• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar

Kloptdatwel?

  • Home
  • Onderwerpen
    • (Bij)Geloof
    • Columns
    • Complottheorieën
    • Factchecking
    • Gezondheid
    • Hoax
    • Humor
    • K-d-Weetjes
    • New Age
    • Paranormaal
    • Pseudowetenschap
    • Reclame Code Commissie
    • Skepticisme
    • Skeptics in the Pub
    • Skeptische TV
    • UFO
    • Wetenschap
    • Overig
  • Skeptisch Chatten
  • Werkstuk?
  • Contact
  • Over Kloptdatwel.nl
    • Activiteiten agenda
    • Colofon – (copyright info)
    • Gedragsregels van Kloptdatwel
    • Kloptdatwel in de media
    • Interessante Links
    • Over het Bol.com Partnerprogramma en andere affiliate programma’s.
    • Social media & Twitter
    • Nieuwsbrief
    • Privacybeleid
    • Skeptisch Chatten
      • Skeptisch Chatten (archief 1)
      • Skeptisch Chatten (archief 2)
      • Skeptisch Chatten (archief 3)
      • Skeptisch Chatten (archief 4)

Wetenschap

Feiten en Fictie in de mediademocratie

15 September 2016 by Piet Rademaker 29 Comments

hoogmoed-hysterie“Tussen Hoogmoed en Hysterie” is een boek over hoe we komen tot besluitvorming in Nederland. Met als voorbeeld de besluitvorming over al dan niet proefboringen naar schaliegas. Zonder een uitgesproken mening van de schrijver over schaliegas, maar wel met een uitgesproken mening over hoe de door stemmingmakerij en door negeren van feiten, een besluit kan worden afgedwongen.

Het boek is een prachtige illustratie van de stelling die in het september nummer van SkepticaI Inquirer door Matthew Nisbet wordt verkondigd: de slimsten onder ons zijn tegelijk ook het meest vooringenomen.

Hoewel in 2010 schaliegas nog als een veelbelovende tussenoplossing tussen steenkool en alternatieve energie wordt gezien en alle lichten voor onderzoek op groen staan, is 5 jaar later iedereen er van overtuigd dat het een verderfelijke en hoogst gevaarlijke vorm van energievoorziening is. Zelfs onderzoek is taboe.

Uit de documentaire Gasland (2010)
Uit de documentaire Gasland (2010)

Het scenario leest als een boze droom: enkele bewoners van de streek waar proefboringen moeten plaatsvinden, vrezen voor waardeverlies van hun huizen. Ze zijn zo slim om de altijd parate milieuactivisten in te schakelen. Die duiken op dit buitenkansje en tonen al snel filmpjes in de op relletjes beluste media waarin brandend water uit kranen stroomt. Geheel voorbijgaand aan het feit dat in de Nederlandse situatie methaan uit schalie nooit in het drinkwater kan komen. Ook voorbijgaand aan het feit dat er in sommige drinkwaterbronnen van nature al methaan in het water is opgelost. Methaan die dan, als nevenproduct, bij de drinkwaterwinning wordt afgevangen. Ook voorbijgaand aan het feit dat schaliegas in samenstelling identiek is aan aardgas.

Dan valt ook vaak het woord ´Chemicaliën´, zonder het nader te benoemen. Het woord wordt alleen gebruikt als pars pro toto voor alles wat vies en voos is, zonder te vertellen dat dezelfde chemicaliën al lange tijd gebruikt worden bij aardgaswinning. Evenmin zonder toe te lichten dat deze vermaledijde chemicaliën als bodemverbeteraar (Polyacrylamide) en als ontsmettingsmiddel van chirurgische instrumenten (Glutaanaldehyde) toepassing vinden. Waarlijk geen levensbedreigende goedjes. Het zijn namen die niet passen in de Jip en Janneke terminologie die nodig is om politici voor het karretje te spannen. Politici die in den beginne wel wisten dat er geen onoverkomelijke problemen waren, maar die met het oog op de gealarmeerde achterban, opnieuw last van een ernstig verzwakte ruggengraat kregen.

Deskundigen op het gebied van schaliegas werden als bevooroordeeld ter zijde geschoven. Met verstand van zaken spreken was zeer verdacht. Het bewees namelijk dat ze betrokken waren bij de snode plannen.

Zelfs banken deden hun duit in het zakje toen bleek dat hun onroerend goed in waarde kon dalen door nabijgelegen boortorens. Toegezegde financiële steun werd, op basis van overtuigende argumenten uit de hoek van bezorgden, ingetrokken.

Geen boek om echt vrolijk van te worden als de toekomst van onze aardkloot je ter harte gaat. Wel een vlotte en begrijpelijke chronologische weergave van een geval van eerst een mening hebben en die later met schijnargumenten te onderbouwen. Lees en huiver.

