Richard Dawkins is weer even welbespraakt als altijd als hem de vraag wordt gesteld: “how do you justify the scientific method?”, oftewel: “hoe rechtvaardig je de wetenschappelijke methode?”. Zijn antwoord is even effectief als simpel:
In de smadelijk verloren presidentscampagne van de republikeinen Romney en Ryan deden de heren ook een gooi naar de publieke gunst door zich in de staat Virginia, rijk aan teken, sterk te maken voor ‘Doing More To Fight the Spread of Lyme Disease’. Het weekblad Slater citeerde uit een campagnedocument, waarin zij beloofden:
1. IMPROVE SYNERGY: Ensure that government agencies have an open line of communication and work with patients, researchers, doctors, and businesses in an objective, comprehensive manner.
2. SUPPORT TREATMENT: Encourage increased options for the treatment of Lyme Disease and provide local physicians with protection from lawsuits to ensure they can treat the disease with the aggressive antibiotics that are required.
Slater vertaalde dit als volgt: ‘Forget the science, just channel your legitimate fear of a dangerous disease and your misguided fear of the medical establishment into a vote for us.’ Daarna volgde een adequate samenvatting van de wijze waarop Lyme-kwakzalvers mensen met atypische klachten of gemaskeerde depressies behandelen met langdurige intraveneuze antibiotica en zich niets gelegen laten liggen aan de richtlijnen van de Centers for Disease Control and Prevention. In die richtlijnen wordt ook gewezen op de willekeur waarmee aan dergelijke slachtoffers ook pseudodiagnosen als fibromyalgie en ME worden toegekend. Ook in ons land wordt talrijke ongelukkigen wijs gemaakt dat zij aan ‘chronische Lyme‘ lijden, waarop vervolgens een langdurige kostbare therapie wordt gebaseerd, niet geheel zonder bijwerkingen. De groep met ‘chronische Lyme’ valt in twee groepen uiteen: zij, die na adequate antibiotische therapie na een bewezen Lyme moeheidsklachten houden en zij, die wel alle subjectieve symptomen van Lyme vertonen, maar serologisch en bacteriologisch negatief zijn getest. De militante patiëntenvereniging NVLP bestookt de politiek intussen en eist meer aandacht voor haar probleem. Maar ‘chronische Lyme’ bestaat niet.
Ik kon daarom mijn ergernis nauwelijks inhouden toen ik vorige week in de krant las dat er in ons parlement was gediscussieerd over de schadevergoeding voor lijders aan ‘chronische Q-koorts’. Weer het resultaat van activistische patiënten, die eigenlijk niks mankeren, zo veronderstelde ik. Nog recent hadden er in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde twee artikelen gestaan over de zogenaamde post-Q chronische vermoeidheid. De groep van Bleijenberg uit Nijmegen, die furore maakte met cognitieve gedragstherapie bij het gewone CVS (ME) nadat de internisten van het UMCN hadden bewezen dat er geen microbiologische verklaring voor het CVS gevonden kon worden, bepleitte de diagnose post-Q CVS, terwijl critici onder leiding van hoogleraar infectiologie Hoepelman uit Utrecht daar alleen maar nadelen van zien. Uit zijn afdeling kwam ook een mooi proefschrift van Linda Kampschreur over de diagnostiek van chronische Q-koorts, na analyse van de door geiten verspreide epidemie die in de jaren 2007 tot 2010 in de regio Den Bosch heerste. Ik twitterde SP-kamerlid Van Gerven, die het opnam voor de chronische Q-koorts patiënten, dat hij moest uitkijken voor het medicaliseren van een groep kerngezonde mensen, die alleen maar denken dat ze iets hebben. Maar hoe heb ik mij vergist. De chronische Q-koorts is een uiterst reëel en bedreigend ziektebeeld, dat niets gemeen heeft met het ‘post-Q CVS’, dat vergelijkbaar zijn met de chronische Lyme en de andere CVS-beelden. Chronische Q-koorts is gekenmerkt door persisterende bacteriële presentie en pathologie, die bij een zeer klein percentage van de mensen, die een Q-koortsinfectie oplopen ontstaat. Risicogroepen zijn mensen met aneurysmata, vaatprothesen en een voorgeschiedenis met hartklepchirurgie. In de Nationale Chronische Q-koorts Database zijn inmiddels, vijf jaar na de start van de Q-koortsepidemie, 284 chronische Q-koortspatiënten geïdentificeerd. De minister van VWS heeft 10 miljoen euro beschikbaar gesteld om hen financieel te kunnen bijstaan.
Soms is iets dus geheel wat anders dan het lijkt en ik bied de lijders aan chronische Q-koorts graag mijn excuses aan voor mijn bevooroordeelde ‘jumping to conclusions’. Ik had hen bijna over een kam geschoren met de chronische Lymers en hen aldus ernstig in hun belangen geschaad. Overigens ben ik van mening dat de psycholoog Bleijenberg goed naar de dokter Hoepelman moet luisteren en moet ophouden een onzinnige nieuwe ziekte in het leven te roepen, de post-Q CVS. Want dat klopt echt niet.
