Archives for May 2012
Wetenschappers vs. Rechtsreligieuzen in de VS
Meer dan 90% van alle Amerikanen gelooft in God. Maar binnen de tweeduizend leden tellende National Academy of Sciences zijn de getallen omgekeerd: meer dan 90% gelooft daar niet in God. Vreedzame verstandhouding tussen het grote publiek en de wetenschappelijke elite was er dankzij NOMA, i.e. Stephen J. Goulds idee dat wetenschap en godsdienst “Non-Overlapping Magisteria” zijn. Maar Goulds scheidingmuur is de laatste jaren steeds meer onder vuur komen te liggen. De Nieuwe Atheïsten hebben met harde formuleringen de zaak op scherp gezet. En een artikel in het meest recente nummer van de American Sociological Review laat zien hoe wetenschap al 40 jaar lang aanzien verliest onder conservatieven en kerkgangers in de VS.

Stephen J. Gould lanceerde het acroniem NOMA aan het eind van de jaren ’90. Met wetenschap en godsdienst zou het om twee totaal verschillende gebieden gaan. Wetenschap zou niets zinvols kunnen zeggen over godsdienst. De godsdienst, op zijn beurt, zou niets van betekenis te melden hebben over wetenschappelijke onderwerpen. NOMA was eigenlijk een nieuwe term voor een al decenniaoude consensus. Interview een kosmoloog of een neurowetenschapper in de VS over de betekenis van de laatste onderzoeksresultaten voor het bestaan van God en hij of zij zal zich doorgaans beroepen op NOMA en zich dan verder onthouden van commentaar. NOMA is diplomatiek. Met NOMA bewaar je de vrede.
Maar zowel uit rechtsreligieuze hoek als ook van de kant van veel wetenschappers is er de laatste jaren steeds minder eerbied voor het NOMA-bestand. Zo publiceerde de fysicus Victor Stenger in 2007 een boek met de titel ‘God: The Failed Hypothesis – How Science Shows That God Does Not Exist‘. Aan de andere kant liet de Republikeinse presidentskandidaat Rick Santorum zich in z’n campagne voor het presidentschap in februari 2012 laatdunkend uit over het hoger onderwijs – het zou een indoctrinatiemolen zijn, het zou elitair en ‘snobistisch‘ zijn en jonge mensen zouden er hun religieus geloof verliezen.
Het Nieuwe Atheïsme
Het Nieuw Atheïsme begon in wezen op 11 september 2001. Op die dag werd het op pijnlijke wijze duidelijk dat religie een schaduwzijde heeft. Van een aantal prominente schrijvers verschenen er vervolgens boeken waarin een assertievere houding tegenover godsdienst werd ingenomen. De publicaties werden uitgebreid besproken in de media en veel argumenten vonden weerklank.

Richard Dawkins is de Nieuwe Atheïst die het meest expliciet is in z’n kritiek op NOMA. Volgens Dawkins bewegen wetenschap en religie zich helemaal niet op verschillende terreinen. We delen één en dezelfde wereld en een wereld met goddelijk ingrijpen verschilt van een wereld zonder goddelijk ingrijpen. Dat verschil zou volgens Dawkins waarneembaar en wetenschappelijk te onderzoeken moeten zijn. Dat NOMA een illusie is blijkt volgens Dawkins ook uit het feit dat religieus geïnspireerde groepen met steun uit brede lagen van de bevolking druk uitoefenen op de besluitvorming over zaken als stamcellenonderzoek en biologieonderwijs. Het invloedrijke Discovery Institute illustreert Dawkins’ punt. Deze organisatie opereert vanuit Seattle met een budget van tussen de 4 en 5 miljoen dollar per jaar en met de doelstelling ‘to reverse the stifling dominance of the materialist worldview, and to replace it with a science consonant with Christian and theistic convicties.’
De Nieuwe Onnozelheid
In de American Sociological Review verscheen vorige maand een uitgebreid artikel van de socioloog Gordon Gauchat van de University of North Carolina in Chapel Hill. Aan de hand van data uit de General Social Survey beschrijft Gauchat hoe het vertrouwen in de wetenschap onder de Amerikaanse bevolking zich in de laatste vier decennia heeft ontwikkeld. De data geven een bevestiging te zien van het beeld dat de journalist Chris Mooney in 2005 schetste in z’n boek met de veelzeggende titel The Republican War on Science.