Op 10 oktober 2015, vlak voor uitkomen van het boek, had De Boer een kort gesprek in de Tros Nieuwsshow.

Feiten en Fictie in de mediademocratie 1
Feiten en Fictie in de mediademocratie 2

Filed Under: Factchecking, Wetenschap Tagged With: drinkwater, fracking, gasland, milieu, schaliegas

Misvattingen van de Duurzame Meisjes over GMO’s

29 June 2016 by Tom van den Hove 13 Comments

Duurzame MeisjesIn kringen van mensen die een groene en duurzame wereld nastreven worden GMO’s (genetisch gemodificeerde organismen) en vooral het bedrijf Monsanto weggezet als zowat het ergste wat de mensheid momenteel bedreigt. Vaak met onjuiste argumenten. Zo gaven de Duurzame Meisjes op hun webpagina GMO’s en Monsanto als belangrijkste reden om tegen het verdrag met Oekraïne te stemmen. Omdat kritiek op hun Facebook-pagina werd beloond met een block, heb ik ze een open brief geschreven. Daarin ik laat zien waar deze Duurzame Meisjes de mist in gaan in hun kritiek op GMO’s, en waarom genetische modificatie een belangrijk hulpmiddel kan zijn om duurzaam en veilig voedsel te produceren.

Het artikel gaat met name in op herbicidetolerante (HT) en insectresistente (IR) gewassen. Volgens de auteur, Duurzaam Meisje Helen Buijs, zorgt de RoundUp-Ready eigenschap dat planten zelf glyfosaat produceren en gaan mensen die Bt maïs eten vanzelf ook Bt produceren. In werkelijkheid reageert de actieve stof in RoundUp, glyfosaat, met een belangrijk enzym van de plant op zo’n manier dat de plant niet meer goed groeit. In de genetisch gemodificeerde gewassen is dit enzym net wat anders. Het bindt nog steeds aan glyfosaat, maar de normale werking wordt niet verhinderd. Het gemodificeerde gewas is dus resistent tegen glyfosaat, maar er is dus geen sprake van glyfosaat-productie in de planten zelf.

Zowel de RoundUp-Ready als de Bt gewassen zijn onderzocht op effecten na consumptie. De Europese Commissie en de European Academy Science Advisory Council (EASAC) zijn het erover eens dat GMO’s (waaronder Bt gewassen) niet per se gevaarlijker zijn dan gangbare gewassen. Sterker nog, het overschakelen naar Bt gewassen heeft voor veel boeren gezorgd dat ze minder pesticiden hoeven te spuiten. Beter voor de boeren (met name in arme landen) en beter voor de biodiversiteit binnen een gewas.

De auteur noemt ook dat 90% van de Amerikaanse ondervraagden een GMO-label wil, maar is kennelijk niet bekend met het onderzoek dat deze vraag anders formuleerde. Toen het Rutgers (School of Environmental and Biological Sciences) vroeg of de mensen iets miste op het voedseletiket,  antwoordde slechts 7% dat ze een GMO-label willen. Zo interessant vindt de burger dit dus niet.

De schrijfster lijkt zich werkelijk niet voor te kunnen stellen dat Monsanto ergens niet bij betrokken is – tot tweemaal toe beschuldigt ze het bedrijf vals. Eerst rondom terugtrekking van het artikel Seralini et al. 2012 (die kennen jullie vast nog). En daarna in verband met een interview over glyfosaat met dr. Patrick Moore, promotor van Golden Rice, een man die niks met Monsanto en niks met pesticiden te maken heeft. Uit dit alles leidt dit Duurzame Meisje af dat Monsanto een gevaar is voor zowel natuur en volksgezondheid. Ik ben het daar niet helemaal mee eens.

Zie de hele open brief op mijn website voor een volledige behandeling van het artikel. Hoewel ik het ergens niet verwacht, hoop ik oprecht dat de Duurzame Meisjes open staan voor deze discussie en laten zien dat ze niet alleen voor duurzaamheid zijn als het hip is, maar ook als het ongemakkelijk is.

Filed Under: Factchecking, Wetenschap Tagged With: Duurzame Meisjes, glyfosaat, gmo, Monsanto, roundup

Veel vragen rondom studie met ratten en telefoonstraling

29 May 2016 by Pepijn van Erp 137 Comments

Wie zich al zorgen maakt over de mogelijke gezondheidseffecten van elektromagnetische velden afkomstig van mobiel telefoonverkeer was misschien een beetje gerustgesteld door de recent verschenen Australische studie die geen toename laat zien van hersentumoren in de afgelopen 30 jaar. Maar nu duikt er dan op eens een beangstigend resultaat op uit een experiment van het Amerikaanse National Toxicology Program: bij ratten die gedurende twee jaar aan telefoonstraling blootgesteld werden, vonden ze significant meer hersentumoren en tumoren bij het hart. Moeten we ons nu toch weer zorgen gaan maken?

