Arme Bruno Santanera. In 2005 verloor hij de rechtzaak tegen TROS Radar, het programma dat zijn handeltje met de BioStabil 2000 helemaal onterecht kapot had gemaakt. Onlangs kondigde hij aan opnieuw tegen de TROS te gaan procederen. Op de website www.biostabil.net verscheen een uitgebreid rapport waarin Santanera laat zien hoe Radar suggestief te werk is gegaan en zelfs leugens verteld heeft. In het rapport zijn ook een aantal onderzoekjes van serieuze wetenschappers opgenomen, die de beweringen van Radar onderuit halen. Tenminste, dat moeten we dan maar aannemen. In het nieuw aangespannen kort geding deed de rechter op 20 september echter een voor Santanera teleurstellende uitspraak: ‘Eerder vonnis, waarin uitlatingen van TROS m.b.t. BioStabil rechtmatig zijn bevonden, heeft bindende kracht; deze uitlatingen kunnen niet opnieuw in kort geding worden beoordeeld.‘
Als u niet meer precies weet waar het met die BioStabil om draaide, is het misschien aardig om eerst eens de bewuste uitzending van Radar (BioStabil 2000 onder de loep) terug te kijken.
https://www.youtube.com/watch?v=kQ316USo-9A
Het kort geding is nu dus verloren door Santanera en de rechter acht het ook niet waarschijnlijk dat de volgende stap, een bodemprocedure, het beoogde resultaat zal opleveren. Santanera wenst het intrekken van een artikel de website van de TROS (‘BioStabil is terug als placebo‘) en een rectificatie door de TROS in De Telegraaf om al de fouten in het programma terug te trekken. Die fouten betreffen de opmerkingen dat ‘de magneet geen aarde bevat’, ‘er geen sprake is van “rare earth”(zeldzame aarde) uit Zaïre’, ‘de magneet slechts een magneetje is en maar een kracht bevat van 1.200 Gauss’, ‘de BioStabil 2000 niet gepatenteerd is’ en dat ‘de winkelwaarde van de zilveren hanger slechts 40 euro is’.
Dat die beweringen als je ze heel letterlijk neemt onjuist zijn, is overigens niet geheel ongeloofwaardig. Maar lees daarvoor het getuigschrift van Sanatanera zelf en bedenk tegelijkertijd dat het allemaal niet zoveel uitmaakt voor de vraag of de BioStabil werkt.
De eis dat artikel op de website van de TROS in te trekken, wordt onderbouwd met het onderzoek van dr. Anne Marie C. Plass-Meeuwsen. Zij deed onderzoek naar de talloze brieven die Santanera kreeg van zijn klanten en die ook nadrukkelijk getoond worden in de aflevering van TROS Radar. Ze nam er 652 mee in haar onderzoek, dat verder nog uit een analyse bestaat van de wetenschappelijk bekende literatuur over de invloed van statische magneten op de gezondheid.
Begin 2010 kon Radar blijkbaar nog niet achterhalen wie Santanera had ingeschakeld; het artikel meldt het als volgt:
‘Een tijd lang was het stil rond de BioStabil, maar nu doet Santanera dus weer van zich spreken. ‘In het diepste geheim’ schakelde hij wetenschappers in van de Vrije Universiteit in Amsterdam. Zó geheim zelfs, dat hun identiteit niet wordt prijsgegeven.
Over dit onderzoek is gedoe geweest tussen Santanera en Plass. In een artikeltje in het Dagblad van het Noorden (maart 2011) was te lezen dat Plass dit onderzoek eigenlijk niet met de door haar in de wetenschappelijk wereld gehanteerde naam wilde ondertekenen, maar alleen met haar meisjesnaam. Santanera wilde haar daar toch toe dwingen en liet zelfs beslag leggen op haar loon. Uiteindelijk is het geschikt, maar aan het document te zien heeft Santanera hierbij volledig zijn zin gekregen. Op elke pagina staat keurig de paragraaf van Plass. Wat zij aan de schikking had, weet ik niet. Misschien vermeed ze hierdoor alleen het moeten betalen van de proceskosten.
