• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar

Kloptdatwel?

  • Home
  • Onderwerpen
    • (Bij)Geloof
    • Columns
    • Complottheorieën
    • Factchecking
    • Gezondheid
    • Hoax
    • Humor
    • K-d-Weetjes
    • New Age
    • Paranormaal
    • Pseudowetenschap
    • Reclame Code Commissie
    • Skepticisme
    • Skeptics in the Pub
    • Skeptische TV
    • UFO
    • Wetenschap
    • Overig
  • Skeptisch Chatten
  • Werkstuk?
  • Contact
  • Over Kloptdatwel.nl
    • Activiteiten agenda
    • Colofon – (copyright info)
    • Gedragsregels van Kloptdatwel
    • Kloptdatwel in de media
    • Interessante Links
    • Over het Bol.com Partnerprogramma en andere affiliate programma’s.
    • Social media & Twitter
    • Nieuwsbrief
    • Privacybeleid
    • Skeptisch Chatten
      • Skeptisch Chatten (archief 1)
      • Skeptisch Chatten (archief 2)
      • Skeptisch Chatten (archief 3)
      • Skeptisch Chatten (archief 4)

Wetenschap

Radioactieve neerslag van Fukushima veroorzaakte geen duizenden doden in de VS

30 April 2014 by Pepijn van Erp 10 Comments

Onderzoeken van de Amerikaanse wetenschappers Joseph Mangano and Janette Sherman over de gezondheidseffecten van radioactieve neerslag die vrijkwam bij de ramp in Fukushima veroorzaakten nogal wat onrust in de Verenigde Staten. In 2011 lieten ze zien dat er in de maanden na de ramp al 14.000 extra doden zouden zijn gevallen. En in een recentere studie dat er veel meer kinderen werden geboren met een aangeboren schildklierafwijking.
Hier zijn wetenschappers aan het woord en dan lijkt het snel serieuzere koek dan andere alarmistische verhalen over de gevolgen van de ramp bij Fukushima die meestal uit uiterst vage hoek blijken te komen. A
ndere onderzoekers probeerden de bevindingen echter na te rekenen en kwamen snel tot de conclusie dat er niets van deugt.

Het artikel met de 14.000 extra doden in de Verenigde staten werd als volgt in een persbericht aangekondigd:

 An estimated 14,000 excess deaths in the United States are linked to the radioactive fallout from the disaster at the Fukushima nuclear reactors in Japan, according to a major new article in the December 2011 edition of the International Journal of Health Services.   This is the first peer-reviewed study published in a medical journal documenting the health hazards of Fukushima.

Het is gepubliceerd als: An unexpected mortality increase in the United States follows arrival of the radioactive plume from Fukushima: is there a correlation? Wat recenter (2013) is het artikel waarin ze laten zien dat er veel meer aangeboren schildklierafwijkingen zouden zijn voorgekomen in de maanden na de ramp: Changes in confirmed plus borderline cases of congenital hypothyroidism in California as a function of environmental fallout from the Fukushima nuclear meltdown (Open Journal of Pediatrics).

Dat klinkt allemaal niet best, nietwaar? Beide artikelen deugen echter van geen kanten. In de volgende  video wordt de hele gedachtegang van Mangano en Sherman gefileerd, er blijft niets van over. Het is een en al verdraaien van cijfers, wat in mijn ogen haast niet anders dan opzettelijk kan zijn gebeurd. De onderbouwing van de verklaring hoe een lage dosis radioactieve straling in zo’n korte tijd tot zoveel doden zou kunnen leiden, blijkt ook niet meer te zijn dan een e-mailtje van een andere wetenschapper.

‘Hoe kan dit soort prutswetenschap toch gepubliceerd worden in peer reviewed tijdschriften?’ vraag je je misschien af. Het eerste artikel werd gepubliceerd in een tijdschrift dat helemaal niet over epidemiologie gaat, maar over de beleidsmatige kanten van gezondheidszorg. Het is maar de vraag of de uitgezochte reviewers überhaupt verstand hadden van dit soort rekenwerk. Bij het tweede artikel is het nog veel duidelijker, dat werd gepubliceerd in een open access tijdschrift dat op het beruchte lijstje van Jeffrey Beall [mirror] voorkomt. Dat tijdschrift weigerde ook zonder opgaaf van reden een ingezonden commentaar.

In Popular Mechanics verscheen een artikel over de vervelende gevolgen van publicatie van dit soort nonsens wetenschap: What Can We Do About Junk Science? Dat stuk besluit met:

It’s easy to blame the impact of junk science on sloppy experiments, irresponsible reporters, or a failure of peer review. But even after it’s debunked, junk science sticks because it preys on the public’s fear and distrust. Ultimately, junk science can be dispelled only if individuals think like scientists: Evaluate all the evidence and try to disprove your own preconceptions.

Dat laatste kan wel waar zijn, maar daarvoor is wel inspanning van wetenschappers voor nodig. Je moet wel weten waar je moet zoeken naar dat bewijs en enigszins weten hoe je het moet beoordelen. Een academische ‘debunk’ in de vorm van een reactie in het tijdschrift bereikt het reeds misleide publiek waarschijnlijk ook niet zo snel. Daarom waardeer ik het zeer dat sommige wetenschappers de moeite nemen om middels zo’n YouTube video duidelijk uiteen te zetten wat er allemaal mis is met deze artikelen.

Filed Under: Wetenschap Tagged With: fukushima, open access, pseudowetenschap, radioactiviteit, statistiek, straling

Corrigeert de wetenschap zichzelf?

18 April 2014 by Thomas de Boer 13 Comments

Dit is een vertaald artikel. Het oorspronkelijke artikel is te vinden op de website van de JREF.

Corrigeert de wetenschap zichzelf? 1
Dr. Steve Novella is klinisch neuroloog en voorzitter van de bekende podcast The Skeptics Guide to the Universe.
(foto: Zooterkin | Wikimedia Commons)

Door Dr. Steve Novella.

In theorie, ja. In praktijk, kan het beter.

Een artikel, gepubliceerd in De Economist, bespreekt een onderwerp waar skeptici al jaren over praten. Er is nogal wat onderzoek troep gepubliceerd dat onbetrouwbaar is. Dit betekent dat je standpunt nog niet juist hoeft te zijn, ook al kun onderzoeken vinden die jouw standpunt lijken te ondersteunen. Je kunt geen antwoord vinden op een vraag door alleen de onderzoeken die jou goed uitkomen te citeren. Je moet een kritische analyse doen van al het beschikbare onderzoek.

Het volledige artikel is het lezen waard en regelmatige lezers van skeptische blogs zullen waarschijnlijk veel van de punten en referenties herkennen, maar zullen vast ook wat nieuwe details leren. Hier volgt mijn eigen samenvatting van de belangrijkste aandachtsgebieden met betrekking tot de kwaliteit en betrouwbaarheid van gepubliceerd wetenschappelijk onderzoek.

De meeste studies zijn van een bedroevende kwaliteit – Om grondig wetenschappelijk onderzoek te doen heb je veel tijd en geld nodig. Onderzoekers voeren daarom vaak vooronderzoek of verkennende studies uit, die klein zijn en die slechts basale mogelijkheden tot controle kennen. Dit soort studies is onbetrouwbaar en alleen nuttig om te bepalen of verder onderzoek gerechtvaardigd is. Vooronderzoeken die positieve uitkomsten tonen, zijn vaak vals-positief (de redenen hiervoor geef ik later) en veel betrouwbaarder wanneer ze negatieve uitkomsten laten zien.