lab rat straling

Het experiment met ratten van dit National Toxicoloy Program (NTP) valt binnen een veel groter onderzoeksproject, waarin bijvoorbeeld ook muizen worden onderzocht. De onderzoekers vonden de resultaten van deze deelstudie blijkbaar zo verontrustend dat ze die meenden te moeten delen met het grote publiek voordat het hele project netjes is afgerond en verwerkt tot artikelen die gereed zijn voor publicatie. De website Microwavenews bracht vorige week als eerste het nieuws dat deze resultaten naar buiten gebracht zouden worden. Die zijn sinds vrijdag te lezen op BioRxiv, een preprint server voor artikelen binnen de biologie: Report of Partial findings from the National Toxicology Program Carcinogenesis Studies of Cell Phone Radiofrequency Radiation in Hsd: Sprague Dawley® SD rats (Whole Body Exposure).

Studieopzet

De onderzoekers stelden in dit experiment ratten bloot aan verschillende elektromagnetische veldsterktes vanaf het moment dat ze nog in de baarmoeder zaten tot een maximale levensduur van 106 weken. Daarna werden de nog levende ratten afgemaakt. Alle ratten werden uitgebreid pathologisch onderzocht op het voorkomen van tumoren.

De stralingsniveaus liepen uiteen van ongeveer het (wettelijk) maximum toelaatbare niveau bij mensen tot het viervoudige daarvan. De blootstelling was langdurig – 9 uur per dag – en over het hele lichaam. Natuurlijk was er een controlegroep die niet werd blootgesteld aan elektromagnetische velden. Om de omstandigheden goed te controleren werden speciale verblijven voor de ratten ontworpen. In elke groep zaten 90 ratten.

Het verslag van de studie focust op twee soorten tumoren: glioom (een hersentumor) en schwannoom (een goedaardige zenuwtumor), die in deze studie rondom het hart werd aangetroffen. De aantallen waar het om gaat zijn laag bij deze zeldzame tumoren en de statistische trucendoos moet wijd open om iets te kunnen laten zien van trends, ondanks dat het aantal van 90 ratten per groep best hoog is in vergelijking met ander onderzoek, bijvoorbeeld naar kankerverwekkende chemische stoffen.

Resultaten

Zie hier het resultaat dat het meest duidelijk wijst op een verband van de blootstelling aan elektromagnetische velden en hersenkanker. Dat is toch eigenlijk het meest interessant, omdat sommige onderzoeken bij mensen zo’n verband lijken te suggereren wat weer de aanleiding was voor de omstreden beslisssing van het IARC om dit soort straling als mogelijk kankerverwekkend te classificeren.

Tabel 1 uit het artikel
Tabel 1 uit het artikel

Hier wordt dus gesuggeeerd dat er een significante trend is gevonden bij mannetjesratten en een specifiek signaal (CDMA, gebruikt in UMTS). Bij de lagere stralingsniveaus en de controlegroep werden geen gliomen aangetroffen, bij de groep met de hoogste stralingsbelasting bij drie ratten. Een trend?
Blijkbaar wel als je die getallen blind in een daarvoor ontwikkelde test stopt. Die test, de poly-k test, is als ik het goed begrijp, door onderzoekers van het NTP zelf ontwikkeld eind jaren tachtig van de vorige eeuw en wordt nu aan het instituut als standaard gehanteerd. De test houdt rekening met de tijdstippen waarop ratten overleden en of er dan bij autopsie kankergezwellen worden aangetroffen (ongeacht of die iets te maken hadden met het overlijden). De artikelen waarin deze test gevalideerd is, zijn behoorlijk stevige kost, maar ik kon er niet zo snel uithalen wat de betrouwbaarheid is met erg lage incidenties zoals we die hier aantreffen.
Opvallend is dat de gliomen bijna alleen werden aangetroffen bij de ratten die zowat tot het einde van de studie in leven waren gebleven.

Kritische reviewers

Maar ja, wat zegt deze significante trend eigenlijk? In het vrijgegeven document zijn ook de reviews van een aantal door NTP uitgezochte wetenschappers opgenomen, die op een conceptversie mochten schieten. Die reviews zijn soms uiterst kritisch en een aantal vragen van statistische aard zijn door de onderzoekers van het NTP naar mijn oordeel niet echt bevredigend beantwoord.

