Verschillende media hebben alarmistische berichtgeving verspreidt over glyfosaat, de werkzame stof in de onkruidverdelger Roundup. Het actualiteitenprogramma EenVandaag spande de kroon, door Roundup een kankerverwekkend middel te noemen. Het kopte zonder terughoudendheid: “Kankerverwekkend bestrijdingsmiddel blijft in gebruik“. Die uitspraak is niet op feiten gebaseerd en kwalijk alarmistisch.
Glyfosaat werkt als totaalherbicide door beschadiging te brengen aan een stofwisseling die enkel in planten voorkomt. Omdat het lichaam van dieren en mensen niet op dat niveau werken, wordt het gezien als een van de meest veilige onkruidverdelgers. Toch wordt er veel onderzoek gedaan naar bijwerking van de stof. Er zijn daarbij studies opgedoken die wijzen op carcinogeniteit. Maar het merendeel van de studies kan deze bevindingen niet bevestigen. In de wetenschappelijke literatuur is er daardoor nauwelijks bewijs dat glyfosaat kanker kan veroorzaken. De wetenschappelijke consensus is dan ook dat het waarschijnlijk niet carcinogeen is.
Toch classificeerde het Internationaal Agentschap voor Kankeronderzoek (IARC, een onderdeel van de Wereldgezondheidsorganisatie) vorige week de stof als ‘waarschijnlijk carcinogeen’. De onderbouwing hiervoor was een studie waarbij glyfosaat op individuele cellen werd losgelaten in een bakje; en enkele (controversiële) rattenstudies. Alle Nederlandse media (die ik voorbij zag komen) vergaten daarbij te vermelden dat het IARC géén rekening houdt met realistische situatie waarin glyfosaat wordt gebruikt. De IARC-werkgroep beoordeelde of glyfosaat kanker kán veroorzaken, niet of het bij mensen en dieren kanker gaat veroorzaken. Het wetenschappelijke onderzoeksbureau voor risicoanalyses van Duitsland, BfR, uitte vrijwel direct veel kritiek op de classificatie van het IARC. Het heeft laten weten eerder precies dezelfde studies (en meer) te hebben onderzocht en geen bewijs voor een risico op kanker kon vaststellen.
Het kan zijn dat de journalisten van EenVandaag niet goed op de hoogte waren. Maar wie vraagt ze in de radio-uitzending om een reactie? Geen wetenschappers, maar Greenpeace en de Partij voor de Dieren die bekend staan als felle tegenstanders. Zelfs de secretaris van de Volkstuinvereniging van Heerenveen mag aan het woord komen, omdat zijn vereniging het middel in de ban heeft gedaan. De arme man blijkt echter niet het verschil te weten tussen Roundup en het verboden ontbladeringsmiddel Agent Orange.
Vervolgens wordt een geluidsbandje gestart met een interview van de milieuactivist Patrick Moore, een voorstander van het gebruik van gentechnologie. Moore geeft in het interview aan dat glyfosaat zo veilig is dat je het zou kunnen drinken, waarna hij weigert die uitdaging aan te gaan. Het was een domme opmerking van Moore, want uit onderzoek blijkt dat glyfosaat zeker giftig is als je het in geconcentreerde vorm opdrinkt. Dit gênante optreden beantwoordt in de verste verte niet de vraag of het achtergebleven spuitresidu op groenten en fruit schadelijk is voor mensen. Maar in de uitzending wordt het fragment gebruikt om Monsanto verder in diskrediet te brengen: de EenVandaag-journalist introduceerde Moore (onterecht) als “Lobbyist van het bedrijf [Monsanto]“.
Vorige maand zond EenVandaag (AVROTROS) nog een anti-Monsanto documentaire uit waarin veel oude claims voorbij kwamen die intussen al wetenschappelijk weerlegd zijn.
Lees verder:
- Andrew Pollack, Weed Killer, Long Cleared, Is Doubted. New York Times, 27 maart 2015. (Engels).
- Dan Charles, A Top Weedkiller Could Cause Cancer. Should We Be Scared? NPR, 24 maart 2015 (Engels)
- Löst glyphosat Krebs aus? Statement van het Federaal Instituut voor Risicoanalyse (BfR). 23 March 2015. (Duits)
- Matthew Herper, He’s Not A Monsanto Lobbyist, And Weed Killer Isn’t Safe To Drink Forbes, 27 maart 2015 (Engels)
Dit artikel verscheen ook op de website Kritisch Denken.