniging voor acupunctuur in Nederland).
Zie ook:
- Skepter 28.2: Acupunctuur-promotie – Omstreden proefschrift over acupunctuur in de psychiatrie
- Voxweb: Acupunctuurpromotie overleeft ‘storm’
- VtdK: Vereniging protesteert tegen acupunctuurpromotie
- Kloptdatwel: Acupunctuurpromotie aan de Radboud Universiteit
02-01-2015: Een Italiaans artikel gebaseerd op dit KdW-artikel is gepubliceerd.
Wichelroede als bomdetector in Sharm El-Sheikh
Verontrustend nieuws uit de Daily Mail: in Sharm El-Sheik duikt weer een variant op van de waardeloze wichelroede die ingezet wordt als bomdetector. Wie dacht dat er met de veroordeling van James McCormick een einde zou zijn gekomen aan dit gebruik van het apparaat dat slechts een wiebelende antenne in een plastic houder is, had het dus mis. De versie die nu in Sharm El-Sheikh op de foto is gezet, lijkt als twee druppels water op de versie (C-Fast) die vorig jaar in het nieuws kwam in Egypte als middel om hepatitis C op te sporen – en hiv/aids – en malaria. Het zogenaamde onderzoek naar dit schandaal is vast nooit serieus van de grond gekomen, omdat er diverse hoge legerofficieren bij betrokken zijn. En nu duikt het onding dus weer op om toeristen een vals gevoel van veiligheid te geven.
Zie voor foto’s het artikel in de Daily Mail.