Zo vraagt Michael Lauer onder andere hoe het zit met de kwestie van meervoudig toetsen. Als er heel veel vergelijkingen en trends zijn bekeken, is het niet zo raar dat er een paar, louter door toeval, een significant resultaat laten zien, als je daarvoor niet corrigeert. Hij wijst er op dat de FDA ook adviseert om een veel strenger grens te hanteren voor significantie, juist om dit soort mogelijk fout positieve resultaten te vermijden. Als hij dat uitgangspunt neemt om te berekenen wat de power was van het experiment (dus de kans dat het experiment een echt bestaand effect zou kunnen laten zien), komt hij op een bijzonder lage waarde van 5 procent. Met andere woorden als er daadwerkelijk een verband is tussen deze straling en hersenkanker, dan zijn de onderzoekers behoorlijk fortuinlijk geweest dat deze test reden geeft om de nul-hypothese (er is niet zo’n verband) te verwerpen.
Lauer vond in ieder geval op basis van zijn kritische beschouwing de presentatie van de resulaten van de studie in deze vorm onacceptabel.

Een andere reviewer, Maxwell P. Lee, stipt aan dat het niet voorkomen van tumoren in de controlegroep beter bekeken moet worden. Uit andere onderzoeken is een redelijke schatting te maken van het percentage dat je normaal gesproken zou kunnen verwachten. In dit geval was de kans op 0 ratten met tumoren bijna even groot als die op het vinden van één rat met deze kanker. Als je in de controlegroep wel een rat met glioom had gevonden (wat dus goed had gekund), dan verdwijnen eigenlijk alle significanten resultaten. Het NTP reageert daarop dat zij eenzijdige p-waarden hanteren en dat daarmee zelfs met een glioom in de controlegroep het resultaat nog steeds significantie benadert.

Je ziet hier wel aan dat met deze aantallen het er erg om hangt of je net wel of net niet van significantie kan spreken. Als je echter al het andere onderzoek dat eerder gedaan is in je beoordeling betrekt, dan verwacht ik niet dat het oordeel zou moeten veranderen dat met de nu gehanteerde normen er geen reden is om aan te nemen dat mobiel telefoongebruik het risico op een hersentumor vergroot.

Opvallend is ook dat in de controlegroep de ratten een slechtere overlevingskans hadden. Er overleefde maar 28% tot het einde van de studie, terwijl het gemiddeld 47% is. Heel kort door de bocht zou je ook kunnen zeggen dat de studie laat zien dat mannelijke ratten onder hoge stralingsniveaus dan wel meer risico op kanker lijken te lopen, maar dat de straling wel geassocieerd is met een hogere levensverwachting.

Wat nu? Eigenlijk kun je er pas iets over zeggen als het hele programma is afgerond het netjes gepubliceerd na peer review. Dit ogenschijnlijk verontrustende deelresultaat zou echter goed kunnen leiden tot de vraag om nu toch maar alvast dit onderzoek te herhalen met grotere aantallen ratten. Dat zullen ze bij het NTP ook wel plezierig vinden, houdt deze onderzoekers ook weer van de straat.

Het is een lastig te interpreteren resultaat en het gaat vast en zeker her en der verkeerd weergegeven worden. Een voorbeeld uit de Nederlandse media zien we bij het stukje in Metronieuws, waarin geschreven wordt dat het om een onderzoek met meer da 2500 ratten gaat (in werkelijkheid gaat het in dit deelonderzoek om 630 1260 ratten, 7 groepen van 90 voor beide sexen) en de volgende zin geeft ook aan dat de journalist erg weinig moeite heeft gedaan om er iets van te begrijpen: “De straling was daarnaast ook even hoog als die in huidige telefoons wordt gebruikt.” Nee dus, alleen de groep die de laagste stralingsdosis te verduren kreeg (1,5 W/kg) kreeg een dosis die vergelijkbaar is met het niveau dat tot dusver als maximaal toelaatbaar wordt gehanteerd. Maar de ratten kregen dit hoge niveau dan wel bijna de hele dag te verhapstukken, wat nogal ver afstaat van de wijze waarop een mens blootgesteld wordt aan elektromagnetische velden in het dagelijks leven.

Een goede bespreking van de studie is ook te vinden bij Science.

Waarom veel onderzoekers dit resultaat sowieso met argwaan zullen bekijken, is dat er nog steeds geen overtuigend mechanisme is aangetoond hoe de elektromagnetische velden van mobiele telefoons überhaupt schade zouden kunnen veroorzaken in biologische systemen anders dan via opwarming. Zie daarvoor:

Bang voor GSM-straling?

Filed Under: Wetenschap Tagged With: kanker, mobiele telefonie, ratten

Over de IARC classificatie van glyfosaat als ‘waarschijnlijk kankerverwekkend’

25 February 2016 by Pepijn van Erp 11 Comments

Woensdagavond trakteerde tv-programma Zembla de kijker weer eens op een onvervalst stukje bangmaakvermaak. De schurk van dienst: glyfosaat, beter bekend onder de naam RoundUp – u weet wel, het ‘waarschijnlijk kankerverwekkende’ goedje van Monsanto. En dan kwam er vandaag ook nog eens het huiveringwekkende nieuws dat het spul in Duitse biertjes is aangetroffen! Aaargh, we gaan allemaal dood! Alweer.

