Alle 39 leden van de UFO-sekte Heaven’s Gate pleegden collectief zelfmoord op 26 maart 1997. Daardoor wilden ze aan boord komen van een buitenaards ruimteschip. Twee sekteleden (die eerder waren weggestuurd omdat ze onvoldoende gehoorzaam waren) runnen de website van de sekte nog steeds. Aan de nineties-vormgeving is niets veranderd en ze geven op alle vragen antwoord. Gizmodo heeft een prima longread over opkomst en ondergang van de zelfmoord-sekte. In de Skepter vind je ook een prima artikel over Heaven’s Gate. GJvtL.
Archives for November 2014
De populaire media hebben de anti-vaccinatie beweging gesteund
Dat betoogt Elena Conis in haar zojuist verschenen boek “Vaccine Nation: America’s Changing Relationship with Immunization”. Passages uit het boek kun je lezen op Salon. Verplichte leesstof als je het succes van de anti-vaccinatiebeweging wilt begrijpen.
De anti-vaccinatie activiste Jenny McCarthy verwierf celebrity status door optredens bij onder andere Oprah Winfrey, Diane Sawyer en Ellen De-Generes. Ze werd neergezet als een strijdbare moeder die het opnam tegen de moloch van de wetenschap en de big farma: ’a fight that only mothers could truly understand’. Dat maakte Jenny McCarthy ‘newsworthy’ en hield haar in de media. De wijdverbreide kritiek op de farmaceutische industrie hielp om het vertrouwen in de wetenschap te ondermijnen. En media houden van conflict: ‘Debates, of course, are newsworthy: harmonious agreement is not. … News reports that covered the debate or simply made reference to it found in it a ready source of tension and drama. On the one side stood doctors and public health experts talking about evidence. On the other side stood parents (and sometimes politicians) talking about personal observations, struggles, and beliefs’. De strijd tegen vaccins is een strijd van emotie tegen verstand in een tijd waarin de emotie steeds hoger wordt gewaardeerd. GJvtL.
“Juridische terreur” door chiropractorsadvocaat
Diverse chiropractors hebben er geen enkel probleem mee om “dr.” voor hun naam te plaatsen, ook al zijn ze helemaal niet gepromoveerd. Een kwalijke praktijk, die helaas voorlopig door de rechter geaccepteerd is. Waar échte chiropractors echter helemaal niet van houden, is dat iedereen zich zomaar chiropractor noemt. Op zulke beunhazen sturen ze strijdbare advocaten af. Deze zomer leidde dat tot een tamelijk gênante procedure bij de Raad van Discipline, de tuchtrechter voor advocaten.
![D.D. Palmer, bedenker van de chiropraxie](https://kloptdatwel.nl/wp-content/uploads/ddpalmer-chiropraxie.jpg)
Het ging in deze zaak allemaal om een persoon die zich via het UWV aanbood als chiropractor. Volkomen ten onrechte, aldus een stichting die de kwaliteit van in Nederland werkzame chiropractors controleert. De stichting schakelde haar advocaat in. Deze advocaat stuurde vervolgens een nogal pittig briefje naar de pseudo-practor. Ik kopieer hieronder maar even wat de tuchtrechter over de casus opmerkt, voordat ik zelf de nogal heetgebakerde advocaat over me heen krijg:
1.2 Klager sub 1 heeft namens klager sub 2 een zekere B aangeschreven. In die brief protesteert klager tegen het feit dat B zich aanbiedt via het UWV als chiropractor zonder (volgens die brief) “over de voor dat beroep juiste kwalificaties te beschikken.” Daarbij wijst klager erop dat de Wereld Gezondheids Organisatie (WHO) regels voor dat beroep heeft vastgesteld en dat de Minister van Volksgezondheid in 1981 heeft gesteld dat de opleiding tot chiropractor een opleiding geneeskunde en manuele therapie behelst. Klagers cliënte controleert de kwaliteit van de hier te lande werkende chiropractoren.