Publish or perish – Onderzoekers en instituten staan onder grote druk om te publiceren. Dit bevordert het publiceren van grote aantallen onderzoeken van lage kwaliteit of het publiceren van de “kleinst mogelijke eenheid van onderzoek” uit een lopend onderzoek om zo het aantal papers dat uit een onderzoek wordt gehaald, te maximaliseren.

Probleem bij de onderzoeker (researcher bias) – Onderzoekers zijn mensen die graag willen dat hun ideeën correct zijn en onderzoek wordt soms uitgevoerd door de industrie of anderen die belang hebben bij bepaalde uitkomsten. Zelfs binnen algemeen geaccepteerde methoden van onderzoek hebben onderzoekers nog een grote vrijheid, ofwel speelruimte. Deze vrijheid kan worden misbruikt (bewust of onbewust) om een positief resultaat te bereiken, zelfs op basis van louter negatieve data. Simmons et al. hebben laten zien dat in 60% van de gevallen een p-waarde van 0,05 kan worden gegenereerd uit negatieve data alleen maar door de speelruimte te gebruiken,  die een onderzoeker heeft. In enquêtes geeft een derde van de onderzoekers toe dat ze zich wel eens vrijheden permitteren om positieve resultaten te behalen.

Probleem bij het publiceren (publication bias) – Tijdschriften, hetzij in druk hetzij online, hebben zo hun eigen motieven voor succes. Tijdschriften die afhangen van hun abonnees willen hun impactfactor [link toegevoegd door redactie] maximaliseren en dat betekent dat ze opwindend onderzoek willen publiceren met nieuwe en verrassende uitkomsten. Zulke artikelen zijn nou net het soort dat gemakkelijk met vals-positieve resultaten komt. Open-Access tijdschriften, die auteurs een bijdrage vragen, willen juist veel publiceren, ongeacht de kwaliteit. Een recent artikel in Science wees op de bedroevende kwaliteitscontrole in deze tak van de industrie. Daarbij komt dat onderzoekers zelf eerder een artikel met positieve resultaten indienen dan een met negatieve resultaten.

Gebrek aan replicaties – Onafhankelijke replicaties zijn de sleutel tot de zelfcorrigerende aard van de wetenschap. Het probleem is echter dat wetenschappers niet voldoende replicerend onderzoek doen en dat tijdschriften ze niet genoeg publiceren. Er is het nu beroemde incident bij Psychology Today dat een vreselijk onderzoek van Daryl Bem publiceerde waarin werd geclaimd dat mensen “de toekomst konden aanvoelen”. Richard Wiseman et al. deden een exacte replicatie van een van Bem’s onderzoeken, dat negatieve uitkomsten opleverde en stuurden het naar Psychology Today voor publicatie. Hun antwoord? We publiceren geen exacte replicaties. Waarom niet? Omdat ze niet sexy genoeg zijn hun impact factor te verhogen.

Een overzicht uit 2012 laat zien dat slechts ongeveer 1% van de psychologische onderzoeken die de afgelopen eeuw zijn gepubliceerd, replicaties waren. Dit overzicht is, voor zover ik het weet, nooit gerepliceerd.

Vergissingen – Onderzoekers vergissen zich soms gewoon en reviewers pikken die fouten er niet altijd uit. Een studie uit 2011 vond dat 50% van de bekeken neurowetenschappelijke onderzoeken een bekende statistische fout bevatten – een fout die vaak negatieve resultaten veranderde in positieve resultaten.

Fraude – Hoewel vooral fraude de krantenkoppen haalt, levert het waarschijnlijk slechts een kleine bijdrage aan het probleem van vals-positieve uitkomsten in gepubliceerd onderzoek. Maar het komt voor en vervuilt daarmee de wetenschappelijke literatuur.

Het goede.

Het is niet allemaal kommer en kwel en ik wil niet een te zwart beeld schetsen. Het is mogelijk om naar alle problemen met wetenschappelijke publicaties te kijken en te concluderen dat het allemaal hopeloos gebrekkig is. Maar dat zou op zijn best nihilistisch zijn en op zijn slechts al het goede ontkennen.

Het opsommen van alle potentiële problemen bij het doen van onderzoek is niet om het als hopeloos neer te zetten, maar aan te geven dat het moeilijk is. We kunnen nog steeds betrouwbare conclusies verkrijgen in de wetenschap door zorgvuldig al het onderzoek te controleren, het slechte te verwijderen en zo vooral te steunen op het meest degelijke onderzoek dat op de juiste wijze is gerepliceerd.

Met andere woorden – al het bovenstaande informeert ons over waar we de drempel moeten leggen voor het accepteren van iets als “wetenschappelijk bewezen”. Skeptici hebben veelal een beter idee waar deze drempel gelegd moet worden dan gelovigen, die vaak een belachelijk lage drempel hanteren, tenminste voor wat betreft hun specifieke geloof.

Als alles volgens de regels gaat, functioneert wetenschap best goed. Onderzoekers zullen nauwkeurig een vondst repliceren, voordat ze tijd gaan besteden aan vervolgonderzoek. Niemand wil zijn schaarse middelen verspillen aan de vals-positieve uitkomsten van iemand anders. Uitkomsten van onderzoek die strijdig zijn, zullen diepgaand worden bediscussieerd totdat consensus is bereikt over een onderzoeksprotocol en alle partijen accepteren de uitkomsten daarvan. Met als gevolg dat we voor veel belangrijke vragen degelijke studies hebben die meerdere malen zijn gerepliceerd met een duidelijk resultaat.

Het is ook belangrijk om duidelijk te maken dat we weet hebben van alle bovengenoemde problemen bij wetenschappelijk onderzoek omdat wetenschappers de moeilijke meta-vragen stellen over het wetenschappelijke proces zelf. Dus niet alleen is wetenschap zelfcorrigerend, ook de mechanismen van zelfcorrectie zijn zelfcorrigerend.

Oplossingen

Alle genoemde problemen hebben oplossingen. Deze oplossingen zijn niet moeilijk toe te passen of duur, maar ze worden soms traag geaccepteerd omdat ze een cultuuromslag vereisen binnen de wetenschap. Hier zijn een paar suggesties.

Betere opleiding van wetenschappers – Veel vergissingen in de wetenschap komen voort uit onwetendheid en kunnen worden opgelost door een betere opleiding. Een meer formele en grondige opleiding in onderzoeksmethodologie en vergissingen die moeten worden vermeden, zou helpen. Kortom, alle wetenschappers zouden betere skeptici moeten worden en hier ligt een belangrijke rol voor de gemeenschap van skeptici.

Kwaliteitscontrole bij tijdschriften – Tijdschriften moeten hun werk beter doen door systematisch fouten en onderzoek van slechte kwaliteit tegen te houden. Er zijn, natuurlijk, wetenschappelijke tijdschriften van topkwaliteit die hierbij in het algemeen uitstekend werk verrichten, ook al slippen slechte studies soms door de mazen van het net. Het probleem is echter dat de meeste tijdschriften middelmatig en vele verschrikkelijk zijn. De tijdschriften zelf moeten beter worden gescreend en alleen degenen die een significant hoge graad van kwaliteit bereiken, moeten worden toegelaten tot de officiële peer-reviewed literatuur. We moeten de achterdeur sluiten voor slecht onderzoek dat via slechte tijdschriften binnenkomt.

Om peer-review en redactioneel-review te verbeteren, zou het een vereiste moeten zijn dat onderzoekers hun ruwe cijfermateriaal ook aanleveren wanneer ze een artikel aanbieden.