Natuurlijk, dat ‘waarschijnlijk kankerverwekkend’ klinkt heel eng, maar dat slaat alleen maar op de classificatie 2A van de IARC. In dat specifieke verdomhoekje zit sinds kort ook rood vlees. En als je beroep kapper is, hoor je er ook in. Er zijn natuurlijk betere categorieën, zoals 2B (‘mogelijk kankerverwekkend’), waarin koffie, ingemaakte groente en telefoonstraling zitten. Maar ook de slechtere categorie 1 (‘kankerverwekkend’), waarin bijvoorbeeld alcohol zit. Hé wacht … alcohol? Dat zit toch ook in bier …

Nou ja, het is wel duidelijk dat die indeling in categorieën van de IARC niet alles zegt. Iets met verschil tussen risk en hazard. Bij glyfosaat is het zelfs maar de vraag of de indeling wel klopt. De Europese instanties volgen het negatieve oordeel van het wetenschappelijke onderzoeksbureau voor risicoanalyses van Duitsland, BfR.
In onderstaande video bekijkt Myles Power samen met zijn ‘League of Nerds’-collega James gedetailleerd naar de wetenschappelijke onderbouwing voor de indeling in categorie 2A door het IARC. Hun kritiek is ook niet mals.

PS aan het begin zitten een paar verwijzingen naar een eerdere versie van deze video, waarin de heren nogal vaak het woord ‘glyphosate’ verhaspelden tot iets als ‘glyphosphate’. Daarop kwam blijkbaar zoveel kritiek dat ze ‘m maar overgemaakt hebben.

Links:

  • Het besproken Lancet artikel: Carcinogenicity of tetrachlorvinphos, parathion, malathion, diazinon, and glyphosate, Guyton, Kathryn Z et al.
  • Het volledige IARC rapport, monograph 112 (glyphosate) [pdf]
  • Zembla uitzending
  • Reactie van Monsanto op de Zembla-uitzending
  • Umweltinstitut München over hun bieronderzoek
  • Op Kloptdatwel: EenVandaag blundert over Roundup

Filed Under: Factchecking, Gezondheid, Wetenschap Tagged With: glyfosaat, IARC, kanker, Myles Power

Lek in samenzweringsuitlekformule

31 January 2016 by Pepijn van Erp 38 Comments

Dat een samenzwering sneller uitkomt doordat een betrokkene uit de school klapt of per ongeluk zijn mond voorbij praat als er meer samenzweerders op de hoogte zijn, ligt voor de hand. Maar kun je ook berekenen hoe lang dat ongeveer duurt als je het aantal betrokkenen weet? Dr. David Robert Grimes denkt dat je dat aardig kunt schatten. Hij publiceerde een artikel waarin hij een formule afleidt die bijvoorbeeld als uitkomst geeft dat als NASA de maanlanding zou hebben gefaket, dat dan met 95 procent zekerheid binnen vier jaar publiek bekend zou zijn geworden. Een wiskundig bewijs dat grootschalige complotten niet geheim kunnen blijven?

volkskrant-complotformuleDit resultaat ging aardig snel het internet over. Nu konden skeptici ook met wiskundige precisie complotdenkers alle hoeken van de kamer laten zien. In de Volkskrant haalde het resultaat van Grimes zelfs de tweede pagina van de krant. Inclusief afbeelding van de formule!

Grimes is van origine natuurkundige en werkt als kankeronderzoeker aan de universiteit van Oxford. Daarnaast schrijft hij veel populaire stukken over wetenschap (onder meer columns in The Guardian), die vaak over skeptische onderwerpen gaan, bijvoorbeeld de antivaccinatiebeweging en ontkenning van klimaatopwarming. In 2014 ontving hij voor zijn schrijverij de John Maddox Prize for Standing up for Science. Het onderwerp complottheorieën is hem dus niet vreemd en met zijn achtergrond is het begrijpelijk dat hij er wel een uitdaging in zag om het kwantificeerbaar te maken.

In zijn artikel On the Viability of Conspiratorial Beliefs, dat verscheen in Open Access tijdschrijft Plos One, doet Grimes uit de doeken hoe hij aan zijn formule komt. Hij kijkt alleen naar het uitkomen van samenzwering door lekken, bewust of per ongeluk. Externe factoren die een complot aan het licht kunnen brengen, neemt hij niet mee – de uitkomsten van het model zullen gemiddeld dan ook nog een te positief beeld laten zien (vanuit het gezichtspunt van de geheimhouders).