In zijn getuigschrift positioneert Santanera het rapport als volgt:
In 2009 heeft Bruno Santanera aan dr. A.M.C. Plass, Universitair onderzoekster, Community Genetics te Amsterdam, persoonlijk opdracht gegeven voor een wetenschappelijk onderzoek. In 2010 heeft hij het prestigieuze onderzoeksrapport mogen ontvangen.
Duidelijk is in ieder geval dat het onderzoekje is aangepakt als privéproject en niet als medewerker in dienst van de Vrije Universiteit. Dat is maar goed ook, want de conclusies doen mijn wenkbrauwen fronsen. Helaas moeten we het doen met de laatste paar pagina’s van het rapport, want hoewel ik Plass en Santanera verscheidene malen heb gemaild met het verzoek om het hele rapport, kreeg ik het tot dusver niet. Plass reageerde überhaupt niet op vragen. Het rapport heet “Self-perceived effectiveness of the use of a static magnetic pendant (Biostabil 2000®): a mixed methods analysis of the spontaneous feedback of its users.” (februari 2010).
Ik mailde Plass onder andere om opheldering over haar volgende opmerking, waarin zij de veelal positieve ervaringen van de briefschrijvers beschouwt (blz. 18 van het rapport, dat is blz. 11 in het getuigschrift):
Dit is in overeenstemming met wat men op grond van het placebo-effect zou kunnen verwachten: de placebo stimuleert de aanmaak van opiate neurotransmitters in de hersenen, waardoor men zich prettiger voelt. Echter de gevonden gerapporteerde negatieve bijwerkingen van de Biostabil 2000 zijn daarmee in tegenspraak. Dit duidt op een mogelijk effectieve werking van de magneet.
Waar baseert ze die beperkte definitie van placebo-effect en mogelijk werkingsmechanisme op? Zelfs Wikipedia geeft al een veel uitgebreider scala aan mogelijke factoren. Ook is het raar om de gevonden negatieve ervaringen als een tegenspraak voor het optreden van het placebo-effect te zien. Het kan door het nocebo-effect komen, maar ook dat wordt normaal gesproken als onderdeel van een placebo effect gezien.
Je kunt niet de negatieve ervaringen van de ene groep als tegenspraak zien voor het mogelijk optreden van placebo-effect in de groep met positieve ervaringen. Of een gemiddeld genomen positieve ervaring kan worden toegeschreven aan een placebo-effect kan alleen worden gecontroleerd met een goed geblindeerd onderzoek met controlegroep, die een ‘nephanger’ krijgt. In de beschikbare bladzijdes van het rapport wordt ook niet gerept over het probleem dat die steekproef van 652 brieven geen goede representatie zal zijn van de ervaring van alle klanten van Santanera. Het lijkt me voor de hand liggen dat vooral mensen die heel tevreden zijn of juist de mensen die iets hebben te klagen, een brief schrijven. Maar eigenlijk heb je aan de titel van het rapport al genoeg om het daarom naast je neer te leggen.
Haar conclusie is desalniettemin:
Op basis van de vele studies die zijn uitgevoerd en die verschil hebben laten zien tussen placebo en experimentele groepen en op basis van de in deze studie geraporteerde persoonlijke ervaringen van gebruikers kan geconcludeerd worden dat mensen baat kunnen hebben bij het dragen van een magnetisch halssieraad. Op welke wijze deze werking tot stand komt blijft vooralsnog ongewis. Verder onderzoek is nodig om de precieze werking van de magneet te achterhalen.
Wat zij vindt van die bestudeerde onderzoeken staat misschien in het volledige rapport, wat ik dus niet heb gekregen. Wel staat de lijst op de bladzijden die wel zijn opgenomen in het getuigschrift. De eerste de beste meta-analyse die ik vond en die er ook op staat, Static magnets for reducing pain: systematic review and meta-analysis of randomized trials – Pittler ea (2007), rapporteert als resultaat dat er geen significante positieve effecten zijn: “The evidence does not support the use of static magnets for pain relief“.
Het wetenschappelijke gehalte van dit ‘privéproject’ is dus niet al te hoog te noemen. Het is niet meer dan een weinig zeggend klanttevredenheidsonderzoekje met een wetenschappelijk sausje. Maar Santanera ging het er vermoedelijk dan ook eerder om dat de naam van een echte wetenschapper van een respectabele universiteit eraan verbonden werd. Hij had er, volgens het eerder aangehaalde artikel in het Dagblad van het Noorden, 40.000 euro voor over.
Dat lijkt, nu er waarschijnlijk geen bodemprocedure volgt, weggegooid geld. De advocaat van Santanera spreekt echter in zijn brief troostende woorden over deze nederlaag. Omdat de rechter het getuigschrift met de wetenschappelijke studies in zijn oordeel buiten beschouwing heeft gelaten, staan die wat hem betreft nog volledig overeind: ‘ze zijn inhoudelijke niet bestreden en blijven onverminderd hun waarde houden‘. Tsja, alleen is die waarde van het stukje van Plass niet zo hoog dus.
Bronnen:
- Het getuigschrift van Santanera;
- Brief van advocaat van Santanera, nav de uitslag van de rechtzaak;
- Tekst van het kort geding of het origineel afschrift;
- BioStabil is terug als placebo (TROS 22-1-2010).
Overigens is het nog grappig te vermelden dat het webadres www.biostabil.com blijkbaar in bezit is gekomen van een fan van Skepsis!
[update: tot vanmiddag (10/10/2012) verwees dat domein naar een Skepter-artikel uit 2005 over Santanera op de Skepsis-site. Nu echter naar een andere leuke site 😉 ]
Cryptocheilus says
Mwah…
http://www.enom.com/whois/default.aspx?DomainName=BioStabil.com
Meer een handelaar denk ik
http://www.webboar.com/whois-name/Rogier%20Goessens
En je kunt lekker bij hem eten..
http://www.moederdegans.be/
Pepijn van Erp says
@openid-51133:disqus Dat lekkere eten was me ook al opgevallen 😉 Ik heb de indruk dat die domeinnaamhandel meer een hobby van hem is. Zoveel heeft ie er ook weer niet geleverd als ie al sinds 2000 bezig is en de meeste die nog op zijn naam staan hebben wel iets met horeca of zijn omgeving te maken. Ik zal hem eens een mailtje sturen om te vragen of er meer achter zit.
Jan Willem Nienhuys says
Het Wikipedia-artikel over placebo is wel heel uitvoerig, maar gaat niet erg in op het gegeven dat het woord ‘placebo-effect’ door elkaar gebruikt wordt voor drie zaken:
1. Bij gebruik van placebo’s in een dubbelblind medisch onderzoek met loting (RCT): het totaal der verbeteringen, mede door het natuurlijk verloop van de ziekte, gezien bij de placebogroep. In die zin werd het gebruikt in het bekende artikel van Beecher.
2. Bij gebruik van placebo’s in RCT waarbij ook een ‘niet-behandelgroep’ (usual care, wachtlijst,… ) meedoet: het verschil tussen de placebogroep en de niet-behandelgroep. Dit verschil is niet zo indrukwekkend. De oorzaak van het verschil kan zitten in subtiele non-verbale signalen die in de behandelsituatie ontstaan.
3. Buiten de context van een RCT: het onontwarbare geheel van factoren zoals natuurlijk verloop, verbetering subjectieve verschijnselen, patiënten die zeggen wat de behandelaar kennelijk graag wil horen of wat ze zelf graag willen geloven, bijvoorbeeld omdat ze er veel voor hebben uitgegeven, selectieve waarneming en herinnering (roze bril) bij behandelaar en patiënt, en ‘echte’ effecten veroorzaakt door ontspanning, endorfinen en dergelijke.
Dat brievenonderzoek betreft dus louter betekenis 3.
Dat placebo betekent ‘ik zal behagen’ is een onbelangrijk deel van de historische oorsprong van het woord. Het betekende al in 1340 nep om voor de hand liggende redenen. Zie
http://nl.wikipedia.org/wiki/Placebo_%28middel%29#Geschiedenis_van_het_woord_placebo
De Engelse Wikipedia gaat alleen maar in op de manier waarop het woord in de vertaling van psalm 116 terecht is gekomen, en helemaal niet op het begrip ‘placebozanger’ = middeleeuwse ondernemer die geld probeert te verdienen door rouwenden voor zijn gezang te laten betalen.
Pepijn van Erp says
Skepdic heeft ook een uitgebreid stuk over placebo http://www.skepdic.com/placebo.html met een hoop links naar onderzoeken.