Publiceer replicaties en onderzoek met negatieve resultaten – Tijdschriften moeten ruimte maken voor publicatie van studies met negatieve resultaten en exacte replicaties. Op een bepaalde manier is het nogal egoïstisch van tijdschriften met een grote impact, om nieuw en opwindend onderzoek af te romen en niet hun eerlijke deel van het publiceren van replicaties en negatieve resultaten op zich te nemen. Dit leidt tot perverse prikkels, waardoor misschien het meest waardevolle onderzoek wordt verwaarloosd. Voor online tijdschriften is ruimte geen probleem en dus ook geen valide excuus. Voor gedrukte tijdschriften geldt dat ze secties zouden moeten reserveren voor de genoemde soort studies en zij kunnen ook online aanvullingen publiceren met alle replicaties en negatieve studies die ze maar willen. Als die maar van hoge kwaliteit zijn.

Registreer alle onderzoeken – Je kunt geen onderzoek met negatieve resultaten verstoppen als je het vooraf moet registreren. In sommige landen is registratie al verplicht als het gaat om onderzoek waar mensen bij betrokken zijn, maar andere onderzoeksgebieden kunnen ook profiteren van registratie van onderzoek.

Volledige openheid van zaken – Dit is al grotendeels het geval, maar ik vermeld het volledigheidshalve – onderzoekers moeten volledige openheid geven over mogelijke belangenverstrengeling als ze een artikel indienen of presenteren.

De media – Wetenschapsjournalisten en andere publieksvoorlichters zouden het publiek moeten inlichten over het rommelige karakter van wetenschap, en wat er allemaal nodig is om een betrouwbare conclusie te bereiken. Het publiceren van voorlopige onderzoeksresultaten met sensationele krantenkoppen, doet de publieke opinie over wetenschap geen goed.

Pleiten voor verbeteringen in de wetenschappelijke instituties en publieke voorlichting over de methoden die in de wetenschap worden gebruikt, is een van de kerntaken voor de skeptische gemeenschap. De gegevens zijn er; we kennen de problemen en de oplossingen. We hoeven alleen maar druk uit te oefenen om te verbeteringen wat misschien wel het meest belangrijke menselijke instituut is – wetenschap.

Steven Novella, arts, is Senior Fellow bij de JREF en directeur van JREF’s Science-Based Medicine project.

 

Dit is een vertaald artikel. Het oorspronkelijke artikel is te vinden op de website van de JREF.

Filed Under: Wetenschap Tagged With: jref, steve novella, wetenschap, zelfcorrigerend

Niets nieuws onder de ZonMw

12 April 2014 by Laurens Dragstra 69 Comments

ZonMw-rapport-coverEen recente publicatie van onderzoeksorganisatie ZonMw heeft nogal wat opschudding veroorzaakt. Veel nieuwsmedia besteedden er aandacht aan. Het nieuwe rapport zou ervoor pleiten dat artsen vaker alternatieve behandelingen gaan toepassen. Acupunctuur, chiropraxie, voedingssupplementen bij veroudering en muziektherapie zouden bewezen effectief zijn. Zelfs de homeopathie zou nog een kans moeten krijgen. Wie echter het Signalement Ontwikkeling en implementatie van evidence-based complementaire zorg leest, vindt vrijwel niets van die vermeende conclusies terug. Eén van de betrokken auteurs laat zich kennelijk volledig buiten het rapport om nogal enthousiast uit in de media.

Het ZonMW-signalement is geschreven door Wendy Reijmerink, die blijkens haar CV ook werkzaam is aan de Haagse Hogeschool en andragologie, sociologie en strategisch management studeerde. Ook betrokken bij de totstandkoming van het rapport waren Martine Busch, Gonny ten Haaft, Hans Jeekel en Hans Kerkkamp. Busch is van huis uit pedagoge, inmiddels directeur van het Van Praag Instituut voor integrative medicine en complementaire zorg en onder meer bekend vanwege haar geloof in Therapeutic Touch. Ten Haaft is freelance journalist, gespecialiseerd in de zorg. Jeekel is emeritus hoogleraar chirurgie en Kerkkamp is onder meer lid van de raad van bestuur van het Atrium MC Parkstad. Ook in 2011 publiceerde ZonMw een rapport over ‘complementaire zorg’. Dat werd destijds met de grond gelijk gemaakt door Van Dam, Renckens en Vermeulen van de Vereniging tegen de Kwakzalverij. De Vereniging kende ZonMw in 2006 al eens de Meester Kackadorisprijs toe vanwege het bevorderen van de kwakzalverij. Dat zegt natuurlijk niet alles, maar het geeft wel aan dat een kritische blik gewenst is bij het doorlezen van het nieuwe Signalement.

ZonMw lag al eerder stevig in de clinch met de Vereniging tegen de Kwakzalverij.
ZonMw lag al eerder stevig in de clinch met de Vereniging tegen de Kwakzalverij.

Een in meerdere opzichten dun rapport

Op het eerste gezicht heeft ZonMw met ‘Ontwikkeling en implementatie van evidence-based complementaire zorg’ een kloek rapport afgeleverd. Het telt maar liefst 124 pagina’s. Schijn bedriegt echter: bijna honderd pagina’s worden ingenomen door een presentatie van de Amerikaanse voorvechter van integrative medicine Wayne Jonas, directeur van het Samueli Institute. Men was kennelijk dusdanig onder de indruk van zijn betoog dat de presentatie integraal opgenomen moest worden. Een ellenlange presentatie zonder bijbehorend verhaal is echter nutteloos en niet meer dan vervelende reclame. Van de overige pagina’s worden er nog vier ingenomen door een verslagje van een op 31 mei 2013 gehouden conferentie over complementaire zorg. Jonas mocht hier een voordracht houden. “Zoals verwacht bleek Jonas een belangrijke bron van inspiratie, kennis én potentiële samenwerking, en bepaalde hij zo mede het succes van de meeting”, zo kunnen we lezen. Overigens waren er maar 20 deelnemers aan de bijeenkomst, en 11 afzeggingen.

Het eigenlijke rapport beslaat, exclusief inhoudsopgave en managementsamenvatting, een schamele 13 pagina’s. Wat lezen we daar? Op het eerste gezicht hele verstandige dingen. Zo meldt ZonMw ten aanzien van het vergaren van kennis over complementaire zorg:

“Dit kan kennis zijn die het gebruik van zinvolle complementaire interventies stimuleert, maar ook kennis die het gebruik van onveilige en onwerkzame interventies ontraadt. Ook complementaire zorg kan immers bijwerkingen hebben, in interactie met andere zorgvormen tot ongewenste effecten leiden zoals verminderde werking van reguliere interventies, of onwerkzaam zijn. Daarnaast is bekend dat zieke mensen soms een reguliere behandeling uitstellen of staken omdat zij een complementaire interventie gebruiken. Helaas wordt nog te weinig onderkend dat dit grote risico’s met zich kan brengen. Het is het standpunt van ZonMw dat complementaire interventies alleen mogen worden ingezet als er wetenschappelijk bewijs is voor effectiviteit en veiligheid.”