De aanname van Grimes is dat de kans dat iemand in een jaar tijd lekt behoorlijk klein is en dat verschillende lekken onafhankelijk van elkaar optreden. En één lek is eigenlijk ook wel voldoende voor het openbaar worden. Een aangewezen methode om dat soort zeldzame voorvallen aan te pakken is om uit te gaan van een Poissonverdeling. De kans op tenminste één lek tot tijd t wordt dan gegeven door de formule L(t)= 1-e^(-tφ) waarin φ het verwachte aantal lekken is in één tijdsperiode (bijvoorbeeld per jaar). Je ziet aan deze formule dat als je t maar laat oplopen de e-macht heel erg klein wordt en L naar 1 kruipt (‘het complot komt bijna zeker uit’).
Voor één samenzweerder is dat simpel en voor meer is het niet veel lastiger. Dan moet je alleen die waarde φ aanpassen. Als je uitgaat van N op gelijke wijze lekkende samenzweerders dan wordt de kans dat er geen één lekt in een jaar gegeven door (1-φ)N, en de kans dat er minstens één lek is door 1-(1-φ)^N en die waarde neem je nu als nieuwe φ op in de formule*. Grimes noemt (1-φ) voor het gemak nog even ψ en neemt in plaats van een vaste waarde N een tijdsafhankelijke functie daarvoor, N(t). De samenzweringsuitlekformule wordt dan:

complottheorieuitlekformule

Waarom Grimes het aantal samenzweerders in de tijd wil kunnen variëren met die functie N(t) is eigenlijk wel goed te begrijpen. Als een complot dat ooit op een moment is uitgevoerd lang geheim blijft, zullen er samenzweerders uitvallen door overlijden. De kans op uitkomen wordt dan vervolgens kleiner, want er zijn minder potentiële lekkers. Grimes geeft nog twee formules van hoe N in de tijd zou kunnen veranderen. Voor een complot dat voortdurend ‘bijgehouden’ moet worden (zoals bijvoorbeeld het verborgen houden van een eenvoudige kuur voor kanker), lijkt een benadering waarin je N(t) constant houdt een logischer keuze.

Leuk zo’n theoretisch afgeleide formule, maar doet ie het ook wel echt? Grimes kijkt daarvoor naar drie samenzweringen die uitgekomen zijn: de NSA-affaire (klokkenluider Edward Snowden onthulde dat het afluisteren en onderscheppen van berichtenverkeer veel verder gaat dan iedereen had vermoed), het Tuskegee-syfilisonderzoek (dat liep vanaf 1932, de besmette deelnemers kregen niet te horen dat ze syfilis hadden en ook geen medicijnen toen die beschikbaar kwamen met de ontdekking van antibiotica) en de affaire rondom het forensisch laboratorium van de FBI (willens en wetens werden talloze getuigenissen afgelegd op basis van onbetrouwbare onderzoeksmethoden).
Op basis van de (min of meer) bekende tijd dat deze zaken verborgen bleven en verschillende schattingen voor het aantallen betrokkenen, komt Grimes tot een conservatieve schatting voor de kans dat een samenzweerder lekt. In zijn berekeningen is Grimes er bij deze voorbeelden van uitgegaan dat ze uitkwamen als de kans daarop groter of gelijk aan 50 procent was. Als je uitgaat van de gunstigste schatting  voor de geheimhouding kom je volgens Grimes uit op een 0,0005 procent lekkans per jaar per samenzweerder.

Er is veel aan te merken op deze benadering en Grimes geeft zelf in het Discussion gedeelte van het artikel een hoop mitsen en maren aan. Zijn schattingen om het model te ijken en een redelijke waarde voor p te vinden zijn grof, maar dat maakt niet zoveel uit voor zijn belangrijkste conclusie dat omvangrijke samenzweringen altijd uitkomen. Hij concludeert op basis hiervan dat het bij vermeende samenzweringen als dat de klimaatopwarming een omvangrijk bedrog zou zijn van wetenschappers en dat de maanlanding een hoax is geweest, het onmogelijk is dat ze zo lang verborgen hadden kunnen blijven. En dus dat er geen sprake kan zijn van samenzweringen in die zaken.

De vraag is natuurlijk of dit model niet te veel toegespitst is op de drie voorbeelden die Grimes heeft uitgekozen. De waarden die Grimes daaruit afleidt verschillen nogal, en wat zouden de uitkomsten zijn als hij andere voorbeelden had genomen? En daarbij moet je bedenken dat het hier gaat om samenzweringen die zijn uitgekomen. Zijn die wel representatief voor alle samenzweringen? Ook voor die juist (nog) niet zijn geopenbaard.