In het midden en aan de linkerkant van het politieke spectrum is het vertrouwen in de wetenschap min of meer gelijk gebleven. Onder conservatieven en kerkgangers, echter, is dat vertrouwen sterk afgenomen. In 1974 vormden conservatieven nog de groep met het meeste vertrouwen in de wetenschap. Gauchats grafieken en tabellen laten zien hoe, na een daling van 25%, de conservatieven nu de groep zijn met het minste vertrouwen in de wetenschap. Veel van Gauchats artikel is een statistisch checken of het hier niet gaat om consequenties van andere onderliggende verschuivingen in bijvoorbeeld het opleidingsniveau. Maar dat blijkt niet het geval te zijn – de hoger opgeleide conservatieven lopen zelfs voorop in deze ontwikkeling. In een radio-interview (het interview met Gauchat is na 35 minuten) wijst Gauchat erop dat het hier gaat om een uniek Amerikaanse ontwikkeling. Dergelijke verschuivingen hebben niet plaatsgevonden in Europa of Japan. In Europa en Japan is wantrouwen jegens de wetenschap juist iets dat men al decennialang voornamelijk aantreft bij politiek links.
Aan het eind van z’n artikel verklaart Gauchat de data met de constatering dat wetenschap in de jaren ’60 en ’70 aanzien kon verwerven in Amerikaanse conservatieve kringen door de ruimtewedloop te winnen. Maar in de jaren nadien zijn wetenschappers in de VS vooral in het voetlicht getreden bij de beargumentering van milieumaatregelen. Milieumaatregelen zijn impopulair in conservatieve kringen en als reactie heeft men daar een eigen alternatief wereldbeeld gecreëerd waarin wetenschap weinig of geen autoriteit meer heeft. Een goed deel van de politieke rechterzijde is teruggevallen op God, gebed, schepping en anti-intellectualisme.

James Inhofe, de senator van de staat Oklahoma, zei in maart 2012 dat de opwarming van de aarde niet echt kon zijn want ‘God is er nog daarboven.’ De Republikeinse senator onderbouwde z’n bewering met citaten uit Genesis en Romeinen. De opwarming van de aarde is natuurlijk bij uitstek een onderwerp waar de discussie gevoerd moet worden aan de hand van waarnemingen en wetenschappelijke analyse. De senator kan z’n uitspraak doen zonder consequenties van betekenis omdat ook z’n conservatief-christelijke achterban geen hoge pet op heeft van de wetenschap. Veel conservatieve Amerikanen delen nu de gevoelens van James Inhofe en Rick Santorum over wetenschap en hoger onderwijs.
In het voornoemde radio-interview stelt Gauchat dat scepsis een goede zaak is, ook jegens de wetenschap. Maar hij voegt daaraan toe dat het fundamenteel anders wordt wanneer men – als senator Inhofe dus – gaat geloven dat wetenschappelijke analyse sowieso niet de juiste manier is om tot een correct inzicht te komen. Wetenschap kan duur zijn en kan soms een onaangenaam oordeel vellen. Maar een intellectueel Tsjernobyl waar onnozelheid en struisvogelpolitiek respectabel zijn, dat is nauwelijks een alternatief.
Foto voorzijde: de science fish levert commentaar op het vissymbool dat je op veel auto’s kunt zien
Discussie met een creationist
Kent Hovind is een bekende Amerikaanse Jonge Aarde Creationist. Hij is nogal controversieel, niet alleen onder skeptici maar ook onder zijn eigen collega-creationisten. Naast het geloof in een unieke schepping door een god, en een aarde die niet ouder is dan zo’n 6.000 jaar, houdt hij er nog veel meer vreemde ideen op na. Hij heeft een dr-titel van een ‘diplomafabriek’ die ‘Bible Degrees’ verstrekt. Zijn persoonlijke levenswandel is dubieus: hij zit op dit moment een gevangenisstraf uit voor belastingontduiking en een faillissement. Niettemin is Hovind een niet te onderschatten spreker en debater. In de geluidsfragmenten hieronder ontmoet hij echter een tegenstander van formaat.