Jan Willem Nienhuys says
Ja dat is een goed stuk, maar als je goed kijkt zie je dat het allemaal gaat over betekenissen 1 en 2 en niet over de warwinkel van ‘effecten’ en bedrog en zelfbedrog en selectieve waarneming die men buiten RCT’s ziet.
Eerlijk gezegd geloof ik onderzoeken over de kleur van pillen ook niet helemaal. Het is in een dergelijk onderzoek noodzakelijk dat de behandelaar ook niet weet welke kleur pil de patiënt krijgt. Als de behandelaar namelijk gelooft in het placebo-effect (en er misschien wel op vlast om een effect aan te tonen) kan dat al invloed hebben.
Bij allerlei onderzoeken loop je het risico dat de wens van de onderzoeker het resultaat beïnvloedt. Een artikel ‘het aantal pillen maakt niets uit voor het placebo-effect’ is vast moeilijk gepubliceerd te krijgen.
Het fraaiste verhaaltje over een placebo-gecontroleerd onderzoek is wat door Skrabanek verteld wordt. Patiënt (in crossover trial voor de tijd van informed consent) vraagt arts waar ze nu opeens andere pillen krijgt. “Hoezo?” vraagt de arts, die zich van de domme houdt. “Nou ik gooi ze altijd in het toilet, en de nieuwe pillen blijven drijven.”
Een zorgelijk verhaal hoorde ik ook (alweer een anekdote) als volgt. Bepaalde middelen worden toegediend per infuus. De zak met fysiologische zoutoplossing hangt al klaar en met een injectienaald wordt er het middel ingespoten. Maar voor het inspuiten wordt het zuigertje zover ingedrukt dat er een straaltje uit de naald komt (om gasbellen in de infuuszak te vermijden). Op dat ogenblik ruikt de verpleegkundige die dit moet doen het middel en weet dan of het om het verum of het placebo gaat.
Heimdalls Desert says
Even een aanvulling op de zeldzame aarde. De chemische samenstelling van de magneet (zie de brief van de advocaat van Santanera op de website) bevat Samarium en Neodymium deze twee mineralen zijn geclassificeerd als ‘rare earth elements’ of ‘ rare earth metals’. De Democratische Republiek Congo (Zaire tot 1997) heeft veel van deze elementen (die overigens niet zo zeer zeldzaam zijn, maar wel relatief lastig te winnen) in de bodem. Een snelle blik op wikipedia wekt de schijn dat Congo niet de belangrijkste exporteur is van deze elementen. Cobalt is wel een belangrijk exportproduct en zit tevens in de magneet van de biostabil, maar is weer geen ‘rare earth metal’.
M.a.w. het heeft er de schijn van dat er wat semantische spelletjes worden gespeeld die geen enkele betrekking heeft op dat waar het om gaat, ‘ werkt de biostabil’?
Pepijn van Erp says
In het kader van semantische spelletjes is ook het stukje van het bezwaarschrift over het leesteken (!) erg vermakelijk: http://www.biostabil.net/NL/25juli.php
Jan Willem Nienhuys says
Het verbazingwekkende aan de uitspraak van het kort geding is al dat geneuzel over die ‘aarde’. Iedereen die een beetje scheikunde heeft geleerd weet natuurlijk dat het ging om de elementen die collectief als ‘zeldzame aarde’ worden aangeduid. Maar nu lijken noch Tros Radar, noch Santanera, noch de juristen in kwestie het helemaal door te hebben.
Heimdalls Desert says
Men zou verwachten dat dergelijke kennis bij een beetje algemene ontwikkeling aanwezig zou moeten zijn. De praktijk wijst helaas anders uit. De hele manier waarop de jurist de zaken mbt deze ‘zeldzame aarde’ verwoordt wekt bij mij de indruk dat hij wat uit een rapport haalt, maar geen enkel idee heeft wat het betekent.
‘Zeldzame’ aarde is misschien ook wel een ongelukkige vertaling uit het Engels. En als Santanera in zijn reclame voor de biostabil heeft gesproken van ‘zeldzame aarde uit Zaire’ is dat op zijn zachtst gezegd, wel erg ruim geïnterpreteerd en iets harder gezegd nogal misleidend voor de (niet kritische) consument.
Hans1263 says
Dat verschijnsel zie je toch continu als er iets in de krant wordt gepubliceerd of op de TV wordt gebracht over een natuur- of scheikundig of medisch onderwerp? Journalisten weten daar op een enkele uitzondering na, helemaal niets van en dat haal je er ogenblikkelijk uit.
Alleen al wanneer het over de naam van een chemische stof gaat, is het meestal mis. Ze schrijven bijvoorbeeld allemaal op zijn Amerikaans “cafeïne”.
Als het over een oppervlakte gaat, heeft men het over een vergelijkbaar aantal voetbalvelden. Voetbalvelden zijn kennelijk het enige dat hun interesse regeert.
Als het over windenergie gaat, wordt het opgewekte vermogen altijd gerelateerd aan het verbruik van een aantal huishoudens.
Net weer op de radio (het onderwerp is niet van belang, noch voor dit blog noch in het algemeen): “negatieve energie”.
Bij een brand komen volgens de overheid – en dus volgens papagaaiende journalisten – zelden giftige stoffen vrij, zelfs niet als je enorme rookwolken ziet.
Ik vraag me altijd af of er van de andere berichten wél iets klopt…
De minkukels van deze maatschappij hebben het dan wel over “techneuten”, zonder te beseffen dat hun handige computertje en mobiele praatijzer door diezelfde “techneuten” zijn ontwikkeld. Periodiek systeem? Nooit van gehoord, moeilijk, onbegrijpelijk of totaal overbodig in hun beperkte wereldje.
Renate1 says
Daar heeft u een punt, maar ik denk dat vergelijkingen met voetbalvelden, of het verbruik van een aantal huishoudens meer te maken hebben met het feit dat het op die manier eenvoudiger is om grote getallen in beeld te brengen. Daar zijn vergelijkingen namelijk ook goed voor. Dat heeft dan dus weinig met onwetendheid te maken, maar meer met het feit dat de gemiddelde lezer waarschijnlijk weinig begrijpt van grote getallen. Dus als je de oppervlakte van iets kunt terugbrengen tot iets waarvan de meeste mensen wel enig idee hebben hoe groot het is, zorgt dat er voor dat het gemakkelijker begrepen wordt. En dat geldt natuurlijk net zo goed voor opgewekt vermogen. Mensen weten misschien niet precies hoeveel energie ze gebruiken en een abstract getal zal ze dus ook weinig zeggen, maar als er gezegd wordt dat een windmolen een bepaald aantal huishoudens van energie kan voorzien heeft men enig idee.
Ik heb nog steeds een kaart met het periodiek systeem in m’n la liggen.
Jan Willem Nienhuys says
In het Groene Boekje van 1954 stond het al zo hoor! Het trema is in elk geval niet Amerikaans. Tot op de dag van heden is een coffeïne ook een correct gespeld woord in de Nederlandse taal, maar ik heb het nog nooit iemand horen gebruiken.
Wat je wel vaak ziet is dat dat Engelse uitgang …in niet wordt vernederlandst tot …ine
Die voetbalvelden variëren in afmeting van
0,8156 ha Canadees voetbal
0,535 ha Amerikaans voetbal
1,59 ha Australisch voetbal
0,64-0,83 ha ‘ons’ voetbal
0,7140 ha Champions League wedstrijden
Het misleidende aan ‘huishoudens’ als eenheid voor elektriciteits- of energieverbruik, is dat de huishoudens aan energie niet zoveel gebruiken: ruim 10% van het totale gebruik, dat is evenveel als er bij de energiebedrijven zelf nodig is. Het verkeer gebruikt iets meer, en de industrie wel 40%.
Ik weet niet hoe het is met elektrische energie (die voor een deel ook nog decentraal wordt opgewekt, bijvoorbeeld in warmtekrachtcentrales van bedrijven). Als je alle gebruikte elektrische energie optelt kom je aan ongeveer 13% van het totale energiegebruik. Dus van alle energie uit gas, steenkool, olie, biomassa, kernenergie, wind- en zonne-energie (mis ik iets?) komt maar 13,5% voor de afnemers beschikbaar in de vorm van elektriciteit, en maar een klein deel van die
afnemers zijn ‘huishoudens’ (die doorgaans ook een massa gas gebruiken voor verwarmingsdoeleinden).