Tot zover niets dan lof. Het valt op dat in het rapport in het geheel niet gesproken wordt van ‘alternatieve geneeskunde’. In plaats daarvan wordt dus de term ‘complementaire zorg’ gebruikt. Dat is blijkens het rapport wel een heel ruim begrip en omvat veel behandelingen die moeilijk nog onder ‘geneeskunde’ te brengen zijn, terwijl van sommige (bijvoorbeeld ontspanningsoefeningen of voedingsadviezen) ook moeilijk kan worden gezegd dat ze alternatief zijn. Natuurlijk wordt in het rapport gesproken van voedingssupplementen, acupunctuur en chiropraxie, maar ook van yoga, meditatie, muziektherapie, gezonde voeding, tai chi en zelfs van ‘mededogen’ (p. 14). De term CAM (complementary and alternative medicine) heeft wat ZonMw betreft ook enigszins afgedaan: tegenwoordig wordt steeds vaker gesproken van CIM: complementary and integrative medicine. Je zou wellicht ook aan de term CUM kunnen denken: clinically unproven medicine.

Het rapport is doorspekt met beweringen als “steeds meer studies naar CIM”, “groeiend gebruik van complementaire zorg”, “groeiend bewijs voor positieve effecten van complementaire zorg bij vrouwen met borstkanker” en “steeds meer complementaire zorginitiatieven”. Dit wordt echter vrijwel nergens met concrete cijfers en harde data onderbouwd. Ronduit teleurstellend is de eenzijdigheid in de berichtgeving. Zo noemt ZonMw wat studies waaruit zou blijken dat veel Nederlanders gebruik maken van complementaire zorg. Maar de meest recente CBS-cijfers, waaruit blijkt dat het om ongeveer 6% gaat, worden buiten beschouwing gelaten. Uit die cijfers kan ook moeilijk worden afgeleid dat er sprake is van een groeiende vraag. ZonMw is zeer onder de indruk van de integratieve aanpak die zij in de Verenigde Staten heeft aangetroffen. Naast de al genoemde Wayne Jonas noemt zij Jon Kabat-Zinn en Ted Kaptchuk. Dat is prima, maar dat deze ‘belangrijke inspiratoren’ in eigen land ook behoorlijk wat tegengas krijgen, mag niet onvermeld blijven. Wayne Jonas is bijvoorbeeld auteur van het boek ‘Healing with Homeopathy‘ en wordt regelmatig bekritiseerd op het Science-Based Medicine blog (zie over hem hier en vooral hier). Ook het onderzoek van Kaptchuk, een ex-acupuncturist, wordt geregeld op de korrel genomen (zie hier en recentelijk nog hier). Dit hoeft natuurlijk niet te betekenen dat hun onderzoek waardeloos is, maar van ZonMw mogen we wel evenwichtige berichtgeving verwachten.

ZonMw maakt ook melding van het National Center for Complementary and Alternative Medicine (NCCAM), een Amerikaanse overheidsinstelling die zij omschrijft als ‘een belangrijk overheidsvehikel voor het genereren van evidence-based antwoorden’. Wat die antwoorden zijn blijft onvermeld, en dat is ten onrechte. Jan Willem Nienhuys schreef in 2009 al hoe het NCCAM samen met het Office of Cancer Complementary and Alternative Medicine (OCCAM) 2,5 miljard dollar heeft besteed aan zo’n 2000 onderzoeken naar CAM (of CIM). Het resultaat was dat van geen enkele potentiële geneeswijze het nut werd aangetoond. De Amerikaanse arts Paul Offit geeft in zijn laatste boek ‘Do You Believe in Magic?’ een eindeloze lijst van onderzoeken door het NCCAM waar helemaal niets uit is gekomen, zoals een 1,8 miljoen dollar kostend onderzoek waaruit bleek dat bidden niet helpt bij AIDS of hersentumoren. Steven Novella roept op er maar helemaal mee te stoppen en geen belastinggeld meer te verspillen. ZonMw lijkt hier in het geheel niet bekend mee te zijn. Zouden ze daar wel internet hebben?

Geen bewijs van effectiviteit

Natuurlijk is het ondoenlijk om in slechts 13 pagina’s ten aanzien van alle vormen van complementaire zorg na te gaan of deze effectief zijn. Dat gebeurt dan ook niet. Met betrekking tot de effectiviteit van bepaalde complementaire zorg wordt eigenlijk alleen maar opgemerkt:

“Op het gebied van acupunctuur zijn inmiddels vele studies uitgevoerd, en deze lijken zowel de effectiviteit als veiligheid ervan te bevestigen. In Duitsland heeft dit geleid tot medische erkenning van acupunctuur door de Duitse KNMG. Recent heeft de Senaat van de Verenigde Staten een resolutie over natuurgeneeskunde geaccepteerd. Deze resolutie erkent de waarde van natuurgeneeskunde als een methode die veilig, effectief en betaalbaar is. Aan Amerikanen wordt aanbevolen zich op de hoogte te stellen van het werk van natuurgeneeskundigen, vooral bij de behandeling van chronische aandoeningen.”

Ac_chart_300px
ZonMw is erg positief over acupunctuur, maar iedere onderbouwing met deugdelijk wetenschappelijk onderzoek ontbreekt.

Dit is om meerdere redenen een zeer dubieuze passage in het rapport. Allereerst wordt ten aanzien van acupunctuur helemaal niet aangegeven bij welke aandoeningen zij effectief zou zijn. Hartritmestoornissen, ADHD, mazelen, liefdesverdriet? Of toch gewoon alleen een heel klein beetje effectief bij die ene aandoening met een sterk subjectief element: pijn? Erger is dat ZonMw het laat bij de constatering dat er vele studies zijn die de effectiviteit van acupunctuur lijken te bevestigen (dus niet: bevestigen). Die studies worden nergens genoemd. Er is inmiddels zeer veel onderzoek gedaan naar acupunctuur en het lijkt er toch sterk op dat we de conclusie moeten trekken dat het een placebobehandeling is. Rob Nanninga publiceerde in 2008 al een uitgebreid artikel in Skepter waarin werd geconcludeerd dat veel onderzoek aantoonde dat acupunctuur niet beter werkte dan een overtuigende placebobehandeling. Recentelijk trok Jan Willem Nienhuys op basis van onderzoek sinds 2009 dezelfde conclusie. Echte acupunctuur doet het soms wat beter, maar niet statistisch significant beter. De gevonden kleine verschillen kunnen worden toegeschreven aan factoren als het feit dat perfect dubbelblind onderzoek nu eenmaal niet mogelijk is: de behandelaar weet per definitie dat hij zijn naald ‘verkeerd’ prikt en kan dat onbewust overdragen op de patiënt. Voor een humoristische bespreking van recent (overwegend waardeloos) acupunctuuronderzoek leze men dit artikel van Mark Crislip.

De verwijzing naar de resolutie van de Amerikaanse Senaat over natuurgeneeskunde is bizar. Alsof in die politieke arena wetenschap wordt bedreven en alle daar aanwezigen verstand hebben van geneeskunde. Wetenschappelijk bezien zegt zo’n politiek besluit even weinig als de al even merkwaardige resolutie van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa over de mogelijke gevaren van blootstelling aan elektromagnetische straling. De beslissing van de Amerikaanse Senaat om de waarde van natuurgeneeskunde te erkennen heeft bovendien geen enkel concreet gevolg. Het is geen wet, er wordt geen extra geld uitgetrokken en voorlopig krijgt niemand een presidentiële onderscheiding. Natuurgeneeskunde in de Verenigde Staten is een allegaartje van TCM, acupunctuur, vitamine-injecties, homeopathie en energetische therapieën. In de natuurgeneeskunde spelen ook allerhande kruiden een belangrijke rol. Die zijn, los van eventuele therapeutische effectiviteit, zeker niet per definitie ‘safe’, zoals ZonMw zelf elders in haar rapport (op gezag van Jonas) ook schrijft (‘Not likely to be safe’; p. 23, voetnoot 34).

Wat er niet staat

Maar waar staat nu in het Signalement dat artsen vaker alternatieve geneeskunde moeten benutten? En waar dat voedingssupplementen, chiropraxie en muziektherapie bewezen effectief zijn? Het antwoord: het staat eigenlijk nergens. Er staat wel (p. 9) dat “‘natuurlijke producten’ als vitaminepreparaten en voedingssupplementen, mind-body benaderingen als muziektherapie, meditatie, acupunctuur en yoga, en manipulatieve en lichaamsgerichte technieken als chiropraxie en massage” voorbeelden zijn van “niet- of minimaal invasieve interventies, waarvan de fysiologische mechanismen (nog) niet altijd duidelijk zijn”. Dat deze behandelwijzen bewezen zijn, wordt dus niet met zoveel woorden gesteld, laat staan dat het bewijs geleverd wordt. Het kan dus ook zijn dat er überhaupt geen fysiologisch mechanisme is. Homeopathie wordt pas in bijlagen voor het eerst genoemd, tenzij we de tamelijk beschamende verwijzing naar ‘allopatische [sic] geneeskunde’ op p. 12 meerekenen. Toch werden daarover in de media de opvallendste uitspraken gedaan, en wel door Hans Jeekel (1941), de emeritus hoogleraar chirurgie die aan het Signalement meewerkte. In Trouw konden we lezen:

“Tegenstanders van alternatieve geneeskunde zeggen vaak dat van veel alternatieve zorg allang bewezen is dat het niet werkt. Zo is er bijvoorbeeld geen bewijs voor het homeopatisch principe van verdunning van giftige stoffen. “Dat zou best kunnen, maar zolang er nog geen goed onderzoek ligt dat dit bewijst, zou ik de homeopathie nog een kans geven”, zegt Jeekel.”

Hoeveel kansen gaan we de homeopathie nog geven voordat we concluderen dat het nu echt mooi geweest is?
Hoeveel kansen gaan we de homeopathie nog geven voordat we concluderen dat het nu echt mooi geweest is?

Tegenstanders van homeopathie moeten dus bewijzen dat homeopathie níet werkt. Dat is niet alleen het omkeren van de bewijslast, het is ook het sluiten van de ogen voor het feit dat ondanks tientallen goede onderzoeken en meta-analyses na 200 jaar nog steeds geen snipper overtuigend bewijs is geleverd voor de werking van welk homeopathisch middel dan ook. De conclusie “we found insufficient evidence from these studies that homeopathy is clearly efficacious for any single clinical condition” stond overigens ook al eens in een Lancet-artikel uit 1997 van onder andere…. Wayne Jonas. Op de dag dat het ZonMw-rapport verscheen schreef Steven Novella toevallig over het zoveelste rapport dat – in dit geval – stelt dat “the available evidence is not compelling and fails to demonstrate that homeopathy is an effective treatment for any of the reported clinical conditions in humans”. Zie over dit rapport ook de blog van Edzard Ernst. Diezelfde Ernst besprak recentelijk een boek (uit 2008) van Anthony Campbell. De homeopathisch arts en acupuncturist Campbell was meer dan 20 jaar verbonden aan een homeopathisch ziekenhuis en werkte jaren als redacteur van Homeopathy (het tijdschrift dat Ernst ontsloeg). Inmiddels is hij sceptisch over zijn voormalige vakgebied: “At its best there is evidence for only a small effect, and when an effect is as small as this it may not be there at all.”

Zelfs de kapiteins lijken het zinkende schip te verlaten, maar Hans Jeekel wil de homeopathie nog een kans geven. In dat geval moeten zo’n kans ook gunnen aan de skeptopathie. Zoals iedereen weet, is de skeptopathie een op eeuwenoude principes gebaseerde, holistische mind-body behandeling die uitgaat van het zelfhelend vermogen van de patiënt. Gezonde personen worden geacht hun negatieve gedachten met betrekking tot de genezingskansen van patiënten te projecteren op flesjes water en suikerpilletjes (“Jij werkt niet tegen verkoudheid! Jij werkt niet tegen mazelen!”), waarna deze met gepaste agressie geschudde geneesmiddelen kunnen worden toegediend bij zieke personen en bij hen positieve effecten teweeg brengen. Er is geen bewijs voor de werking van de skeptopathie, maar tevens heeft niemand ooit bewezen dat het niet werkt.

Jeekel stelt ook voor bewezen effectieve complementaire zorg te vergoeden via de zorgverzekering en meent dat het om relatief goedkope zorg gaat. Dat is blijkbaar zijn eigen mening, want ook dit valt niet uit het rapport af te leiden. Over de vermeende kostenbesparingen met CAM of CIM heeft Pepijn van Erp al eerder geschreven. Bij goedkoop denkt men trouwens niet direct aan chiropractors, waar vaak dure, nutteloze en niet ongevaarlijke röntgenfoto’s worden gemaakt. Dat Jeekel het licht heeft gezien blijkt wel uit zijn uitspraak in de Volkskrant “bij mij kwam het inzicht na mijn pensioen als arts, ik hoop bij de jongere collega’s eerder”. Maar eerlijk is eerlijk, hij stelt ook dat de meeste alternatieve geneeskunde de wetenschappelijke toets niet zal doorstaan. Een blanco cheque zit er voor de CAM-beoefenaars dus niet in.

Tot besluit

Het Signalement Ontwikkeling en implementatie van evidence-based complementaire zorg is in alle opzichten een dun rapport. Het voornaamste doel is eigenlijk te komen tot een nieuw onderzoeksprogramma voor complementaire zorg, omdat ZonMw concludeert dat deze zorg nog te vaak ongestructureerd en zonder duidelijk bewijs wordt toegepast. Er valt eigenlijk nergens te lezen dat artsen veel vaker CAM/CIM zouden moeten toepassen, laat staan dat in de 13 pagina’s wordt aangetoond dat vele vormen van complementaire zorg bewezen effectief zijn. Directeur van ZonMw, Henk Smid, was op Skipr veel genuanceerder:

“Het misverstand dat soms ontstaat is dat het uitbrengen van een signalement gelijk zou staan aan het pleit bezorgen voor complementaire zorg. Dat kan gezien de missie van ZonMw natuurlijk niet het geval zijn.”

Zie ook de reactie van ZonMw op de aandacht die het Signalement heeft opgeroepen. Toch melden pro-alternatieve sites als het IOCOB triomfantelijk dat ZonMw zou schrijven dat artsen “veel vaker behandelingen als acupunctuur en ontspanningstherapieën onderdeel [moeten] laten uitmaken van hun werk”. Dat dit niet in het rapport staat en voornamelijk gebaseerd lijkt te zijn op een bekeerde Hans Jeekel, lijkt hen niet te deren. Ondertussen gaat een stuurgroep de komende anderhalf jaar onderzoek doen naar de voorwaarden die nodig zijn voor een verantwoorde inbedding van de complementaire zorg in Nederland. De groep staat onder leiding van de bedrijfseconoom Ruud Hopstaken. Daarnaast hebben Busch, Jeekel en Kerkkamp zitting in de stuurgroep, vreemd genoeg allemaal ‘op persoonlijke titel’. Over anderhalf jaar zullen we wel weer verder zien. Tot nu toe kan de conclusie eigenlijk alleen maar zijn: niets nieuws onder de ZonMw.