Op vrijdag 19 april 2013 (gisteren) veroordeelde de rechtbank Jasper S. tot achttien jaar gevangenisstraf. De rechters vinden het overtuigend bewezen dat hij in de nacht van 30 april op 1 mei 1999 Marianne Vaatstra heeft verkracht en vermoord. Hiermee is deze geruchtmakende zaak (voorlopig) tot een einde gekomen. In de afgelopen jaren was de zaak Vaatstra regelmatig onderwerp van discussie en speculatie, omdat de moord maar niet werd opgelost. Uiteindelijk zou de inzet van een grootschalig DNA-verwantschapsonderzoek de dader aanwijzen. Maar er waren ook mensen en omroepen in de afgelopen jaren, die meenden er verstandig aan te doen om paragnosten in te zetten om dichterbij de waarheid te komen. Het RTL programma “Het Zesde Zintuig: Plaats Delict” zette in 2009 vier paragnosten aan het werk om nieuwe informatie van gene zijde te verkrijgen. Hoe goed was die informatie eigenlijk?
De hele uitzending van “Het Zesde Zintuig: Plaats Delict” terugzien, kan via RTL gemist.
De Belgische mentalist Gili, bekend van zijn jaarlijkse Bal der Helderzienden (waarvan hij de datum, locatie en tijd alleen mentaal beschikbaar stelt, er komt dus nooit iemand) was onlangs te gast bij de Coen & Sander-show op 3FM. Het werd erg vermakelijk. Beluister het zelf:
Het eerste radio-fragment waarin hij uitlegt dat alle ‘mediums’ trucs gebruiken:
[audio:https://kloptdatwel.nl/wp-content/uploads/Gili-interviews/het_medium_gili_te_gast.mp3]
In het tweede fragment doet Gili een cold-reading bij een luisteraar.
[audio:https://kloptdatwel.nl/wp-content/uploads/Gili-interviews/gili_leest_luisteraar_margriet.mp3]
En in het derde en laatste fragment cold-read Gili Coen.
[audio:https://kloptdatwel.nl/wp-content/uploads/Gili-interviews/gili_doet_cold_reading_bij_coen.mp3]
Cold reading is een verzamelnaam voor technieken, trucjes en vaardigheden met betrekking tot o.a. communicatie & psychologie waardoor de beoefenaar van cold reading, een ‘cold reader’ een ander het gevoel kan geven dat de cold reader meer over de ander weet dan eigenlijk zou kunnen. Coldreaders kun je scharen in twee kampen: mentalisten, mensen die toegeven dat ze aan cold reading doen & mediums, die dat niet toegeven of beseffen.
Lees hier meer over cold reading.
Op 14 april 1933 reed mevrouw Aldi McKay met haar man langs de westkant van Loch Ness in de richting van Inverness. Uitkijkend over de stille wateren van het meer in de richting van Aldourie Castle, zag ze plotseling iets. “Stop! The beast!” riep ze naar haar echtgenoot en daarmee was de eerste waarneming van Nessie een feit. Ruim twee weken later werd haar verhaal opgetekend in The Inverness Courier en sindsdien zijn de waarnemingen van het monster bijna niet meer bij te houden.
Ter gelegenheid van de 80ste verjaardag van het ontstaan van deze legende is een academicus van de universiteit van St. Andrew’s ruim 1.000 ooggetuigeverslagen aan het doorspitten. Wat opvalt is dat er nogal wat bij zitten van hoteleigenaren rond het meer. Ook Aldi McKay had zo’n connectie, ze was manager van het Drumnadrochit Hotel, dat nu het Loch Ness Centre herbergt. Het idee dat de plaatselijk horeca doelbewust de legende in het leven heeft geroepen om het toerisme te bevorderen is overigens niet nieuw. Dat het werkt is wel duidelijk: er wordt jaarlijks meer dan een miljoen pond verdiend aan het Nessie toerisme.
Bovenstaande foto is misschien wel het bekendste beeld van Nessie. Lang gingen sceptici er vanuit dat het hier om een otter zou gaan, of misschien wel om een olifant (eventueel in een ander water genomen). De foto zoals die in de Daily Mail verscheen was bijgeknipt. Op het origineel is iets hoger op de foto de rand van het meer te zien, waaruit valt af te leiden dat het ‘model’ veel en veel kleiner is dan je in eerste instantie misschien zou denken. Inmiddels staat de foto bekend als een doelbewuste hoax: in 1994 bekende ene Christian Spurling vlak voor zijn overlijden dat het zou gaan om een speelgoedduikboot waarop hij een nek en hoofd had geknutseld. Doel van deze hoax was de Daily Mail een loer draaien. Maar onder andere omdat indertijd geen van de hoaxers publiekelijk een lange neus heeft getrokken richting Daily Mail na publicatie, denkt een Loch Ness onderzoeker als Henry Bauer, dat het verhaal niet klopt (zie The Case for the Loch Ness “Monster”: The Scientific Evidence (2002), blz 238-239). Misschien heeft hij hier een punt, maar op ander gebied heeft hij hele rare denkbeelden (zie AIDS-ontkenners).
Als het inderdaad een hoax was, dan heeft die een trend gezet. Vorig jaar verscheen ook weer een mooie foto (uit 2011) in The Inverness Courier :
Later werd duidelijk dat de fotograaf George Edwards waarschijnlijk een model van een ‘bult’ heeft gebruikt die tien jaar eerder was gemaakt en nog niet zo lang geleden gebruikt voor een National Geographic-documentaire (“Truth Behind the Loch Ness Monster“). Uitgebreide analyse van de foto (en ook van een claim uit 1986 van Edwards) is hier te lezen: An examination of the claims and pictures taken by George Edwards.
Veel mensen verdienen intussen een aardig centje aan de legende rondom Loch Ness en die moet daarom natuurlijk af en toe wel onderhouden worden met nieuwe ontwikkelingen.
Verder lezen: