Afgelopen zaterdag (22 oktober 2016) kreeg Arjen Lubach de Skeptische Pendelprijs uitgereikt voor ‘zijn creatieve inzet om het algemene publiek te informeren over zaken als homeopathie, anekdotisch bewijs, toeval en voeding’. De dag erna, afgelopen zondag liet hij weer eens zien dat hij de prijs verdient. In de uitzending van afgelopen zondag trekt hij stevig van leer tegen een anti-vaccinatiecolumn op de website van de Happinez van Pauline Bijster (kijk vanaf 8:19). Arjen Lubach zet in zijn VAC FAQ nog een keer de argumenten pro vaccineren op de rij (het voorkomt dat kinderen doodgaan aan akelige ziektes) en hij ontkracht de tegenargumenten: zitten er gevaarlijke stoffen in de vaccins (antwoord: nee), het helpt toch niet altijd, dus waarom zou ik het doen (antwoord: het helpt bijna altijd en als iedereen is ingeënt dan kunnen anderen de ziekte ook niet krijgen), zijn er bijwerkingen (antwoord: bijna niet en je krijgt er geen autisme van). Zijn conclusie: niet-vaccineren is dom en super-egoistsich.
video
Vertoning “An Honest Liar” inclusief interview James Randi op zaterdag 27 juni
Op zaterdag 27 juni om 20:00 uur zal in De Balie aan het Leidseplein in Amsterdam een vertoning zijn van de documentaire ‘An honest liar’. Deze documentaire is een biografie van James ‘The Amazing’ Randi. Voorafgaande aan de vertoning is er een discussie met Herman de Regt (wetenschapsfilosoof aan de Universiteit Tilburg), Lars Gierveld (presentator van RamBam, een onderzoeksprogramma van de Vara) en Rob Mollien (mentalist en finalist van het programma “De nieuwe Uri Geller”).
Na de vertoning is er een live interview met James Randi vanuit Amerika! Hierbij zal het mogelijk zijn om vragen te stellen aan de bekende skepticus.
De toegangsprijs voor de hele avond is slechts 10 euro. Bestel kaarten!
Meer over James Randi en de documentaire:
James ‘The Amazing’ Randi, meester-illusionist, is de oprichter van de James Randi Educational Foundation (JREF). De JREF is bekend van ‘The Million Dollar Challenge’ die 1 miljoen dollar belooft aan iedereen die kan aantonen over paranormale gaven te beschikken. Hoewel Randi zijn faam verwierf als ontsnappingsartiest en goochelaar heeft hij uiteindelijk besloten zijn kennis en kunde in te zetten om oplichters en kwakzalvers te ontmaskeren. Want wie heeft er nou meer kennis van illusie en bedrog dan een illusionist?
Randi begon aan zijn waarheidsmissie door middel van onderzoeken naar oplichters en het opzetten van hoaxes. Met deze hoaxes hield hij de media, onderzoekers en een goedgelovig publiek voor de gek, maar altijd met een hoger doel, namelijk om het belang van bewijs en het gevaar van magisch denken te demonstreren. Ook behandelt de film Randi’s privéleven en volgen we Randi en zijn partner tijdens een dramatische wending in hun leven.
De vertoning wordt mede mogelijk gemaakt door Stichting Skepsis.
Skepsis Congres 2014 – Leren van kwakzalvers – Yvo Smulders
Op 8 November 2014 was in de Jaarbeurs in Utrecht het jaarlijkse Skepsis Congres. De lezingen van die dag zijn vastgelegd en zijn te vinden op Youtube. Hieronder de informatie en een link naar de vierde spreker op het Congres Prof. dr. Y.M. Smulders.
Prof. dr. Y.M. Smulders is hoogleraar algemene inwendige geneeskunde aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Hij schreef onder meer ‘De rol van epidemiologisch bewijs in de zorg voor individuele patiënten’ in het NtvG (2010).