Verder lezen, luisteren en kijken:

  • Cees Renckens op Radio 1 (vanaf 22:50);
  • Hans Jeekel, acupuncturist Harm Elsinga en Cees Renckens bij Een Vandaag;
  • Artikel Vereniging tegen de Kwakzalverij over het ZonMw-rapport;
  • ‘Acupunctuur en yoga horen thuis in de behandelkamer van de arts’ (Jeekel tegenover Aliëtte Jonkers in de Volkskrant).

 

Filed Under: Gezondheid, Uit het nieuws, Wetenschap Tagged With: acupunctuur, alternatieve behandelwijzen, cam, CIM, homeopathie, verkeerde berichtgeving, ZonMw

Kip zonder kop beter af met aanroepen Allah

9 April 2014 by Pepijn van Erp 23 Comments

Veel religies hebben voorschriften met betrekking tot voedsel. Volgens islamitisch gebruik zijn kippen bijvoorbeeld pas halal als je ze op de juiste manier slacht. Tijdens het slachten moet Allah  aangeroepen worden en niet wat anders, want dan is het vlees haram en mag een moslim het eigenlijk niet eten. Nu zou je als gelovige moslim dit voorschrift gewoon kunnen accepteren als een gegeven, maar als je nu op basis van modern wetenschappelijk onderzoek kunt laten zien dat er ook ‘objectieve’ argumenten voor zijn, dan ben je natuurlijk wel gek als je dat niet probeert. Niet dan?

Onderzoekers van de universiteit van Batna in Algerije publiceerden vorig jaar een artikel waarin ze verschillen laten zien tussen het vlees van correct geslachte kippen en van kippen waarbij het ritueel niet helemaal goed werd uitgevoerd (pdf). De onderzoekers kozen 66 kipjes uit om te slachten. De ene helft werd keurig volgens islamitisch gebruik om zeep geholpen: de halsslagader, luchtpijp en slokdarm worden met één haal van een scherp mes doorgesneden onder het aanroepen van Allah met de woorden ‘Bismillah-Allahu Akber’. De minder fortuinlijke groep moest het stellen met dezelfde behandeling waarbij het aanroepen van Allah achterwege werd gelaten. Vervolgens werden delen van de borstspier en de levers op sterk water gezet en gestuurd naar een laboratorium voor nader onderzoek.

In het weefsel van de kippen die zonder aanroep van Allah waren geslacht, waren veranderingen te zien. Diverse opeenhopingen van cellen in de bloedvaten van de levers en het borstvlees. De netjes geslachte kipjes hadden hier geen last van. Heel duidelijk wordt dat uit de afbeeldingen die in het artikel staan:

Volkomen helder, links haram en rechts halal
Volkomen helder, links haram en rechts halal

Ja, en die opeenhopingen vormen een uitgelezen kans voor de groei van bacteriën volgens de auteurs. De suggestie is duidelijk: het slachtvoorschrift kan ook vanuit gezondheidsoogpunt goed onderbouwd worden. Met deze plaatjes moeten we het trouwens doen wat onderbouwing betreft. Er is niet eens een tabel waarin de gevonden verschillen netjes geturfd tegenover elkaar gezet zijn.
De bedroevend lage kwaliteit van dit onderzoek lijkt overigens niet in eerste instantie ingegeven om de uitkomst te bereiken die vanuit religieus standpunt gewenst is. Toen ik zocht wat de eerste auteur nog meer had geschreven, trof ik een soortgelijk artikel aan in hetzelfde tijdschrift. Even weinig data en nog minder plaatjes, maar nu ging het niet om religieus slachten, maar om het opkweken van kuikens in ruimtes bij normale of verhoogde temperatuur.

Sommige tijdschriften publiceren alles, als je maar betaalt. Nou ja, alles? Misschien had de editor van dit blad (International Journal of Poultry Science) dat in Pakistan wordt uitgegeven wel even achter zijn oren gekrabd als de uitkomst net andersom was geweest. Dat is natuurlijk wel het ‘risico’ als je als bepaalde zaken, die je op grond van geloof aanneemt, wil toetsen op een eerlijke wetenschappelijke manier. Of zouden de onderzoekers dan het artikel misschien niet hebben ingestuurd en zo de editor zijn dilemma hebben bespaard? Over een ethische commissie die het onderzoek goedgekeurd heeft, rept het artikel niet en ik denk niet dat het tijdschrift het voorschrijft. De kippen zullen allemaal wel gewoon verkocht zijn voor consumptie, ook naar haram geslachte kippen is er in Algerije waarschijnlijk vraag genoeg.

(via een blog van Jeffrey Beall [mirror])

 

Filed Under: (Bij)Geloof, Algemeen, Wetenschap Tagged With: allah, halal, haram, religie, slachten kip, voedselvoorschrift

Klimaatsceptici scoren puntje tegen Lewandowsky: Recursive Fury ingetrokken

24 March 2014 by Pepijn van Erp 68 Comments

Psycholoog Stephan Lewandowsky gooide in 2012 een bommetje in de voortgaande strijd van klimaatsceptici tegen de wetenschappelijk consensus rondom de menselijke invloed op de opwarming van de aarde. In een artikel getiteld NASA Faked the Moon Landing—Therefore, (Climate) Science Is a Hoax lijkt hij de klimaatsceptici als complotdenkers weg te zetten. Die reageerden natuurlijk verontwaardigd op hun eigen websites en in de commentaren bij blogs die erover berichten. En die online uitingen werden vervolgens weer onderzocht op complotdenken door Lewandowsky. Nieuw artikel, nieuwe verontwaardiging. En nu, een jaar later, ingetrokken.

Lewandowsky-retraction-640x250

LOG12 – Moon Landing
De volledige titel van het eerste artikel dat Lewandowsky schreef met Klaus Oberauer en Gilles Gignac is: “NASA Faked the Moon Landing—Therefore, (Climate) Science Is a Hoax – An Anatomy of the Motivated Rejection of Science” (afgekort LOG12, naar de beginletters van de auteurs) en is  gepubliceerd in Psychological Science  (hier een vrij toegankelijke versie). Het is pas in maart 2013 officieel verschenen, maar de commotie begon in juli 2012 toen het geaccepteerd was en online werd verspreid.
Het ‘resultaat’ werd gretig opgepakt door de media. Als (sociaal)psychologen ergens goed in zijn gebleken de laatste jaren, is het wel weinig overtuigende verbanden vertaald te krijgen in spraakmakende krantenkoppen. Niet verwonderlijk dat de klimaatsceptici op hun achterste benen stonden en uit alle macht probeerden de onzin van dit onderzoek aan te tonen.
Wat staat er nu eigenlijk voor schokkends in? Het onderzoek is gebaseerd op een vragenlijst die werd uitgezet via een aantal websites die over klimaatverandering gaan. De deelnemers werd gevraagd in hoeverre ze eens of oneens waren met zaken die in de klimaatdiscussie een rol spelen (‘verbranding van fossiele brandstoffen draagt bij aan de opwarming van de aarde’, ‘verbranden van fossiele brandstoffen heeft al negatieve gevolgen laten zien’). Maar ze kregen ook vragen over redelijk bekende complottheorieën (moord op Kennedy, die maanlandingshoax uit de titel), algemeen wetenschappelijk aanvaarde feiten (aids wordt veroorzaakt door hiv, roken veroorzaakt longkanker) en hoe ze dachten over de vrije markt.
De onderzoekers gooien al deze data in een vrij gecompliceerd statistisch model (Structural equation modeling) en daaruit komt dan met name een sterke samenhang tussen een voorkeur voor vrije markt en klimaatscepsis uit opborrelen. En eigenlijk ook dat maar weinig mensen waarde hechten aan complottheorieën; als ze dat al doen leidt dat eerder tot ongeloof in algemeen aanvaarde wetenschappelijk feiten dan in verwerpen van de theorie rond klimaatopwarming.

Stephan Lewandowsky
Stephan Lewandowsky

Belangrijkste kritiek op het onderzoek gaat over de manier waarop de deelnemers werden geselecteerd. Volgens de auteurs probeerden ze zowel volgers van de consensus rondom klimaatopwarming in hun onderzoek te krijgen als sceptici door de enquête aan te bieden via acht websites die pro-wetenschap zijn en vijf die je als klimaatsceptisch kunt aanduiden. Die laatsten deden echter niet mee. De sceptici in de enquête kwamen dus via de ‘reguliere’ sites binnen, maar er waren er wel genoeg voor de vergelijking (in totaal 1.145 bruikbare inzendingen). Bij uitkomen van het artikel gingen de websitebeheerders van sceptische blogs natuurlijk na of dat wel klopte van die afgeslagen uitnodiging. En daar lijkt toch een luchtje aan te zitten.
Ook het rekenwerk van Lewandowsky is niet direct helemaal transparant en lijkt voor een niet-ingewijde nodeloos ingewikkeld. De kans dat de uitkomst bewust vertekend is door een paar lieden die klimaatsceptici in een kwaad daglicht wilden stellen, is ook niet uit te sluiten bij zo’n Internet-poll en het lijkt erop dat daar maar weinig inspanning voor nodig was geweest. Er waren ook maar 10 respondenten die iets in de maanlandingshoax zagen, dus de titel lijkt sowieso wat overtrokken.

De verdediging van Lewandowsky rammelt ook wel wat. Zo heeft ie behoorlijk vaag gedaan over de vijf sceptische sites die geweigerd zouden hebben om zijn poll te plaatsen en zat zich te verkneukelen bij het idee dat al die boze klimaatscepsisbloggers ijverig hun mailboxen aan het doorpluizen zouden zijn om te zien of ze twee jaar eerder misschien een mailtje te snel hadden weg gegooid. Wat blijkt, is dat een assistent van hem die uitnodiging had gestuurd, zonder echter op  te merken dat het om een onderzoek van Lewandowsky ging en vervolgens is er ook niet veel moeite gedaan om bij ‘geen antwoord’ of een weigering even door te drukken en het belang duidelijk te maken. En of de poll nu wel op SkepticalScience (de belangrijkste reguliere site) stond, is inmiddels ook de vraag (misschien was het alleen een oproep via Twitter of stond het in een reactie op de site).
Voor een lezer die niet heel erg op de hoogte is van de rollen die Lewandowsky, zijn mede auteurs en zijn opponenten in de echte discussie spelen (die over klimaatverandering) komen de reacties van Lewandowsky op de kritiek een beetje gemakkelijk over en hij lijkt ze wat lichtzinnig belachelijk te maken. Ik weet niet of dat nu zijn bedoeling was, maar bij mij werkt het eerder wat sympathie op voor de sceptici (op dit punt dan).

Recursive fury
Maar laten we even wel wezen, het is niet meer dan een Internet-poll! Misschien was de te verwachten commotie ook wel iets waar Lewandowsky stiekem op hoopte en zat hij al klaar voor het vervolgonderzoek: het analyseren van de reacties op blogs over zijn onderzoek en het verband met complotdenken! Dit mondde uit in een artikel: Recursive fury: Conspiracist ideation in the blogosphere in response to research on conspiracist ideation gepubliceerd in Frontiers in Psychology: Personality Science and Individual Differences. Dit keer deed Lewandowsky het samen met Oberauer, John Cook en Michael Marriott. Meteen was daarover zoveel trammelant dat het er toe leidde dat Frontiers het artikel uit voorzorg offline haalde.
Vorige week berichtte weblog Retraction Watch dat het nu ook formeel is ingetrokken. Belangrijkste reden is dat Frontiers de juridische aansprakelijkheid niet aandurft. Een aantal personen die in het artikel of in de supplementen met naam genoemd zijn (of waarvan hun opmerkingen zo tot de persoon zijn terug te leiden), zijn van mening dat er sprake is van smaad. In die supplementen zijn bijvoorbeeld ook reacties van mensen opgenomen die geen uitgesproken klimaatsceptici zijn, maar die suggestie wordt wel gewekt door onhandige benaming van het stuk. Een ander punt is dat minstens één van de auteurs (Marriott) ook in de onderzoeksperiode blogs schreef waarin hij flink kritiek uitte op sommige klimaatsceptici die in het artikel worden genoemd. Dat lijkt mij inderdaad wat dubieus.
Het stuk staat nog wel online (pdf) op de site van de University of Western Australia, waar Lewandowsky tot januari dit jaar werkzaam was. Het is onderhoudend leesvoer, maar of het faire wetenschap is, waag ik te betwijfelen. Ik kan me goed voorstellen dat het op de klimaatsceptici overkomt als een lafhartige aanval vanuit de veilige ivoren toren van het afgeschermde academisch wereldje. De groep die bekeken wordt, is stiekem ook verschoven van de bezoekers van klimaatblogs naar de auteurs van de sceptische blogs (want daarvan komt het merendeel van de onderzochte commentaren). Zowel de sceptici die zich door LOG12 onheus bejegend voelen als Lewendowski maken dat onderscheid eigenlijk niet.

Plos One – absence of any role of free-market worldview or conservatism in the rejection of GM foods
Misschien is het maar beter om die twee onderzoekjes te vergeten en alleen te kijken naar een ander onderzoek van Lewandowsky dat vorig jaar verscheen in Open Access journal Plos One: “The Role of Conspiracist Ideation and Worldviews in Predicting Rejection of Science“. Dit is gebaseerd op een representatieve steekproef onder de Amerikaanse bevolking uitgevoerd door een onafhankelijk onderzoeksbureau, dus hoeven we ons minder druk te maken over bias in de selectie. Volgens Lewandowsky bevestigen de resultaten die van LOG12. Dat klopt wel aardig, maar ook hier haalt Lewandowsky het complotdenken naar voren door het in de titel op te nemen, terwijl het dus helemaal niet zo’n grote en duidelijke rol speelt. In een FAQ bij het artikel, waarin Lewandowsky zelf een aantal vragen bedenkt en beantwoordt, geeft hij zelf wat het belangrijkste resultaat van de studie was:

The involvement of conspiratorial thinking in the rejection of science is not very surprising, given the existing body of literature that we review in the paper. Similarly, the important role of free-market worldviews in the rejection of climate science is also not surprising in light of previous results […] What is surprising, and in our view quite remarkable, is the absence of any role of free-market worldview or conservatism in the rejection of GM foods, and their rather weak (and mutually opposing) role in the rejection of vaccinations.

In een stuk van Tania Lombrozo komt ook naar voren dat Lewandowsky meer maakt van dat complotdenkersaspect dan misschien gerechtvaardigd is op grond van zijn onderzoek:

I asked Lewandowsky about his experience as a researcher working on the psychology of science denial, and in particular his take on the blogospheric reception to his forthcoming paper. He suggested that the paper engendered such hostility because it not only “cast people who rejected climate science in a less than favorable light,” but also because “it was too close to the truth.” Of course, he points out, “the way the blogosphere responded was really by confirming my finding. What they basically did was spin one conspiracy theory after another, trying to invalidate the data.”

Uh? Zo maakt Lewandowsky zich er wel een beetje gemakkelijk vanaf. Je zou zelfs kunnen zeggen dat hij de kritiek op zijn studie vergelijkt met de aanvallen op de klimaatwetenschap zelf op basis van idiote complottheorieën. Alleen gaat die vlieger niet op omdat zijn Internet-poll zich moeilijk laat vergelijken met het inmiddels tamelijk robuuste bewijs voor de menselijke invloed op de klimaatopwarming dat berust op talloze onderzoeken van een groot aantal onderzoekers uit verschillende disciplines.
Lewandowsky stelt ook her en der dat er nog helemaal geen academische artikelen zijn verschenen die kritiek uiten op LOG12. Daarmee impliceert hij dat hij de kritiek van de sceptici niet al te serieus neemt. Beetje makkelijk is dat wel, want dat soort artikelen zou dan geschreven moeten worden door (zich aangevallen voelende) personen die misschien soms wel wetenschappelijk ervaring hebben, maar niet thuis zijn in hoe het binnen de psychologie werkt. Of van andere psychologen die het werk van Lewandowsky belangrijk genoeg vinden om eens kritisch door te pluizen. En dat laatste gebeurde de laatste jaren juist niet zoveel in die kringen …

Hier wat Lewandowsky er zelf over te zeggen heeft. Hij gaat dus toch wel in op kritiek en doet dus zelf lekker mee op het niet peer reviewed strijdtoneel. Maar lees ook de comments, daarin staan weer links naar de reacties op de sites van klimaatsceptici. In een net verschenen video legt Lewandowsky de hele gang van zaken uit vanuit zijn perspectief en vertelt ook iets over de zaken die zich niet zo in het openbaar afspelen (de ‘Subterranean War on Science‘ ):

Lewandowsky kwam eerder ter sprake op Kloptdatwel in de bespreking van ‘The Debunking Handbook‘ dat hij samen met Cook schreef, één van de co-auteurs van Recursive Fury en één van de mensen achter de website SkepticalScience.com.

Update 11 april 2014: over de retractie is ook al weer een heleboel afgeblogd en gediscussieerd in commentaren op die blogs. Frontiers heeft tot twee keer toe een toelichting geven, telkens iets duidelijker. In het laatste bericht stelt de Editor-in-Chief dat het artikel eigenlijk nooit gepubliceerd had mogen worden, omdat de individuen aan wie kenmerken van complotdenken werden toegeschreven, geïdentificeerd konden worden en daarvoor geen toestemming hadden gegeven:

For Frontiers, publishing the identities of human subjects without consent cannot be justified in a scientific paper. Some have argued that the subjects and their statements were in the public domain and hence it was acceptable to identify them in a scientific paper, but accepting this will set a dangerous precedent. With so much information of each of us in the public domain, think of a situation where scientists use, for example, machine learning to cluster your public statements and attribute to you personality characteristics, and then name you on the cluster and publish it as a scientific fact in a reputable journal. While the subjects and their statements were public, they did not give their consent to a public psychological diagnosis in a scientific study. Science cannot be abused to specifically label and point out individuals in the public domain.

Lijkt mij ook.

Filed Under: Algemeen, Wetenschap Tagged With: complotdenken, complottheorieen, klimaatscepsis, opwarming, sociale psychologie, Stephan Lewandowsky

  • « Go to Previous Page
  • Page 1
  • Interim pages omitted …
  • Page 10
  • Page 11
  • Page 12
  • Page 13
  • Page 14
  • Interim pages omitted …
  • Page 39
  • Go to Next Page »

Primary Sidebar

Steun ons via:
Een aankoopbol.com Partner (meer info)
Of een donatie

Schrijf je in voor de nieuwsbrief!

Skeptic RSS feed

  • Skepsis
  • Error
  • SBM
Inschrijvingen Skepsiscongres 2025 geopend: Was vroeger alles beter?
9 May 2025 - Ward van Beek
Inschrijvingen Skepsiscongres 2025 geopend: Was vroeger alles beter?

.Het vorige congres ligt nog vers in ons geheugen, maar omdat ontwikkelingen steeds sneller gaan zijn wij alweer druk bezig met het Skepsiscongres 2025, op zaterdag 1 november a.s.  De maatschappij bekeken met een skeptische bril Je hoort het vaak:…Lees meer Inschrijvingen Skepsiscongres 2025 geopend: Was vroeger alles beter? › [...]

Graancirkels op European Skeptics Congress 2024
7 May 2025 - SkepsisSiteBeheerder
Graancirkels op European Skeptics Congress 2024

Voordracht van Francesco Grassi op ESC2024 in Lyon.Lees meer Graancirkels op European Skeptics Congress 2024 › [...]

SKEPP wordt 35… en dat vieren ze!
27 April 2025 - SkepsisSiteBeheerder
SKEPP wordt 35… en dat vieren ze!

Onze Belgische zusterorganisatie SKEPP bestaat dit jaar 35 jaar. Op zaterdag 10 mei vieren ze dat met een mooi programma. Hoofdgast is de bekende skepticus en emeritus hoogleraar psychologie Chris French die onlangs ook tot erelid van SKEPP werd benoemd.…Lees meer SKEPP wordt 35… en dat vieren ze! › [...]

RSS Error: A feed could not be found at `https://skepp.be/feed`; the status code is `404` and content-type is `text/html; charset=UTF-8`

Lysenkoism 2.0 and the dismantling of the NIH
12 May 2025 - David Gorski

Robert F. Kennedy Jr.'s "make America healthy again" is basically Lysenko 2.0. It's come to the NIH and is destroying the crown jewel of US biomedical research with ideology and cronyism. The post Lysenkoism 2.0 and the dismantling of the NIH first appeared on Science-Based Medicine. [...]

David Geier, Mail Order Pharmacist
10 May 2025 - Kathleen Seidel

David Geier was in the drug business. What was he selling before the FDA stepped in? The post David Geier, Mail Order Pharmacist first appeared on Science-Based Medicine. [...]

Dr. Vinay Prasad is Now the Medical Establishment. It’s His Job to Run RCTs, and It’s Our Job to Call Him a Lying Piece of $#!& if He Fails.
9 May 2025 - Jonathan Howard

"I wish Vinay all the best for his new role. It's a whole new state of play when the buck stops with you." The post Dr. Vinay Prasad is Now the Medical Establishment. It’s His Job to Run RCTs, and It’s Our Job to Call Him a Lying Piece of $#!& if He Fails. first appeared on Science-Based Medicine. [...]

Recente reacties

  • Hans1263 on De linke weekendbijlage (19-2025)@Richard Rasker Ik denk dat het antwoord "hersenloos" is. We moeten hier het hoofd maar koel houden, het gek geworden
  • Renate1 on De linke weekendbijlage (19-2025)@ Richard Rasker, Inderdaad. Veel van wat nu wordt afgeschaft door de regering van de VS, was juist bedoeld om
  • Richard Rasker on De linke weekendbijlage (19-2025)@Hans1263 Het intrieste is dat men met het opheffen van USAID en andere federale programma's en diensten juist het exacte
  • Renate1 on De linke weekendbijlage (19-2025)Mensen in het buitenland tellen niet mee. Overigens tellen mensen die op de een of andere manier hulp nodig hebben
  • Hans1263 on De linke weekendbijlage (19-2025)@Richard Rasker America first, weet u wel? Hersenloos of gewetenloos, kiest u maar.

Archief Kloptdatwel.nl

Copyright © 2025 · Metro Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in