Op Twitter merkte een aantal scherpe geesten op dat er toch ook iets fundamenteels mis moest zijn met Grimes’ benadering. De meest in het oog springende aanwijzing hiervoor is grafiek 1:

3-curven-complottheorieartikelHierin zien we de drie verschillende scenario’s die Grimes in overweging neemt voor verloop van het aantal samenzweerders. De blauwe lijn is het scenario waar het aantal samenzweerders gelijk blijft, de roze stippellijn de situatie voor de gebeurtenis die geheim wordt gehouden door een groepje dat langzaam uitsterft door ouderdom, en de oranje stippellijn waarin het aantal samenzweerders elke zoveel jaar halveert. Telkens uitgaande van een startpopulatie van N=5000 en een lekkans van 0,0005 procent.
Deze grafiek zou de cumulatieve kans moeten weergeven dat het complot uitlekt. Maar een cumulatieve kans kan nooit gaan afnemen in de loop van de tijd, zoals bij de laatste twee scenario’s wel gebeurt! In de commentaren op Plos One bij het artikel vergelijkt iemand het treffend met een overlevingsgrafiek (dan moet je deze grafiek net verticaal omkieperen, naar de waarde 1-L kijken), waar geen stijging in kan voorkomen; dat zou er immers op duiden dat overledenen weer uit de dood opstaan (of in het geval van samenzweringen dat ze na openbaring weer geheim worden). Ik dacht dat Grimes misschien nog een slordigheidje had begaan bij het maken van deze grafiek (formule verwisseld ofzo), maar toen ik narekende bleek dat niet het geval te zijn – de formule is inderdaad dalend vanaf een bepaald tijdstip in de twee laatste scenario’s en dus heeft Grimes een probleem.

Dit ging waarschijnlijk mis omdat Grimes de formules voor het verloop van het aantal samenzweerders zomaar substitueerde in de formule die volgt uit de aanname dat het lekken Poisson verdeeld is. Die cumulatieve kansformule is echter afgeleid van de feitelijke kansverdeling en komt alleen op deze vorm uit als die factor in de exponent een constante is. Het vergt wat ver om dat hier helemaal in detail te laten zien, maar het komt er dus op neer dat Grimes de functie van het aantal samenzweerders in de tijd op een verkeerd niveau heeft ingevuld en daardoor verliest de door hem gevonden formule de relatie met het probleem dat die moet beschrijven. Als je het wel goed doet, komt die formule er waarschijnlijk ook stukken ingewikkelder uit te zien, maar ik heb dat niet uitgewerkt. Gelukkig voor Grimes lijkt het wel goed te gaan voor de gevallen waarin het aantal samenzweerders in de tijd gelijk blijft en dat zijn net de voorbeelden die hij verder uitwerkt.

Martin Robbins schreef hier wel een bijzonder kritisch stuk over: The maths of the paper disproving conspiracy theories don’t add up, waarin hij dit ook als een enorme blunder van de peer review bij Plos One benoemt. Er worden ook nogal wat mensen bedankt in het artikel die meegekeken hebben, en die hebben de fout dus ook niet opgemerkt. Robbins vindt het frustrerend dat dit artikel door skeptische organisaties en blogs als welkom resultaat is binnengehaald, vrolijk rondgetwitterd en anderszins verspreid:

It’s frustrating because a paper that lashes out against the idea that scientists might be engaged in covering up bad research turns out to be an example of bad research that slipped through peer review.

Robbins besluit gelukkig wat luchtiger:

Which leaves perhaps the biggest question of all: was this really just a bad paper, or was there some deeper purpose behind it? Is Doctor Grimes engaged in some kind of charade, running interference on behalf of a master or masters unknown? Is he still the real Grimes, or has he been replaced by a foppish-haired lizard impersonator? The truth is out there…

Het is ook een verwijzing naar de slotzin van Grimes’ artikel:

This work did not require specific funding, from nebulous clandestine cabals or otherwise.

In de commentaren op Plos One heeft Grimes zijn fout inmiddels ook al wel voorzichtig toegegeven. Hij is net op vakantie gegaan, dus ik neem aan dat een uitgebreidere reactie nog even op zich zal laten wachten.

* Toegevoegd (20:50 uur): hier gaat ‘t al mis, als N een constante is zou de correcte formule L(t)= 1-e^(-tNφ) worden. Grimes berekeningen kloppen ongeveer nog wel, maar dat komt alleen om dat bij deze hele lage lekkans p =0,0005 procent Np en (1-(1-p))^N elkaar niet veel ontlopen in de drie voorbeelden die Grimes analyseert. Bij de toepassing op de vermeende complotten waar hij uitgaat van honderdduizenden betrokkenen (bij die kuur voor kanker hanteert Grimes 714.000 – alle medewerkers van de acht grootste farmaceuten samen), zou de correcte formule nog veel eerder lekken voorspellen dan de formule van Grimes al doet.

Update 2 maart 2016: Plos One heeft inmiddels een correctie geplaatst van Grimes.