1.3 In diezelfde brief wijst klager de heer B op het feit dat B’s opleiding tot Heilpraktiker en de tijd die hij aan de specialisatie chiropractor heeft besteed op geen enkele manier voldoet aan de regels van de WHO. Hij verwijst voorts op de risico’s die een onjuiste toepassing van chiropractie oplevert onder bepaalde omstandigheden. Volgens klager hindert B door zich beschikbaar te stellen als chiropractor bij het UWV de vestiging in Nederland voor een Amerikaanse gekwalificeerde chiropractor die daardoor schade lijdt, net als één van de bij de cliënte van klager aangesloten register chiropractoren. Klager wijst B op het salaris dat die Amerikaanse chiropractor zou hebben kunnen verdienen (begroot op een bedrag tussen de € 50.000 en € 200.000) en verzoekt B (met voor zoveel nodig de sommatie) om klager te laten weten dat hij zijn beschikbaarheid als chiropractor bij het UWV zal intrekken en in het verlengde van die boodschap nog zo het één en ander. Klager stelt B een dagvaarding in het vooruitzicht als hij dat niet doet en hij wijst op de hoge kosten van een procedure, op de mogelijkheid van een kostenveroordeling en op het feit dat het niet waarschijnlijk is dat B in aanmerking zal komen voor gesubsidieerde rechtsbijstand omdat het een zakelijk probleem betreft.
![In Skepter 25.2 een uitgebreid artikel over chiropraxie van de hand van Dirk Koppenaal](https://kloptdatwel.nl/wp-content/uploads/skepter25-2cover.jpg)
De brief bevat erg interessante informatie. Men beroept zich op uitspraken van een minister uit 1981 (de huidige minister van VWS zal er anders over denken), onjuiste toepassing van chiropraxie levert risico’s op (dit natuurlijk in tegenstelling tot échte chiropraxie) en met chiropraxie kun je financieel aardig binnenlopen. Er ging overigens ook een brief naar het UWV met een soortgelijke inhoud en – naar we mogen aannemen – een eveneens tamelijk onaangename toon. Het UWV werd namelijk voorgehouden dat het aansprakelijk zou kunnen zijn als het optreden van meneer of mevrouw B als chiropractor tot “dramatische ontwikkelingen” zou leiden. Wie nu denkt dat het B of het UWV was die een klacht bij de tuchtrechter neerlegde wegens intimidatie door de chiropractorsadvocaat, heeft het mis. B had namelijk zelf een advocaat ingeschakeld die zijn confrère van repliek had gediend. De advocaat van B had erop gewezen dat het beroep van chiropractor in Nederland niet beschermd is, dat de verwijten iedere rechtsgrond misten en dat hij de brief beschouwde als een vorm van “juridische terreur”. De chiropractorsadvocaat zou een burger bang hebben gemaakt met een ongegrond verhaal en zo behoort een goed advocaat zich niet te gedragen, aldus de advocaat van B.
Op grond van het voorgaande zou je kunnen denken dat de advocaat van B naar de tuchtrechter stapte om zich te beklagen over het onbetamelijke gedrag van de chiropractorsadvocaat jegens zijn cliënt. Wederom fout. Het was juist de chiropractorsadvocaat die naar de deken van de Orde van Advocaten rende omdat hij was beschuldigd van juridische terreur en het bang maken van burgers. Via de deken kwam de tuchtklacht bij de Raad van Discipline. De Advocatenwet bepaalt dat kennelijk ongegronde klachten niet door de Raad hoeven te worden behandeld, maar door de (plaatsvervangend) voorzitter kunnen worden afgewezen. Dat gebeurde ook in dit geval. De plaatsvervangend voorzitter had slechts enkele regels nodig om de bespottelijke klacht naar de prullenbak te verwijzen:
3.2 Het beroep van chiropractor is niet beschermd. Tegen die achtergrond is klager sub 1 [de chiropractorsadvocaat, LD] wel bijzonder krachtig van leer getrokken tegen B op wie klagers kritiek in feite niet meer inhoudt dan dat deze zich als chiropractor aanbiedt met een opleiding die niet voldoet aan wat volgens zijn klaagster sub 2 [de stichting, LD] aan eisen zou moeten worden gesteld. En als verweerder [de advocaat van B, LD] dan met het belang van zijn cliënt voor ogen de term “juridische terreur “gebruikt dan is dat weliswaar aan de krasse kant maar niet klachtwaardig.