Hovind houdt lezingen voor grote groepen mensen in kerken maar ook op universiteiten. Daarnaast heeft Hovind gedebatteerd met vele bekende ‘evolutionisten’ zoals echte wetenschappers meestal worden genoemd door creationisten. Hij noemt zichzelf Dr. Kent Hovind, hij heeft een PhD van the Patriot Bible University een bekende ‘Diploma Mill’ en zijn dissertatie was lange tijd niet beschikbaar (in principe is wetenschappelijk onderzoek altijd publiek beschikbaar, dat is één van de fundamenten!) Hier is een link naar de uiteindelijk gelekte dissertatie van Hovind en ik wens met name de gepromoveerden (die echt 4 jaar of meer hebben gezwoegd) veel leesplezier bij het werk van dit miskende genie.
Hovind als ‘goede’ debater betekent niet dat zijn argumenten steekhoudend zijn. Maar hij heeft zich een debatmethode eigen gemaakt waarbij vele (vaak zeer gekwalificeerde) opponenten er slecht vanaf komen. Het gaat bij Hovind om winnen van het publiek en niet om de feiten. Dit is veel voorkomend in dit soort debatten, ook met andere creationisten. De belangrijkste reden voor het debating-succes van de creationisten is naar mijn mening dat deze zich fulltime bezighouden met debatten en het ‘preken voor eigen parochie’, terwijl menig opponent vaak druk bezig is met echt wetenschappelijk onderzoek. Daarnaast zijn deze creationisten goed in het zaaien van verwarring, springen ze van de hak op de tak en gebruiken veel drogredenen. Het herkennen van drogredenen is, denk ik, een kwestie van ervaring omdat ze best (misschien intuïtief) plausibel kunnen klinken als je de redeneringen niet herkent voor wat ze zijn.
Naast een hele organisatie (Creation Science Evangelism, tegenwoordig CreationToday) van misinformatie in de Verenigde Staten heeft Hovind vele lezingen op DVD (zie DrDino) geproduceerd (veel daarvan zijn op Youtube te vinden). Tevens heeft hij een soort ‘Dinosaur Adventureland’, een themapark dat laat zien hoe mensen en dinosauriërs tegelijk hebben geleefd. In de Verenigde Staten zien we ook vaak dat evangelisten een eigen radiostation hebben, zo ook Hovind, en in 2005 heeft hij schijnbaar een keer zijn lastpost gevonden. Een promovendus aan de universiteit van Uppsala, belt hem in zijn programma en gaat de discussie aan. De verstokte evo-crea-discussie volgers zullen de discussie misschien al wel hebben gezien. Het laat op een uitstekende wijze de misleidende methoden van Hovind zien, maar de promovendus laat zich niet van de wijs brengen! Niettemin is dit naar mijn mening een van de beste discussies waar je aan het einde echt kunt zeggen dat de ‘evolutionist’ heeft gewonnen.
Deel 1 (de uploader heeft de intro weggelaten)
http://www.youtube.com/watch?v=XZm0weL8r6o
Deel 2
http://www.youtube.com/watch?v=6QCuUu90lyI
Deel 3
http://www.youtube.com/watch?v=9KOfEmaEuso
Kent Hovind is in 2007 veroordeeld tot 10 jaar gevangenis straf en een restitutiebetaling van $600.000 aan de Amerikaanse federale overheid. Zijn zoon Eric heeft het bedrijf overgenomen en daar verspreidt hij nog steeds zijn vaders flauwekul. Hier een link naar CreationToday op youtube.

Bestaan elfjes? Skeptische TV!
In deze video wordt de wetenschappelijke manier van denken over buitengewone verschijnselen op een heel duidelijke manier uitgelegd. De startvraag in de video is: worden heksenkringen van paddestoelen gemaakt door feeën? Als je deze video bekeken hebt, kijk je met een heel andere blik naar series zoals Ghost Hunters op SyFy. Als je hieronder geen scherm ziet klik dan hier.
Oudste Mayakalender: einde van de wereld niet in 2012
Breaking News: Het einde van de wereld is volgens de oudste Mayakalender niet in 2012
Oudste Mayakalender loopt nog 7.000 jaar door!
De NOS berichtte gisteravond dat archeologen in de jungle van Guatemala de oudste Mayakalender ooit hebben gevonden. En het opzienbarende nieuws is: deze kalender loopt vanaf nu nog circa 7.000 jaar door in de toekomst. Dat maakt korte metten met alle veronderstellingen dat in 2012 een einde aan de wereld zou komen omdat de Mayakalender dan afloopt. Dat de Mayakalender bedoeld was om het einde van de wereld te voorspellen was natuurlijk al een vreemd, verkeerd idee. Als de Mayakalender zijn einde bereikt heeft, begint deze gewoon weer opnieuw.

Het nieuws is afkomstig van National Geographic. Daar kun je een bericht vinden over een opzienbarende vondst die in Guatemala is gedaan (‘dit is een vondst van eens in de 500 jaar’). Naast prachtige schilderingen werd ook een kalender gevonden, de oudste Mayakalender die ooit is gevonden. Aldus National Geographic:
‘Working with epigrapher David Stuart and archaeologist and artist Heather Hurst, the researchers noticed several barely visible hieroglyphic texts, painted and etched along the east and north walls of the room. One is a lunar table, and the other is a “ring number,” something previously known only from much later Maya books, where it was used as part of a backward calculation in establishing a base date for planetary cycles. Etched nearby is a sequence of numbered intervals corresponding to key calendrical and planetary cycles. The calculations include dates some 7,000 years in the future, adding to evidence against the idea that the Maya thought the world would end in 2012—a modern myth inspired by an ancient calendar that depicts time starting over this year. (Related pictures: “2012 Doomsday Myths Debunked.) We keep looking for endings,” expedition leader Saturno said in a statement. “The Maya were looking for a guarantee that nothing would change. It’s an entirely different mindset’.
Een hele opluchting. Laten we er van uit gaan dat de oudste kalender ook de beste, meest oorspronkelijke oerkalender was!
Als je meer wilt weten over de Mayakalender en het vermeende einde van de wereld dat deze kalender zou voorspellen, kun je dit stuk uit het tijdschrift Skepter lezen: 21-12-2012 / 13.0.0.0 – het einde van de Mayakalender.
Illustratie voorzijde: imaginationbox.com