Filed Under: Skepticisme, Wetenschap Tagged With: complottheorieen, David Robert Grimes, Samenzweringen, uitlekken, wiskunde

  • « Go to Previous Page
  • Page 1
  • Interim pages omitted …
  • Page 4
  • Page 5
  • Page 6
  • Page 7
  • Page 8
  • Interim pages omitted …
  • Page 39
  • Go to Next Page »

Primary Sidebar

Steun ons via:
Een aankoopbol.com Partner (meer info)
Of een donatie

Schrijf je in voor de nieuwsbrief!

Skeptic RSS feed

  • Skepsis
  • Error
  • SBM
Fluoride-angst?
30 June 2025 - Ward van Beek
Fluoride-angst?

Raad eens’, vraagt Cor van Loveren: ‘Het is begin jaren zeventig. Hoeveel gaatjes denk je dat een kind van vijf gemiddeld had?’ Het antwoord: achttien. ‘In haast elke tand zat wel een gat.’ Gemiddeld genomen dan. Er waren ook tanden…Lees meer Fluoride-angst? › [...]

James Randi test wichelroedelopers in Australië
11 June 2025 - SkepsisSiteBeheerder
James Randi test wichelroedelopers in Australië

In 1980 bezocht James Randi Australië op uitnodiging van Dick Smith om daar een test uit te voeren met wichelroedelopers.Lees meer James Randi test wichelroedelopers in Australië › [...]

Polarisatie juist goed voor democratie?
5 June 2025 - Ward van Beek
Polarisatie juist goed voor democratie?

.Soms lijkt het wel alsof we elkaar de hele dag de tent uit vechten. Op social media, bij verjaardagsfeestjes en in talkshows zijn we het oneens over vaccins, over Gaza, over vrouwenrechten. Dat blijkt ook uit onderzoek van het Sociaal…Lees meer Polarisatie juist goed voor democratie? › [...]

RSS Error: A feed could not be found at `https://skepp.be/feed`; the status code is `404` and content-type is `text/html; charset=UTF-8`

Go Ahead, Make the Case That Science, Free Speech, and the FDA Are Thriving Under Drs. Marty Makary and Vinay Prasad
10 July 2025 - Jonathan Howard

Unlike Drs. Adam Cifu and John Mandrola, I do not constantly boast of my "nuance" or claim to be a master of "clinical appraisal." They have so much to teach me. The post Go Ahead, Make the Case That Science, Free Speech, and the FDA Are Thriving Under Drs. Marty Makary and Vinay Prasad first appeared on Science-Based Medicine. [...]

AI Therapists – Not Ready for Prime Time
9 July 2025 - Steven Novella

Artificial Intelligence (AI) applications are being rolled out at a furious pace. There is no doubt they are potentially powerful tools, although with flaws and limitations. But one thing that large language models do well is mimic conversational speech. They are great chatbots. For this reason one of the early uses of these chatbots is as AI therapists. There are no hard […] The post AI Therapists – Not Ready for Prime Time first appeared on Science-Based Medicine. [...]

After ACIP: Where Robert F. Kennedy Jr. will likely go from here in his quest to eliminate vaccines
7 July 2025 - David Gorski

HHS Secretary Robert F. Kennedy Jr. was on The Tucker Carlson Show last week. It got me to thinking: What's next in RFK Jr.'s crusade against vaccines after he turned ACIP into an antivax committee? The post After ACIP: Where Robert F. Kennedy Jr. will likely go from here in his quest to eliminate vaccines first appeared on Science-Based Medicine. [...]

Recente reacties

  • Hans1263 on Bedenkingen bij het rapport over oversterfte van Ronald Meester en Marc JacobsHet is me duidelijk, @ Klaas van Dijk Het lijkt me heel simpel: wie zwijgt, stemt toe. Incompetentie en collaboratie
  • Klaas van Dijk on Bedenkingen bij het rapport over oversterfte van Ronald Meester en Marc Jacobs@Hans1263, per abuis heb ik mijn reactie op jouw bericht van 5 juli 2025 (om 21:25) op de verkeerde plek
  • Klaas van Dijk on Bedenkingen bij het rapport over oversterfte van Ronald Meester en Marc Jacobs@Hans1263, het is inderdaad erg opvallend dat de werkgevers van het trio, te weten de VU (Ronald Meester), het Radboud
  • Hans1263 on De linke net-na-het-weekendbijlage (27-2025)De bekende en verderfelijke combinatie van complotgeloof, geloof en kwakzalverij.
  • Renate1 on De linke net-na-het-weekendbijlage (27-2025)https://www.kwakzalverij.nl/nieuws/bestuur-stuurt-brief-aan-minister-en-vaste-kamercommissie-vws/ Waarom verbaast het me niet dat mevrouw Ag

Archief Kloptdatwel.nl

Copyright © 2025 · Metro Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in