3.3 Verweerder trad op als belangenbehartiger van B en dat gaf hem de nodige speelruimte bij zijn optreden. Voorts werden de gewraakte uitlatingen niet rechtstreeks aan de cliënten van klager sub 1 gedaan, maar waren deze gericht aan een collega advocaat, die als professional tussen verweerder en zijn cliënten stond en die ook zelf straffe bewoordingen niet had geschuwd. Dat verweerder van bangmakerij spreekt is niet verwonderlijk. Dat iets anders werd beoogd dan dat B zou terugdeinzen is moeilijk voorstelbaar. Daarbij telt dat de juridische grondslag van die aanschrijving zeker nog niet meteen gegeven is. Derhalve is de klacht kennelijk ongegrond.
Kortom: de chiropractorsadvocaat heeft zelf nogal woest om zich heengeslagen en moet dan niet vreemd opkijken als een andere advocaat iets terugzegt wat kennelijk hard aankomt. Hoewel de tuchtklacht belachelijk was, geeft deze wel een aardig inkijkje in de wereld van de chiropraxie in Nederland. Kennelijk worden daar nogal grove middelen ingezet om concurrenten uit te schakelen en (mede) financiële belangen te beschermen. De term “juridische terreur” lijkt in dat licht bijzonder goed gekozen.
De grote vraag is natuurlijk wie de advocaat is die dit soort kansloze procedures initieert. De voorzittersbeslissing is zoals gebruikelijk geanonimiseerd, maar de identiteit van de jurist is gemakkelijk te achterhalen (h/t Jan Willem Nienhuys): mr. Job van Broekhuijze is weer eens bezig, een oude bekende van Stichting Skepsis, Kloptdatwel? en vooral de Vereniging tegen de Kwakzalverij.
Teylers Museum wijdt tentoonstelling aan onwetenschap
Het Haarlemse museum heeft tot 8 februari 2015 een tentoonstelling over de onwetenschap die uitspraken probeerde te doen over de eigenschappen van een mens op grond van het uiterlijk. Wetenschappers waren in de vorige eeuw met passer en liniaal serieus in de weer met allerlei kenmerken van ons gelaat en onze schedel. Een ‘talenknobbel’ op de schedel werd echter nooit gevonden en ook bleek een wenkbrauw die doorliep boven de neus niets te voorspellen. Dit type onderzoek was een kernonderdeel van de rassenleer van de Duitse Nazi’s. De tentoonstelling vertelt dan ook over een mislukte list van een aantal Nederlandse Joden. Die probeerden in 1943 tevergeefs met foto’s en metingen van hun uiterlijk aan te tonen dat ze eigenlijk niet Joods waren. Dat deze ‘list’ mislukte, maakt wel duidelijk dat de Nazi’s niet alleen geen respect hadden voor de mens maar dat ze ook geen respect hadden voor de wetenschap, ook niet voor hun eigen onwetenschap. Meer lezen: een NOS-artikel over de tentoonstelling en een NOS-artikel over de ‘Actie Portugesia’ tijdens de Nazi-bezetting. GJvtL.
De desillusionist
De krant New York Times zet in een lang artikel leven en werk van de skepticus James Randi op de rij. De NRC vat het NYT-artikel samen. Randi vertelt onder andere over de vele mensen die geprobeerd hebben om de miljoen dollar te claimen die hij heeft uitgeloofd aan wie paranormale gaven kan aantonen. Niemand heeft het bedrag tot nu toe opgehaald.
Heeft Randi’s strijd zin? Vaak blijven mensen geloven in hun gaven nadat ze zijn gezakt voor de ‘one million dollar challenge’: “They’re always rationalizing,” Randi told me as we walked to dinner at the casino steakhouse. “There are always reasons prevailing why they can’t do it. They call it the resilience of the duped. It’s with intense regret that you watch them go down the tubes.”
En ook anderen blijven geloven. Zo vertelt Uri Geller over zijn ervaring nadat hij door Randi was ontmaskerd: ‘I was about to pack up the next day and go back to Tel Aviv. I thought, That’s it — I’m destroyed.” But to Geller’s astonishment, he was immediately booked on “The Merv Griffin Show.” He was on his way to becoming a paranormal superstar. “That Johnny Carson show made Uri Geller,” Geller said. To an enthusiastically trusting public, his failure only made his gifts seem more real: If he were performing magic tricks, they would surely work every time’. GJvtL.