Wetenschappelijk gezien kunnen de alternatieven veel meer van ons leren dan andersom. Maar geneeskunde bestaat uit meer dan hard science. Wij betalen de rekening – en de alternatieven plukken de vruchten – van het gebrek aan aandacht daarvoor binnen de reguliere geneeskunde.
Coen Vermeeren denkt het beter te weten dan NASA
Sinds het verschijnen van zijn boek ‘UFO’s bestaan gewoon‘ op 27 maart trad Coen Vermeeren op in diverse radioprogramma’s. Gisteren mocht hij ook op de landelijke publieke televisie zijn promotiepraatje houden, in het middagprogramma Studio Max Live. Als bewijsmateriaal voor het bestaan van UFO’s voerde Vermeeren ditmaal wederom astronaut Edgar Mitchell als belangrijke getuige op en liet hij een wazig filmpje zien van objecten die in beeld om de draad van een satelliet lijken te zweven.
Update: videomateriaal van de publieke omroep is vervelend genoeg niet meer embedbaar. U kunt het fragment bekijken via deze link.
Het Tether Incident
Die satelliet met lange draad was een experiment tijdens één van de Space Shuttle missies om te kijken of je stroom zou kunnen opwekken door gebruik te maken van het aardmagnetisch veld. Net voordat de kabel van ruim 20 kilometer helemaal was uitgerold, ging er wat mis en knapte die. De satelliet met grotendeels uitgestrekte kabel vloog nog weken, goed zichtbaar, rond de Aarde. Een paar dagen nadat de kabel was gebroken, werden vanuit de Space Shuttle de beelden gemaakt, waarop UFO enthousiastelingen buitenaardse ruimtevaartuigen menen te zien. Op het Internet zijn deze beelden in verschillende YouTube filmpjes te vinden:
Als Cilly Dartell in de uitzending aan haar gast Vermeeren voorlegt dat het hier volgens NASA om ijsvorming gaat en stofjes op de lens, vertelt Vermeeren dat dat niet kan kloppen:
Dat is een noodgreep, vermoed ik, om toch een verhaal te hebben naar buiten toe. Maar dat is het absoluut niet en dat kan iedere getrainde waarnemer ook zien.
“Maar noodgreep of de waarheid?” probeert haar collegapresentator Frank du Mosch nog en die vraagt ook of de deeltjes niet alleen groot lijken, omdat de camera enorm is ingezoomd. Vermeeren geeft zijn mening als getrainde waarnemer:
Ja, dan zijn het stukjes ijs van 3 km groot en dat noemen we kometen. En als die in de ruimte rond de Aarde zitten, zeg maar, op een paar honderd kilometer, dan staat dat echt op de voorpagina van alle kranten. […] Een stofje op de lens gaat niet achter die grote liniaal in de ruimte door [Vermeeren bedoelt de kabel van de satelliet], dat kan niet. Het is één van twee: óf het zit op de lens, óf het schuift achter die liniaal langs.
Vermeeren beseft niet (of wil niet beseffen) dat wat de camera laat zien, niet een waarheidsgetrouw beeld hoeft te zijn. En in dit geval is makkelijk in te zien dat er allerlei optische (camera)effecten meespelen. De bekende UFO-onderzoeker James Oberg beschreef al eens op een discussieforum over UFO’s wat er met deze beelden aan de hand is. Ten eerste moet je maar eens goed kijken naar de breedte van de kabel. Die is in beeld toch meerdere pixels. Maar bedenk dan dat die kabel maar één centimeter dik is en zich inmiddels al op zo’n 150 km afstand van de Space Shuttle bevindt. Duidelijk wordt dan dat er sprake moet zijn van een soort beeldoptimalisatie en geen realistische weergave. Want als dat wél zo was, zou het betekenen dat de kabel een paar honderd meter dik zou zijn. Het wordt ook duidelijk bij inzoomen van de camera: de breedte van de draad verandert dan niet.
Hoe zit het dan met die objecten die achter de ‘liniaal’ doorgaan? Van ander beeldmateriaal van de Space Shuttle camera’s valt af te leiden dat het centrum van heldere objecten verzwakt wordt weergegeven, zodat er onder andere donut-achtige beelden van sterren ontstaan. Bij de ijsdeeltjes in het beeld verklaart het de ‘gaten’ in het midden van de schijven. Als een oplichtend deeltje in beeld samenvalt met een zeer helder object als de ‘liniaal’ dan voegt die in werkelijkheid nauwelijks iets toe aan een beeldelement dat al zo helder was, dat dat dim-effect werd geactiveerd. Dat gedimde gedeelte van het beeld wijzigt dan ook niet, het lijkt een beetje alsof er een sticker op het scherm geplakt is en aan de randen lijken die schijfjes erachter te schuiven. Er beweegt echter geen van die objecten achter de draad langs, dat lijkt alleen maar zo door de optische effecten van de camera.
Er zijn nog meer zaken die Oberg opheldert (lees zijn commentaar), maar op één punt zou hij het met Vermeeren wel eens zijn. Als het wél om brokken ijs (of buitenaardse ruimtevaartuigen) zou gaan die achter de draad langs gaan, dan gaat het inderdaad om kilometers grote objecten. En ja, als dat zo zou zijn, zou dat de voorpagina’s van alle kranten zeker halen. Die objecten zouden namelijk vanaf Aarde zo groot en helder zijn als de volle Maan! Het is niet erg waarschijnlijk dat al die waarnemers die de draad in die dagen hebben gevolgd, die rondvliegende ‘volle manen’ hebben gemist.
Update 23/10/2013: een boekbespreking van ‘Ufo’s bestaan gewoon’ door Rob Nanninga verscheen in Skepter 25-2 en staat nu online op de Skepsis-site: UFO’s bestaan gewoon
De schaakbord schaduw illusie
LEES DIT MET CHROME. Je gelooft je ogen niet:
The video you’re watching is a real-life demonstration of an optical illusion developed in 1995 by Edward Adelson, a professor in MIT’s Department of Brain and Cognitive Sciences. The Checker Shadow Illusion, as Adelson calls it, shows that our “visual system is not very good at being a physical light meter.” But more importantly, the optical illusion offers important insight into how our visual system tries to break down “image information into meaningful components, and thereby perceive the nature of the objects in view.” Adelson’s full explanation of the illusion and what it reveals appears below the jump (or here). H/T 3 Quarks Daily
The visual system needs to determine the color of objects in the world. In this case the problem is to determine the gray shade of the checks on the floor. Just measuring the light coming from a surface (the luminance) is not enough: a cast shadow will dim a surface, so that a white surface in shadow may be reflecting less light than a black surface in full light. The visual system uses several tricks to determine where the shadows are and how to compensate for them, in order to determine the shade of gray “paint” that belongs to the surface.
The first trick is based on local contrast. In shadow or not, a check that is lighter than its neighboring checks is probably lighter than average, and vice versa. In the figure, the light check in shadow is surrounded by darker checks. Thus, even though the check is physically dark, it is light when compared to its neighbors. The dark checks outside the shadow, conversely, are surrounded by lighter checks, so they look dark by comparison.
A second trick is based on the fact that shadows often have soft edges, while paint boundaries (like the checks) often have sharp edges. The visual system tends to ignore gradual changes in light level, so that it can determine the color of the surfaces without being misled by shadows. In this figure, the shadow looks like a shadow, both because it is fuzzy and because the shadow casting object is visible.
The “paintness” of the checks is aided by the form of the “X-junctions” formed by 4 abutting checks. This type of junction is usually a signal that all the edges should be interpreted as changes in surface color rather than in terms of shadows or lighting.
As with many so-called illusions, this effect really demonstrates the success rather than the failure of the visual system. The visual system is not very good at being a physical light meter, but that is not its purpose. The important task is to break the image information down into meaningful components, and thereby perceive the nature of the objects in view.
Via: http://www.openculture.com/2011/08/mit_checker_shadow_illusion.html