Omgerekend per hoofd van de bevolking is het totale energieverbruik (niet meegerekend de energie in voedsel) in Nederland ongeveer 145 kilowattuur (524 megajoule) per persoon per dag. In vergelijking daarmee is de 8-10 kWh per huishouden per dag die een ‘huishouden’ aan elektriciteit gebruikt maar een schijntje.
Als je dus ziet dat de een of andere installatie zo en zoveel ‘huishoudens’ aan vermogen voorstelt, moet je het eigenlijk door 50 delen om een realistisch idee te krijgen van hoeveel het echt is.
Hans1263 says
Apothekers noemen het coffeïne en zo heet het ook in de farmacopee (een wetboek…)
Ander voorbeeld:
Gisteren een artikeltje in de NRC waarin een bepaald soort schildpad wordt beschreven die “urea” uitscheidt via zijn bek.
Constantia Oomen says
Het plaatje op de hoofdpagina is kostelijk: Bruno die Tros Radar aanprijst. En zo hoort het, high five voor Antoinette en haar team.
Renate1 says
Ik begrijp op zich wel dat die vergelijkingen niet altijd even sterk zijn, maar ik denk dat de meeste mensen bij een voetbalveld zullen denken aan een veld dat in Nederland voor voetbal wordt gebruikt en niet voor andere vormen van voetbal.
Het huishoudelijk energiegebruik kan wel klein zijn, maar voor de meeste mensen is het misschien toch wel iets duidelijker dan een abstract getal. Misschien zou men bij een abstract getal een lijstje kunnen maken van het energieverbruik. Getallen spreken voor de meeste mensen niet echt.
frankeren says
Ik ben het er mee eens dat de gemiddelde Nederlander aan een gewoon voetbalveld denkt en dat het handig is voor het voorstellingsvermogen.
Het gebruik van huishoudens als er weer eens een windpark wordt geopend is ook nuttig maar ook een soort grootspraak als je weet dat maar 10% door de huishoudens gebruikt wordt en het gasverbruik van die huishoudens niet wordt vervangen.
Het kan zelfs ontmoedigend werken als er vermeld zou worden dat dat windpark bijvoorbeeld 0,001% van het totale verbruik van huishoudens en industrie e.d. dekt.
In die zin mis ik een plaatje hoe we heel Nederland van groene energie zouden kunnen voorzien, inclusief verkeer en industrie e.d. dus. Als je nu dus slechts 13% van de energie in de vorm van electriciteit verbruikt, hoeveel zonnepanelen / windmolens / getijde- / waterkracht- / aardwarmte- / zoet-zout watercentrales moet je dan wel niet plaatsen om bv het gasverbruik te vervangen?
Vervolgens rijst bij mij ook de vraag hoeveel olie we dan nog steeds moeten importeren die we niet voor energieopwekking gebruiken maar voor medicijnen, plastics, kunstmest e.d. Ofwel, wat wordt er allemaal peperduur als de olie 1000 dollar per vat kost?
Jan Willem Nienhuys says
Even rekenen: volgens Wikipedia:
“In een gemiddeld windjaar wordt nu 5,2 miljard kWh geproduceerd” dat is per persoon per dag 0,84 kWh, dat is ruim een half procent van het totale energieverbruik. Dat staat ook in de tabel op
http://nl.wikipedia.org/wiki/Windenergie ; daar staat dat 0,84% de ‘vermeden primaire energie’ is (dus de windenergie is 0,84% van alle primaire niet-windenergie. Behalve dat het me nogal optimistisch lijkt, is die term (vermeden) niet zo correct, omdat windenergie zo variabel is. Daarom moeten er
(1) in tijden van overvloed elektriciteit in Noorse stuwmeren worden opgeslagen, die je niet voor 100% terugkrijgt als het even niet waait, om maar te zwijgen van het prijsverschil;
(2) gasgestookte centrales op lager (minder rendement, meer CO2-uitstoot per geproduceerde kWh) vermogen draaien om snel de dalen in het windenergieaanbod te kunnen opvangen.
Boze tongen beweren dat als je 1 en 2 verrekent het blijkt dat je er vrijwel niets aan overhoudt. Helaas is het heel moeilijk om hier duidelijke informatie over te krijgen.